Als er online haat wordt gezaaid heeft dat ook offline consequenties
De dader van de koelbloedige massamoord op biddende joden in de synagoge in Pittsburgh wordt bejubeld op extreemrechtse sociale media zoals Gab, een netwerk dat is opgericht om extreemrechtse geluiden te ventileren nadat Facebook en Twitter daar tegen optraden. In The Daily, een podcast van de New York Times, wordt uitgelegd hoe dat werkt en ook het dilemma uitgelegd dat het zuiveren van Twitter en Facebook van extremisten ertoe leidt dat deze mensen elkaar op andere plekken gaan opzoeken en daar waarschijnlijk erger radicaliseren.
Verder constateert The Daily dat het is afgelopen met de scheiding tussen online en offline. Er werd lange tijd gedacht dat het goed was als mensen online tekeergingen omdat het een uitlaatklep zou zijn voor hun frustraties zodat ze die niet offline, in de gewone wereld, zouden uiten. Door wat er de afgelopen tijd gebeurd is, wordt duidelijk dat die barrière niet meer bestaat. Als er online haat wordt gezaaid heeft dat ook offline consequenties. De verdachte van de massamoord kalkte internet vol met antisemitische boodschappen, plaatste een lijst met doelwitten en kondigde zijn daad aan.
De synagoge die werd aangevallen was een conservatieve stroming. Aanleiding was het werk van Hebrew Immigrant Aid Society, een joodse organisatie die al sinds de 19e eeuw steun verleent aan vluchtelingen en migranten. In de buurt waar de synagoge staat zijn gelovigen van alle religies vervolgens samengekomen om elkaar te steunen. Moslims haalden binnen enkele uren tienduizenden dollars op ter ondersteuning van de joodse slachtoffers.