In een tijd dat het voor velen duidelijk wordt dat het systeem dat gedurende de afgelopen eeuwen door ons als mens is opgebouwd, vastloopt, dringt de vraag zich op: wat kan deze stagnatie, deze knel, nu doorbreken? Of is deze bottleneck, deze vernauwing, een geboortekanaal van iets structureel nieuws? Dat is het denkpad dat ik in dit artikel wil onderzoeken.
Waar ik eerder schreef over de noodzaak van een structurele hervorming van zowel onze economie als onze democratie, richt ik me nu op ons als mens. Omdat ik besef dat ons systeem niet kan veranderen zonder dat wij als mens veranderen. Want zijn de crisissen waar we inzitten niet een signaal dat we ons als mens dienen te hervormen, willen we zicht krijgen op en richting geven aan een toekomst die perspectief en hoop geeft aan onze jongere generaties?
Dit is namelijk de kernvraag; denken we dat de mens met de machts- en persoonlijkheidsstructuur zoals we die nu kennen, een volwassen en uitontwikkelde mens is? Een mens die af is. En dat we de destructiviteit en neiging tot machtswellust zoals we die nu overal om ons heen zien, enkel kunnen indammen met steeds meer uiterlijke regels, wetten en de Trias Politica. Zodat we de macht waar deze mens telkens weer op uit is, in stukjes moeten hakken om het ergste, een dictatuur, te voorkomen. Is dat de menselijke machtsstructuur waar we genoegen mee moeten nemen, zonder vooruitzicht op iets beters? Nemen we deze halve mens als uitgangspunt voor onze toekomst? De meesten van ons lijken hier wel van uit te gaan.
Laten we inzoomen op de machtsstructuur van deze mens. Ik heb daar al vaak over geschreven. Deze mens is in mijn visie gebaseerd op de afgescheidenheid van zijn kern, zijn essentie. Dit in de lijn van existentialisten als Kierkegaard, Hannah Arendt en Heidegger. Deze mens is maar half en vult de leegte en pijn van zijn afgescheidenheid op met van alles van buiten. Dat kan materie zijn, maar ook macht. Hoe meer macht ik heb (en materie), hoe beter. Deze halve mens is altijd bezig om macht te verkrijgen, niet alleen als alleenheerser, maar ook als politiek leider binnen onze democratie. Zoveel mogelijk macht (stemmen) verkrijgen, is het eerste doel. Dat is wat we zien in alles wat op dit moment aan de buitenkant op het wereldtoneel gebeurt.
Stel nu dat deze obsessie op macht alleen maar de buitenkant is, waar deze halve mens met zijn machtsstructuur op is gefixeerd. Als we nu eens zouden begrijpen dat dit alleen maar gebeurt om de leegte en de pijn van de afgescheidenheid die daaronder zit te vullen en niet te voelen. Stel nu dat het mogelijk zou zijn dat die machtsstructuur van die halve, onvolwassen mens totaal zou kunnen veranderen en transformeren tot een andere structuur? Dat er een binnenkant is in ieder mens, waar we contact mee zouden kunnen maken om onszelf te helen, heel te maken.
In die grote transitie zit ik zelf dit jaar, daarover schreef ik eerder. Ik merkte dat ik vastliep in mijn oude machtsstructuur, van waaruit ik ook mijn maatschappelijk werk vormgaf en overleefde in deze wereld. Ook al ging die machtsstructuur van mijn persoonlijkheid regelmatig onderuit, toch viel ik steeds weer terug op deze (zorg)manager en zijn wilskracht. Zijn doorgaan met doorgaan. Ik moet sterk zijn. Ik zorg voor de ander. Met mij is niets aan de hand. Na de vorige zomer ging dat niet meer. Het duurt soms een leven lang voordat de kern van deze structuur volledig is doorvoeld en er genoeg innerlijke basis en bewustzijn is opgebouwd om dat patroon, die uiterlijke overleving los te laten. De oude huid die loslaat om vervangen te worden door een nieuwe.
Vaak dient zo’n grote verandering zich aan door een uiterlijke gebeurtenis. Dat ging bij mij zo. Een maand of wat geleden voltrok zich in onze kleine woongemeenschap op Landgoed Nieuwkerk een drama. Dat bestond eruit dat een van de buren een einde maakte aan zijn leven. Hij was al jaren zeer depressief, kreeg niet de goede hulp die hij nodig had en zag maar één uitweg. Het kwam niet volledig uit de lucht vallen, want hij sprak deze wens al meer dan een jaar uit. Maar toen het zover was, kwam dit toch als een schok.
Ik kende zijn ex-vrouw goed en troostte haar net nadat ze hem gevonden had. Ik was blij dat ik er voor haar kon zijn. De dagen daarna voelde ik wel dat ik uit balans raakte, maar kon het niet goed plaatsen. Een week later was de uitvaart op een hele mooie, natuurlijke plek. Het was mooi weer, de sfeer was intiem met ongeveer 25 mensen. Zijn kist stond in het midden, aan de rand van een waterplas. Iedereen kon er een laatste gedachte, groet of wens opzetten. Er hingen krantenknipsels op, waaruit bleek dat hij in zijn jonge jaren een talentvolle muzikant was geweest die regelmatig optrad in het jazzcafé waar wij ook kwamen. Mijn vrouw herkende hem nog vanuit haar studententijd. Af en toe liet men muziekopnames van hem horen.
