Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Gezondheid, vriendschap en inkomen: wat extreem- en neoliberaal rechts witte mannen in armoede afpakt

  •  
01-09-2025
  •  
leestijd 11 minuten
  •  
2814 keer bekeken
  •  
andrewtate

Mensen waren nogal geïrriteerd toen ik eerder schreef dat ook witte mannen slachtoffer zijn van het neoliberalisme. Niet omdat ik het neoliberalisme aanviel, niet omdat ik extreemrechts ontmaskerde, maar omdat ik de woorden ‘witte mannen' opschreef. Voor sommigen voelde dat als een oorlogsverklaring richting de man. Alsof ik hen tot vijand had verklaard. Dat was nooit mijn intentie. Maar ik begrijp het gevoel wel — en het is ook niet helemaal onterecht als je kijkt naar de erfenis van wit/westers feminisme.

Want laten we eerlijk zijn: wit/westers feminisme heeft vaak de neiging gehad mannen als collectieve vijand te zien. Dit zat anders bij zwarte vrouwen, die zwarte mannen nodig hadden tegen racisme, of homo’s en lesbiennes, die elkaar nodig hadden tegen homofobie. Witte heterovrouwen konden zich in hun strijd tegen seksisme permitteren de man af te schilderen als dé vijand.

We namen giftig en uitsluitend gedrag van mannen over:
Wij hadden mannen niet nodig om samen te strijden tegen een andere vorm van uitsluiting of onderdrukking. Zo werd de scheidslijn tussen bondgenoot en onderdrukker genadeloos hard. In plaats van hun giftige cultuur te bestrijden — een cultuur die óók hénzelf beschadigde — werden we verleid die te kopiëren, en zo dezelfde horken te worden als de mannen, die ons nooit voor vol aanzagen. Daarmee hielden we het systeem in stand, terwijl we het hadden moeten afbreken. Je ziet het bijvoorbeeld terug in Hillary Clinton: feminisme dat werd gereduceerd tot een neoliberaal machtsspel.

Natuurlijk is zij niet haar man — die vent die de banken vrij spel gaf en zo de crisis mogelijk maakte. Maar zij had haar eigen kwalen en wel ideologische overlap. Wij moesten haar eventjes president maken, het glazen plafond voor haar breken, terwijl nooit duidelijk was wat zij voor andere vrouwen zou doen — behalve Trump buiten het Witte Huis houden. Heel leuk en aardig. Maar wij dan? Zoals vrouwen zelf al vroegen: wat doet dit feminisme voor armere vrouwen, voor alleenstaande moeders, voor vrouwen die failliet gaan zodra ze ziek worden? Dit gore-klootzakken-feminisme was geen incident, maar erfgoed. Geworteld in de tweede feministische golf.

Dat mechanisme zie je telkens terug: bij de suffragettes die zwarte vrouwen niet mee mochten doen — omdat dat zogenaamd de aandacht van ‘echte vrouwenrechten' zou afleiden. Aletta Jacobs heeft fantastische dingen bereikt, zeker voor armere witte vrouwen, maar ook op haar werk lag die kritiek: ze kon blind zijn voor wie niet in haar categorie paste. Bij de tweede golf moesten vrouwen van kleur hun eigen collectieven oprichten om überhaupt gehoord te worden. Alsof zwarte vrouwen geen vrouwen waren.

Zwarte feministen als Sojourner Truth, Angela Davis, Audre Lorde en later Kimberlé Crenshaw met haar concept van intersectionaliteit, hebben juist benadrukt dat vijandbeelden die mannen als één blok zien tekortschieten. Zij wezen er al decennia op dat klasse, ras en gender samen gedacht moeten worden — en dat echte bevrijding pas ontstaat als we erkennen dat de meeste mannen óók vermalen worden door dezelfde systemen.

Wit feminisme draaide vooral om solidariteit tussen witte vrouwen. Daardoor werd de man al snel de vijand en de rechten van zwarte vrouwen een bedreiging voor hun eigen rechten. Natuurlijk heb ik als witte vrouw mijn vrijheid mede te danken aan de strijd van die imperfecte witte/westerse feministes. Natuurlijk ben ik dankbaar voor wat er bevochten is, maar dankbaarheid mag nooit kritiek uitsluiten.

Naast racisme leefde bij sommige suffragettes het idee: dat je nooit mocht trouwen. Kijk naar het politiek lesbienisme uit de jaren zeventig, dat lesbisch-zijn als strategische keuze presenteerde. Daarmee werd de schadelijke mythe gevoed dat homoseksualiteit geen geaardheid is, maar een wilsdaad. Hoe dan ook: mannen waren als collectief ‘de vijand’, amper als groep die deels ook slachtoffer is. Ergens ook begrijpelijk, want ze kregen ook genoeg rottigheid over zich heen van mannen, maar er is tegelijkertijd ook een kokervisie ontstaan. Daardoor konden ze niet inzien: de meerderheid van mannen is (ook) slachtoffer.

