Floortje reist, soms alleen soms samen, naar alle uithoeken van de wereld om de mooiste mensen en verhalen te vinden. Mensen die van de gebaande paden gaan en of een inspiratie voor ons allen kunnen zijn.

AARD: Miranda inspireert kinderen met haar boerderijschool

Vijftien jaar geleden ging Miranda wonen op de koeienboerderij van haar man. Maar enkel kaas maken was niet aan haar besteed. Ze wilde met mensen werken en kennis overdragen aan kinderen door hen het leven op de boerderij te laten ervaren. Door dit “levensleren” heeft ze de boerderij omgetoverd tot een bruisende boerderijschool, net buiten het centrum van Utrecht.

Hoelang woon je al op de boerderij?
‘Ik woon hier sinds 2011. Mijn man woont hier al zijn hele leven, hij heeft de boerderij overgenomen van zijn familie die hier al in 1914 zijn gaan wonen. De boerderij is zelf 250 jaar oud en onderdeel van het landgoed van Amelisweerd. Ik ben ook opgegroeid op een boerderij, vlakbij Gouda. Ik heb maatschappelijk werk gestudeerd en daarna werkte ik in de kinderpsychiatrie. Eigenlijk had ik niet bedacht dat ik boerin zou worden, maar het kwam spontaan op mijn pad toen ik mijn man ontmoette. Ik had een baan die niet meer bij mij pasta, ik was op zoek naar iets anders, maar ik had nog niets gevonden. Toen leerde ik mijn man kennen en daarna ging alles heel snel. Ik stopte met mijn baan, verhuisde van de stad naar de boerderij, werd moeder en boerin.’

AARD-6429

Hoe ben je een boerderijschool geworden?
‘Toen ik hier kwam wonen was het puur een koeienboerderij. Ik besloot mee te gaan werken op de boerderij maar ik wilde ook mijn eigen geld verdienen. Ik was heel erg zoekende, want wat ga je dan doen? Ik kom uit de zorg en ik heb met kinderen en volwassenen gewerkt. Dat zorgelement zit heel erg in mij. Mensen adviseerden mij: “je moet kaas gaan verkopen”. Kaas was wel een goede aanvulling op het landgoed maar eigenlijk wilde ik werken met mensen en kennis overdragen. Want hier op de boerderij valt er zo gigantisch veel te leren! Dus toen dacht ik: wat als je kinderen hier uitnodigt en hen het boerderijleven laat zien? Dat ze leren hoe dieren verzorgd worden en weten waar melk vandaan komt. Dat het niet vanzelf is dat er een glaasje melk op je tafel staat. Via via ontmoette ik een leerkracht van de Vrije School Utrecht die een boerderij zocht voor een samenwerking met de Stichting Boerderijschool. In 2015 zijn we een samenwerking gestart en is Boerderijschool de Zonnewijzer geboren.’

AARD-6087

Wat betekend de boerderijschool voor jou?
‘Ik heb in mijn leven al heel veel omzwervingen gehad. Ook veel gereisd en verschillende banen gehad. Maar toen ik bij mijn man op de boerderij ging wonen, toen dacht ik: oh! Dit is mijn plek. Hier hoor ik. Ik ben thuis gekomen. Het hele buitenleven is fantastisch. Het zorgen voor dieren vind ik leuk. Voorheen werkte ik met mensen. Maar dieren zeggen niks terug, die zijn neutraal. Die zeggen niet: jij bent stom of ik vind je niet leuk of jij ziet er lelijk uit vandaag. Nee, bij dieren kun je volledig jezelf zijn.

Dit project is iets waar ik heel trots op ben. Daarnaast is het heel uniek, want er zijn niet veel boerderijen en scholen die dit doen. Wat we hier doen heet levensleren: de kinderen leren door het te doen. En ze gaan niet één keer naar de boerderij, ze komen wel twintig keer. Het is hier niet kijken en luisteren, maar juist ervaren. Het is een intensief programma, vergt veel voorbereidingstijd en qua verdienmodel is het… tja. Dan kan ik beter kaas gaan verkopen. Ik doe dit echt omdat het mijn passie is.’

Tekst gaat door onder de foto

AARD-6345

Hoe ziet een dag bij de boerderijschool eruit?
‘Op woensdag en vrijdag komen ze drie uur langs. Op woensdag komt de ene klas en op vrijdag de andere. Voor de kinderen maak ik iedere week een programma. Eerst leg ik uit wat er die week gebeurt op de boerderij, dan doen ze een taakje van ongeveer drie kwartier. Daarna hebben ze pauze en na de pauze volgt nog een taakje van drie kwartier.