Het raakte me dat ik dit niet van hem wist, dat zo’n talentvol iemand zo in de knoop met zichzelf was geraakt, dat hij op deze manier aan zijn einde moest komen. We raakten aan de praat met zijn broer. Die vertelde dat hij nog regelmatig bij hem langskwam, dat hij niets zei, ging zitten en zijn broer hem na een tijdje vroeg of hij zin had in een worstenbroodje. Ja, dat had hij wel. Twee zelfs. Nadat hij ze zwijgend had opgegeten, stond hij op en ging weer. Dat kleine gebaar van grote liefde voor zijn broer raakte me, het was of die liefde ons verbond. Die liefde vulde de intieme ruimte van deze uitvaart en voelde als een verlossing.
En langzaam drong de reden van mijn disbalans van de afgelopen week door. Deze trieste en dramatische gebeurtenis had de kern geraakt van mijn eigen persoonlijkheidsstructuur. Namelijk dat ik altijd bang ben geweest dat mijn vader dit ook zou doen. Dat het gezin waarin ik ben opgegroeid, gebaseerd was op het wankele evenwicht van twee gemankeerde ouders die elkaar overeind hielden. Ik denk als mijn moeder er niet was geweest, het slecht had kunnen aflopen met mijn vader. En dat ik vanuit die angst mezelf als kind heb opgeofferd om de balans in dit gezin te bewaren. En nu ervoer ik dat met het toelaten van de onvoorwaardelijke liefde voor deze buurman, deze buurman werd verlost, maar ook ikzelf. En een overlevingspatroon als een oude bescherming, een oude huid, losliet. Wat een wonderlijke samenhang van gebeurtenissen.
Mijn oude machtsstructuur lijkt nu plaatsgemaakt te hebben gemaakt voor een nieuwe balans. Ik leef nu veel meer vanuit de aanwezigheid - dus veiligheid - in het moment en dat wat zich vanuit dat moment aandient en op mijn pad komt. In plaats van dat ik leef vanuit moeten, vanuit controle en het volmaakte beeld dat alles af moet die dag. Meer stromen, dan vanuit wilskracht. Vorig jaar moest ik bijvoorbeeld van mezelf al het gras maaien in onze grote bostuin als het maar even te hoog was. Nu maai ik steeds een deel en laat de rest gewoon een paar weken groeien met het gevolg dat er allerlei wilde bloemen in opkomen. Ik ga meer op in het geheel, kan meer genieten van de prachtige natuur dit voorjaar in plaats van dat ik steeds ergens naar toe moet. Ik ben er meer.
Ik heb een aantal mensen om me heen, maar ook klanten die ik begeleid, die deze zelfde weg gaan. Dit gebeurt niet zelden als in een soort cocon, in een relatieve eenzaamheid. Daarbinnen wordt een nieuwe, veilige basis opgebouwd om te voelen. Iemand wordt getriggerd en gaat onderuit. Dat kan psychisch zijn, maar ook fysiek. Telkens weer is het dan de kunst om met of zonder begeleiding het voelen toe te laten, wat vroeger in het oude gezin door de grote onveiligheid niet kon. Om de versmelting met dit gekwetste en verwaarloosde kind waar te nemen. Dit te realiseren en te beseffen; nu ben ik er om voor jou te zorgen. Zorg en ondersteuning die er toen niet was. De liefde toe te laten, die als een pluspool vanuit je essentie stroomt naar de minpool van je persoonlijkheid en daarmee je afgescheidenheid heelt. En dit telkens weer.
En nu zijn we rond. Waar ik begon met de afgescheidenheid als basis voor de halve mens, waarvan we de illusie hebben dat deze heel is, volwassen, uitontwikkeld. Zien we nu de potentie, de mogelijkheid tot een hele mens die een compleet andere structuur heeft. Deze van binnenuit hervormde mens groeit onder de oppervlakte van alle geweld die we om ons heen zien als in een baarmoeder. Totdat deze mens krachtig genoeg is om boven de oppervlakte geboren te worden. Eerst als individu, daarna ook collectief. In mijn visie is deze transitie onderdeel van onze evolutie, waarbij de essentie, die liefde en bewustzijn is, zich uitdrukt in de vorm, in de materie. En ons uitnodigt om instrument daarvoor te zijn. Zou dat ons doel kunnen zijn als mens?
Deze onder de oppervlakte van de uiterlijke wereld geboren, hele en integere mens is nodig om een nieuwe economie en een nieuwe democratie vorm te geven. Omdat deze mens de macht niet gebruikt om nog machtiger te worden, maar om deze dienstbaar te maken aan het geheel, aan de gemeenschap. Dat is wat de toekomst en onze wereld nodig heeft om bewoonbaar te zijn voor onze jongere generaties. Sterker nog; ik zie signalen die erop wijzen dat er jonge mensen zijn die deze hele en integere mens al van nature vertegenwoordigen. En vandaaruit de dragers worden voor onze nieuwe samenleving. Dat zou hoopvol zijn.
In dit bericht gaat het over zelfdoding. Mocht je daar vragen over hebben of behoefte te hebben om er over te praten, bel 0900-0113 of bezoek 113.nl.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.