Neoliberalisme en de ontmanteling van solidariteit voor en/of door mannen:
Met het neoliberalisme verschoof dat beeld verder. In de fordistische welvaartsstaat was de man nog kostwinner en gezinshoofd. Flexcontracten, de gig-economie en de afbraak van sociale zekerheid maakten mannen tot eenlingen in concurrentie met elkaar. Waar mannelijke solidariteit ooit leefde op de werkvloer en in de bonden, bleven lege handen achter. Dat vacuüm is niet vanzelf ontstaan — het werd doelbewust gevuld door extreemrechts, met een vals gevoel van gemeenschap en eerherstel.

Dat het aantal zelfmoorden onder mannen tegenwoordig nog steeds zo hoog is, mag dan ook geen verrassing zijn. Als domineren jouw concept is van mannelijkheid, wordt je belemmerd in betekenisvolle relaties opbouwen met wie dan ook. 1 op 3 mannen geeft aan geen hechte vriendschappen te hebben. In een neoliberale en patriarchale mindset, staat iemand altijd boven je of onder je in de hiërarchie in plaats van naast je. 7 uit de 8 dode arbeidsongevallen is een man. Niet alleen omdat ze “stoer” moeten zijn, maar ook omdat de neoliberale politiek de arbeidsinspectie heeft uitgekleed en risicovolle arbeid via flexconstructies heeft uitbesteed.

Natuurlijk is het een privilege niet racistisch benaderd te worden, of voor hoer uitgescholden te worden wanneer je onbereikbaar bent voor een hork — zonder dat kan het leven al ingewikkeld genoeg zijn. Privileges beschermen tegen vernedering en bepaalde vormen van onderdrukking, maar niet tegen uitholling: ook mannen worden door hetzelfde systeem vermalen, al op andere manieren.

Mannen zijn veel vaker dakloos. Daar komt bij dat opleidingsverschillen er hard inhakken: laagopgeleide mannen leven gemiddeld zo’n 6 jaar korter dan hoogopgeleide mannen, en hun ‘gezonde’ levensverwachting (jaren in als goed ervaren gezondheid) ligt ruim 13 jaar lager. Ondertussen verzwakt collectieve tegenmacht: in 2023 was nog maar 15% van de werknemers lid van een vakbond; het ledenaantal daalt al jaren.

Extreemrechts vult het gat:
Extreemrechts speelt hier actief op in. Politici, influencers en mediaplatforms organiseren de woede van witte mannen door hen te vertellen dat hun echte vijanden feministen, migranten en lhbtq’ers zijn. Dat is geen spontaan gevoel, maar een uitgekiende strategie om de werkelijke macht — de economische elite die profiteert van neoliberaal beleid — buiten schot te houden.

Ik herken de dynamiek. Zelf ben ik opgegroeid in o.a. de radicaal charismatische evangelische hoek, waar ‘getuigenissen’ van ex-criminelen, dealers en zware verslaafden een vast format waren. Het script was altijd hetzelfde: ‘Als ik tot bekering kan komen, kan iedereen dat!' Denk bijvoorbeeld aan de getuigenissen van Keith Bakker en Joop Gottmers — en in mindere mate zelfs Justin Bieber met Hillsong. ‘Zelfs deze mannen kunnen Jezus vinden en hun leven omgooien.’ Maar het ligt precies andersom. Juist omdat deze heren de bodem bereikten, waren zij ontvankelijk voor een radicaler geloof — en bij Keith Bakker viel die ommezwaai nogal tegen, aangezien hij als ‘verslavingsgoeroe’ zijn cliënten misbruikte.

Dat mechanisme zie je ook terug bij extreemrechts. Radicalisme en extremisme trekken geen zelfverzekerde winnaars aan, maar mensen die door het neoliberalisme, het criminele circuit, Hollywood of andere entiteiten al uitgekleed en uitgeperst zijn. Dat veel Amerikaanse 'White Evangelicals' gevoelig zijn voor extreemrechts verbaast mij ook niets. Zo kan ik een getuigenis herinneren van een ex-moslim, die neerkwam op omvolking. Hij had het erover dat moslims veel meer kinderen krijgen dan ‘westerse christenen,’ en dat daar iets aan gedaan moest worden, omdat anders ‘het westen’ op zou houden met bestaan. Soms denk ik weleens: ‘Fuck, ben ik ontsnapt?’ Natuurlijk kiezen velen net zoals ik een ander pad, maar dat zoveel terroristen verwarde mannen zijn, zegt genoeg: sociaal-economische afbraak, stress en een slechte (mentale) gezondheid maakt mensen vatbaar voor radicalisering.

