De Nederlandse economie is in het tweede kwartaal met 3,1 procent gegroeid ten opzichte van de eerste drie maanden van het jaar, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Die groei is veel groter dan werd verwacht. Dat komt vooral voor rekening van de sectoren handel, vervoer, horeca, industrie, overheid, onderwijs en zorg.
"Consumenten hebben in het tweede kwartaal 9,3 procent meer besteed dan in het tweede kwartaal van 2020. Dat komt vooral door (geleidelijke) openstelling van winkels en horeca. Consumenten gaven in het tweede kwartaal van 2021 vooral meer uit aan horeca, medische diensten, kleding en auto’s. De consumptie door huishoudens is echter nog niet terug op het niveau van voor de coronacrisis. In vergelijking met het tweede kwartaal van 2019 lag de consumptie door huishoudens bijna 5 procent lager."
De productie steeg met bijna 18 procent dan een jaar eerder. Ook gingen er minder bedrijven op de fles. Het aantal tot en met juli uitgesproken faillissementen lag in 2021 ruim de helft lager dan in dezelfde periode in 2020.
Ook de werkloosheid neemt af en leidt tot een tekort aan arbeidskrachten.
"Ten opzichte van het eerste kwartaal van 2021 daalde het aantal werklozen met 27 duizend. Hiermee daalt de werkloosheid voor het derde kwartaal op rij. In het tweede kwartaal waren er 307 duizend mensen werkloos, 3,3 procent van de beroepsbevolking. Eind juni 2021 stonden er 327 duizend vacatures open, 82 duizend meer dan aan het eind van het eerste kwartaal. Sinds het begin van de meting in 1997 is er kwartaal op kwartaal nooit zo’n grote toename geweest."