Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

De rode lijn van Willem Kraan en Piet Nak

  •  
21-05-2025
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
733 keer bekeken
  •  
dokwerker

Zondag 23 februari 1941. Willem Kraan gaat op bezoek bij zijn schoonouders in de Amsterdamse Nieuwmarktbuurt. Onderweg ziet hij hoe met willekeur en grof geweld zijn joodse stadsgenoten worden opgepakt door de bezetters. Huilend vertelt hij na afloop aan zijn vriend Piet Nak wat hij gezien heeft. Vreselijk. De gebeurtenissen schokken de twee tot in hun diepste wezen, maar het wakkert ook iets in hen aan: een krachtige actiebereidheid. Dit laten ze niet nog een keer gebeuren. Ze besluiten een staking te organiseren. Willem, stratenmaker, en Piet, vuilnisman, zetten meteen hun gevoelens om in actie. 

Op de fiets gaan de twee hun collega’s af bij de dienst Publieke Werken en Stadsreiniging om ze te informeren: maandagochtend gaan we staken. De eerste reacties zijn voorzichtig. Het is niet makkelijk om de eerste te zijn die in verzet komt. Na overleg met de lokale leiding van de Communistische Partij – waarvan zij beiden lid zijn – en een manifestatie op de Noordermarkt met zo’n vijfhonderd aanwezigen, is het op dinsdag zover: het werk wordt neergelegd. Als eerste kwamen de trams tot stilstand. Binnen korte tijd sluiten duizenden anderen zich aan. De volgende dag breidt de staking zich uit naar andere steden, waaronder Haarlem, Utrecht en Hilversum. De Februaristaking wordt daarmee het eerste en grootste massale openbare protest in bezet Europa tegen de deportatie van joden. Willem Kraan wordt later opgepakt en geëxecuteerd. Ook Piet Nak wordt opgepakt, maar overleeft de oorlog.

Het verhaal van Willem en Piet is er een van grote moed en heldhaftigheid, twee kenmerken die Nederland zichzelf na de oorlog graag toeschreef. Lang werd er niet gesproken over de actieve rol die de Nederlandse overheid en collaborateurs hadden in de genocide, laat staan over het stilzwijgen van het grootste deel van de bevolking. 73 procent van de Nederlandse joden werd omgebracht in de oorlog, een aanzienlijk hoger percentage dan onze bezette buurlanden. Het roept de vraag op hoe wij als Nederlanders handelen als wij onrecht zien. Er loopt een duidelijke rode lijn door onze geschiedenis: telkens weer worden mensen geconfronteerd met de keuze om te zwijgen of zich uit te spreken, om weg te kijken of in verzet te komen.

Inmiddels staan we hier bij onze herdenkingen rond 4 en 5 mei uitgebreid bij stil. De vraag ‘Waar sta je?’ is haast cliché geworden. Maar toch is de vraag nu steeds relevanter. Dagelijks zien we op onze schermen leed en onrecht voorbij komen, in Congo, Soedan, Palestina en zoveel andere plekken – maar ook hier in Nederland. We zien hoe overheden mensenrechten met voeten treden. We zien hoe mensen doelbewust uitgebuit, uitgehongerd en uitgemoord worden. We zien hoe onze regering, bedrijven en instellingen zich stilhouden terwijl zij hun macht en middelen in zouden kunnen zetten om mensen te helpen en onrecht te bestrijden.

Toch is verzet niet iets van het verleden. Ook vandaag zien we een toenemende bereidheid van burgers om op te staan tegen onrecht. In Amsterdam vinden inmiddels zo veel demonstraties plaats dat de politie de druk nauwelijks aankan. De Willem en Piet van nu zijn misschien wel de studenten die universiteiten bezetten uit solidariteit met Palestina. Het zijn de vrijwilligers die opkomen voor de rechten van asielzoekers, ondanks het harde kabinetsbeleid. Het zijn ambtenaren die weigeren beleid uit te voeren dat de menselijke waardigheid aantast. Afgelopen weekend werd deze groeiende actiebereidheid zichtbaar in de massale demonstratie in Den Haag, waar naar schatting honderdduizend mensen een rode lijn trokken. Die opkomst kwam niet uit het niets, maar was het gevolg van jarenlange inspanning van activisten, maatschappelijke organisaties en betrokken burgers die weigerden te zwijgen.

Het kost altijd moeite om je te verzetten. Protest kan spannend zijn en het kan veel van je vragen, maar uiteindelijk wil iedereen liever herinnerd worden als ‘deel van het verzet’, zo wijst ook onze geschiedenis uit. Daarin maakt het niet uit of je een aanstichter bent of je later aansluit: de Februaristaking was misschien niets geweest zonder Willen en Piet, maar het was ook niet veel geweest zonder de massale solidariteit van duizenden medestanders. 

Dus sluit je aan, spreek je uit en STAAKT! STAAKT! STAAKT!

Delen:

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.

BNNVARA LogoWij zijn voor