Waar kerken ooit een vangnet boden aan ‘gevallen’ mannen, vult extreemrechts dat gat met een surrogaat-gemeenschap gebaseerd op huidskleur. Voor het eerst zegt een beweging tegen hem: “Jij doet ertoe, al is het alleen omdat je wit bent.” Het verhaal van de gevallen man, gered door een identitaire bekering. Extreemrechts verkoopt aanzien zonder belofte: erkenning zonder waarde. Een placebo dat de patiënt niet geneest maar langzaam verder vergiftigt — en precies dáárdoor werkt het verslavend. Want in dit script is het de duivel ‘woke’ die alles komt vernietigen, niet de witte cultleider die hem druppel voor druppel verlamt. Zo groeit er geen argwaan, maar een dodelijke trouw aan de gifmenger.

Wij falen niet, maar de ‘wokeduivel’ werkt ons tegen:
Hier komt ook politieke gewapende incompetentie om de hoek. Woke is toch al de duivel, en de grote extreemrechtse cultleiders worden tegengewerkt door die listige duivel. Met leugens en chaos ondermijnt extreemrechts doelbewust de rechtsstaat, om slachtofferschap te claimen en totalitarisme als oplossing aan te bieden. Het is geen prutswerk, maar berekende sabotage — en als je wordt gepakt: ‘Natuurlijk laat de duivel de meest vrome mannen van God als eerste struikelen. Zij worden namelijk tegengewerkt! Wij zijn de gewone mensen die niet gehoord worden, en woke houdt ons uit het paradijs.’

Er is ook verdraaid veel overlap tussen QAnon en de Satanic Panic bijvoorbeeld. QAnon en de Satanic Panic delen de mythe van een satanische elite die kinderen misbruikt, met morele paniek omgevormd tot heldenrol. Ik heb vroeger mijn Gameboy Color moeten verstoppen, omdat hij anders weggegooid zou worden vanwege mijn satanische Pokemon-spellen. Ja dag, ik had ze allemaal gevangen! Ga toch weg! In een veel kwaadaardigere vorm zie je deze mechaniek terug in de hetze tegen Lentekriebels, bedoeld om kinderen seksuele voorlichting te geven.

Het punt is: dit is geen spontane hysterie, maar een beproefde strategie. De Satanic Panic van de jaren tachtig was al geen grassroots-paniek, maar een doelbewust opgepompte golf van angst, gevoed door religieus-rechtse lobby’s, talkshows en evangelische predikers die er kijkcijfers en macht mee scoorden. QAnon borduurt daarop voort met nieuwe technologie: algoritmes, clickfarms en sociale media die een paranoïde sprookje wereldwijd kunnen verspreiden binnen enkele dagen. Wat constant blijft, is dat paniek niet alleen controle oplevert, maar ook geld. Angst is koopwaar.

De media versterken dit proces door extreemrechtse frames kritiekloos te herhalen: het idee dat migratie vooral een bedreiging is voor vrouwenveiligheid, of dat de “echte man” hersteld moet worden tegen de zogenaamd “woke cultuur”. Tegelijkertijd verdienen platformen en algoritmes miljarden aan de woede van mannen: de fitnesseconomie, influencers als Andrew Tate, en online subculturen die frustratie kapitaliseren, vormen een neoliberaal verdienmodel, en de ‘matrix’ probeert te voorkomen dat jij in de echte wereld komt.

Tate’s frame van ‘de matrix' is geen bevrijding, maar een religieuze mythe in seculiere vorm. Het is dezelfde ‘wokeduivel’: een ongrijpbare vijand die alles verklaart, elke mislukking rationaliseert en elke kritiek neutraliseert. Daarmee worden mannen niet bevrijd, maar nog dieper in de tredmolen geduwd: wie niet succesvol is, is geen slachtoffer van het systeem, maar een man die “niet hard genoeg heeft gewerkt” of “te soft is geworden”.

Ondertussen wordt mannelijkheid geperst in een wurgkorset dat socioloog Raewyn Connell “hegemoniale mannelijkheid” noemt: de norm dat een man altijd dominant moet zijn, altijd sterker dan de ander. Bell Hooks noemde het een systeem dat mannen tot daders én tot slachtoffers maakt. Mannen verliezen intimiteit, vriendschap, de mogelijkheid om kwetsbaar te zijn.

De mythe van bescherming en harde cijfers:
Daardoor werkt het racistische frame ‘bescherm onze vrouwen tegen de barbaren uit het buitenland’ frame, want nu zijn de mannen geen vijand zoals bij wit feminisme, maar de held van extreemrechts. Toch kunnen ze van dat heldendom geen boodschappen kopen of de huur betalen.