Ze beginnen meestal eind maart, tot aan de zomervakantie en daarna tot de winter. In totaal zijn ze er dus twintig keer. Ze maken echt een half jaar aan seizoenen mee op de boerderij.

In de winter staan de koeien nog op stal. “Waarom staan ze dan op stal en niet in de wei?” Dat leg ik dan uit. En op een gegeven moment moeten ze weer naar buiten. Elke week vertel je een beetje over wat er gebeurt op de boerderij en waarom we doen wat we doen. In april en mei begint het gras weer te groeien. Dan maai je voor het eerst en leg je uit: “We zijn nu alweer bezig met wintervoer voor de koeien.” Dat roept dan vragen op: “Wintervoer? In mei?” Eigenlijk kun je alles erbij betrekken. Meestal gebeurt het ook wel dat er een keer een koe kalft terwijl de school er is. Dat is geweldig om met de kinderen mee te maken.

AARD-6180

Daarnaast werken de kinderen ook in de moestuin, die ik samen met de meester heb opgezet. Elk groepje krijgt een stukje tuin toegewezen. Ze hoeven alleen een vakje van drie bij één meter bij te houden en om de week doen ze iets nieuws: zaaien, poten of omspitten. Zo poten ze bijvoorbeeld aardappels, die na drie maanden klaar zijn om geoogst te worden. Dan maken we samen aardappelsalade en kruidenboter en bereiden ze een maaltijd met producten uit de tuin. Net voor de zomervakantie mogen alle ouders komen kijken. Er zijn altijd hulpouders aanwezig, maar één keer in de periode mogen álle ouders, grootouders, broertjes en wie dan ook mee. De kinderen leiden dan hun eigen familie rond over de boerderij, vertellen wat ze allemaal hebben geleerd en daarna is het feest.’

AARD-6165

Wat zie je voor de toekomst van de boerderijschool? Wat is je droom?
‘Mijn ultieme droom is dat dit echt een school wordt. Een plek waar kinderen niet langer binnen vier muren hoeven te zitten, want daar leer je eigenlijk niets. Je leert in het echt, buiten. Daar leer je alles: samenwerken, doen, kijken met je eigen ogen, vasthouden, ervaren. Daar zit de echte les. Biologieles gebeurt hier gewoon ter plekke. De inseminator komt langs en alle kinderen zijn nieuwsgierig. Dan leg ik uit: een mannetje, een vrouwtje, en hoe daar kalfjes van komen. Ik vind het geweldig dat je dat allemaal aan de hand van de boerderij kunt uitleggen, dat ze het echt meemaken en ervaren.

AARD-6032

Wat hoop je mee te geven aan de kinderen?
‘Wat ik wil meegeven, is dat iedereen goed is zoals hij is. De één kan fantastisch presteren op school, maar sommige kinderen redden het daar gewoon niet. Hier op de boerderij zijn ze helemaal in hun element. Hier blinken ze uit, er is voor iedereen iets te doen en te leren. Ik herinner me nog de eerste schoolklas die hier kwam. De meester vertelde al meteen: “Kinderen die op school echt overal net kunnen meekomen, bloeien hier op. Ze pakken kippen op en helpen mee.”

Toevallig zijn mijn eigen kinderen ook geen hoogvliegers op school. Maar ik heb altijd tegen hen gezegd: “Jullie zijn fantastisch. Jullie kunnen zo goed omgaan met mensen en met dieren. Jullie hebben zoveel kwaliteiten.” Op school ligt de focus op het cognitieve en leren uit boeken. En als je daarin niet goed scoort, als je citotoets niet goed is, dan draait alles daar ineens om. Dan denk ik: wat voor zelfvertrouwen geef je een kind mee als je steeds benadrukt wat niet lukt? Daar kun je toch alleen maar onzeker of ongelukkig van worden?'

AARD-6480

Wat zou een stadsmens kunnen leren van het leven op de boerderij?
‘Ik zou willen zeggen: kijk eens wat bewuster om je heen. Ga echt leven, met je handen in de vacht van een dier of met je voeten in de natuur. In onze maatschappij wordt er zóveel van je gevraagd. Op school, op je werk — deadlines, verplichtingen, sociaal leven. Maar eigenlijk hoef je helemaal niks, behalve gewoon leven. Kijk om je heen. Kijk naar de veranderende seizoenen. Kijk naar elkaar.

Toen ik begon met de boerderijschool, raasde ik ook achter alles aan. Ik dacht: “dit moet af, dat moet geregeld, je moet geld verdienen, de winkel moet vol”. En nu denk ik: “Ik heb vandaag een kind geleerd hoe je aardappels groeit. Of een kind heeft het gedurft om een kip te aaien. Dit was een mooie dag!"

AARD-6443
BNNVARA LogoWij zijn voor