Gezondheidsraad zaait verwarring met uitspraak over AstraZeneca

De Gezondheidsraad heeft maandag voor verwarring gezorgd. Het adviesorgaan verklaarde aanvankelijk dat Nederlanders die jonger zijn dan 60 jaar zelf voor het AstraZeneca-vaccin zouden moeten kunnen kiezen, en kwam daar vervolgens weer op terug.

Vorige week drong de Gezondheidsraad er bij De Jonge op aan om voorlopig te stoppen met het inenten van 60-minners met het in Oxford ontwikkelde vaccin. In verschillende Europese landen zijn er meldingen dat inentingen kunnen leiden tot trombose in combinatie met een laag aantal bloedplaatjes.

Nadat er maatschappelijke onvrede was ontstaan over het advies van de Gezondheidsraad, verklaarde een woordvoerder maandag tegen de NOS dat mensen zelf zouden moeten kunnen kiezen. “Wat ons betreft kan het, maar het is aan de minister om dat te beslissen”, aldus een woordvoerder.

Hugo de Jonge zag dat niet zitten. De demissionaire minister noemt het maandag “onverstandig” om AstraZeneca in te zetten voor 60-minners. Bij nader inzien bleek de Gezondheidsraad het daarmee eens. “De Gezondheidsraad heeft niet geadviseerd over een keuzemodel, en zal dat ook niet doen. Als die indruk is ontstaan, dan berust dat op een misverstand”, stelt de raad in een verklaring.

De kans op ernstige problemen bij inenting met AstraZeneca is klein, maar het risico is wel groter bij 60-minners. Die groep loopt bovendien een aanmerkelijk kleinere kans om te overlijden aan covid-19 dan 60-plussers. Critici van de AstraZeneca-prikstop menen dat de voordelen van zo snel mogelijk zoveel mogelijk mensen vaccineren ruimschoots opwegen tegen de nadelen.