De affaire rond Zoë Sedney laat zien hoe diep patronen van wegkijken en indekken kunnen zitten.
Vandaag verscheen in het Noordhollands Dagblad een gedetailleerde reconstructie van journalist Maarten Kolsloot over een zaak die de sportwereld al twee jaar in verlegenheid brengt. Een sekstape-affaire bij de Atletiekunie, waarin alles samenkomt: grensoverschrijdend gedrag, bestuurlijke doofpotten, machtsverhoudingen en het weren van lastige vragen.
In 2023 werd atlete Zoë Sedney zonder haar medeweten gefilmd tijdens een intiem moment. De filmer, een collega-atleet, gaf dit toe. De Atletiekunie schorste hem voor een half jaar, maar liet hem begin 2024 weer toe tot het trainingscentrum op Papendal. Sedney verloor haar plek. Volgens de bond was zij "niet goed genoeg voor de Spelen". En wie dit verhaal naar buiten bracht, kreeg geen pluim, maar tegenwerking.
Journalisten van Trouw die de feiten boven water haalden, werden geweerd van persmomenten. Er werd zelfs gedreigd met juridische stappen. Ook Runner’s World kreeg een publieke tik op de vingers na het interview waarin Sedney haar verhaal deed. In plaats van dialoog, volgde de bekende reflex: afschermen, afleiden, afserveren.
Veel sportbonden zien journalisten nog steeds als verlengstuk van hun communicatieafdeling. Je bent welkom zolang je het verhaal bevestigt dat zij willen vertellen. Kritische vragen worden gezien als een aanval. Onwelgevallige publicaties als verraad. En dus blijft het vaak stil. Niet alleen vanuit bondsdirecties, maar ook van binnenuit. Atleten zwijgen uit angst voor hun positie. Trainers houden zich op de vlakte. Veiligheid wordt een papieren werkelijkheid.
Maar journalistiek is geen PR. En een sportjournalist is geen marketingmedewerker. Wie sporters werkelijk wil beschermen, wie werk wil maken van een veilige sportcultuur, moet ook ruimte geven aan de mensen die wél doorvragen. Die niet wegkijken als het moeilijk wordt. Die niet in de verleiding komen om prestatie boven principe te stellen.
Het is ongemakkelijk, ja. Want het raakt ook aan de achterkant van successen waar we zo graag trots op zijn. Maar sport is geen sprookje. Het is een wereld vol druk, macht en afhankelijkheid. Wie dat wil begrijpen, heeft journalisten nodig die niet alleen komen voor het juichen bij de finish, maar ook de moed hebben om te onderzoeken wat daarvóór en daarachter gebeurde.
De affaire rond Zoë Sedney laat zien hoe diep patronen van wegkijken en indekken kunnen zitten. En hoe kwetsbaar sporters zijn als er iets misgaat. De ware pijn zit hem niet alleen in wat er is gebeurd, maar vooral in wat er níét is gedaan. In de stilte. In de framing. In het bewust buitensluiten van kritiek.
Als we een sportcultuur willen die recht doet aan iedere sporter, is het tijd dat sportbestuurders hun verantwoordelijkheid nemen. Niet met een volgende brochure of goed nieuws-show, maar door eindelijk eens te luisteren naar de mensen die wél hun nek uitsteken.
Zonder vrije pers blijft de sport mooi van buiten, maar rot van binnen.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.