Het is bovendien geen toeval dat juist dat frame aanslaat. Het koppelt ook racisme aan dat mannelijke eergevoel en maakt de “beschermende man” bruikbaar voor extreemrechts. Het meest zichtbare voorbeeld is de retoriek rond migratie en seksueel geweld, zoals de tragedie rondom Britse groominggangs, die door extreemrechts wereldwijd werd gebruikt om racistische angstcampagnes te voeren.

Maar feitelijk laten de Nederlandse cijfers iets anders zien: vrouwen lopen het grootste risico op partnergeweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag; in 2024 rapporteerde 16% van de vrouwen (vs. 7% van de mannen) seksueel grensoverschrijdend gedrag in het voorafgaande jaar, en bij femicide is de (ex-)partner vaak de dader. Als je echter niet bereid bent de levens van die mannen en vrouwen te verbeteren, geef je die armere mannen een soort status, waarmee ze de huur niet kunnen betalen.

Naast dodelijke arbeidsongevallen en zelfmoord, kampen laagopgeleide mannen bovengemiddeld met burn-outs en andere psychische problemen. De loonkloof tussen hoog- en laagopgeleiden groeit. Neoliberalisme reduceert mannelijke identiteit tot productiviteit: wie niet presteert, valt buiten de boot. Daardoor zien mannen elkaar als concurrenten in plaats van bondgenoten. Dit is de logica van het systeem: het is beter jezelf kapot te maken dan kwetsbaar te zijn. Dat is geen aanbeveling, maar de dodelijke uitkomst van een orde die kwetsbaarheid gelijkstelt aan falen.

Links moet eerlijk zijn
Links moet durven zeggen: jullie zijn ook slachtoffers van dit systeem. En tegelijk: we moeten mannen wél aansporen om betrokken te zijn in de strijd tegen femicide en seksueel geweld, juist omdat seksisten vaak minder bereid zijn naar vrouwen te luisteren. Dat betekent niet dat elke man een dader is. Het betekent dat we realistisch moeten zijn: vrouwen leven dagelijks met fysieke kwetsbaarheid. Dat wantrouwen is geen beschuldiging, het is overlevingsstrategie. Net zoals je tas niet onbeheerd achterlaten geen oordeel over de mensheid is, maar een inschatting van risico.

Het idee dat mannen de vijand zijn, is een concept dat alleen de machthebbers dient. Solidariteit is geen gunst, maar een strijd die we samen voeren — óók met mannen die kapotgemaakt worden door hetzelfde systeem.

Solidariteit is niet alleen moreel juist, het maakt levens beter. Het betekent minder dodelijke ongelukken op de werkvloer. Betaalbare huren. Meer tijd voor vaderschap en vriendschap. Een kortere werkweek, gratis kinderopvang in verband met kansengelijkheid, etc. Een samenleving waarin niemand kapotgaat aan prestatiedrang.

Mijn vorige analyse is dus geen beschuldiging en dat is het nooit geweest. Wat je als beschuldiging kan opvatten, is dat ze een systeem deels faciliteren, dat hen ook geweld aandoet. Dat was juist bedoeld als bewustwording, en laat ik nu een uitnodiging doen. Mannen hebben zelf de sleutel in handen om samen met vrouwen, migranten en lhbtq’ers een ander verhaal te schrijven. Dat was mijn kritiek op Ewald Engelen: zijn retoriek bleef steken in een valse tegenstelling tussen identiteit en klasse. Terwijl politici als Zohran Mamdani laten zien dat het wel degelijk mogelijk is om klasse en identiteit te verbinden. Een verhaal waarin mannelijkheid niet langer draait om domineren, maar om zorg, gelijkwaardigheid en solidariteit.

Dat andere verhaal kan heel concreet zijn in hoe we politiek voeren. Het betekent dat links niet alleen pleit voor meer gelijkheid in abstracte zin, maar expliciet laat zien hoe de bevrijding van mannen, vrouwen en gemarginaliseerde groepen met elkaar verweven is. Het betekent: arbeidsveiligheid agenderen als feministisch thema, zelfmoordpreventie zien als onderdeel van de klassenstrijd. Waar we dakloosheid benoemen als symptoom van hetzelfde systeem dat vrouwen tot armoede en migranten tot precariteit dwingt. Het betekent dat mannen niet enkel als dader of probleem worden aangesproken, maar als medestrijders die hun macht en privileges kunnen inzetten om het systeem dat hén én anderen vermorzelt, te ontmantelen.

Delen:

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.

BNNVARA LogoWij zijn voor