Schrijver en columnist Arnon Grunberg neemt maandagochtend in zijn vaste Volkskrant-commentaar VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra op de korrel. Die zaterdag in NRC opnieuw alarm sloeg over het feit dat er moslims in Nederland wonen. Naast forse kritiek op de verkoop van Verstopeitjes door de HEMA – volgens Zijlstra een ‘knieval’ voor de islam – stelde hij ook dat Nederlandse moslims de vrijheid van meningsuiting van hun landgenoten ernstig beperken. Zijlstra beweerde onder meer:
"Deze sluipende ondergraving van onze democratie is een enorm probleem. Als Gerard van het Reve nog had geleefd en hij had over Mohammed hetzelfde gezegd als over God – ‘ik zie hem als een ezel die ik vanachter wil nemen’ – dan was hij omgelegd. Terwijl je juist dat soort discussies nodig hebt om extremisme te bestrijden. En ik mag dat niet benoemen omdat het populistisch zou zijn? Dat is idioot. Het kan toch niet zo zijn dat Wilders straks de enige vertolker is van dit sentiment. Met zijn ‘minder, minder, minder’, dat ik compleet fout vind."
Arnon Grunberg wijst in zijn dagelijkse column op de voorpagina van de Volkskrant Zijlstra eerst op het verkeerd citeren van Reve, die de scene schreef in het verhaal ‘Brief uit Het Huis, genaamd Het Gras’ opgenomen in de bundel Nader tot U uit 1966. In werkelijkheid schreef Reve:
"En God Zelf zou bij mij langs komen in de gedaante van een éénjarige, muisgrijze Ezel en voor de deur staan en aanbellen en zeggen: ‘Gerard, dat boek van je – weet je dat Ik bij sommige stukken gehuild heb?’
‘Mijn Heer en mijn God! Geloofd weze Uw Naam tot in alle Eeuwigheid! Ik houd zo verschrikkelijk veel van U,’ zou ik proberen te zeggen, maar halverwege zou ik al in janken uitbarsten, en Hem beginnen te kussen en naar binnen trekken, en na een geweldige klauterpartij om de trap naar het slaapkamertje op te komen, zou ik Hem drie keer achter elkaar langdurig in Zijn Geheime Opening bezitten…"
‘Mijn Heer en mijn God! Geloofd weze Uw Naam tot in alle Eeuwigheid! Ik houd zo verschrikkelijk veel van U,’ zou ik proberen te zeggen, maar halverwege zou ik al in janken uitbarsten, en Hem beginnen te kussen en naar binnen trekken, en na een geweldige klauterpartij om de trap naar het slaapkamertje op te komen, zou ik Hem drie keer achter elkaar langdurig in Zijn Geheime Opening bezitten…
Dan gaat Grunberg de uitdaging aan met de bewering van Zijlstra:
"Laten we de proef op de som nemen: ik wil de profeet Mohammed en Allah in hun Geheime Opening bezitten, omdat ik zoveel van hen houd. Als ik over een jaar nog niet ben omgelegd mag ik de heer Zijlstra drie keer in zijn Geheime Opening bezitten. Afgesproken, heer Zijlstra?"
De zaak wordt nog pikanter omdat de woorden van Reve die Zijlstra aanhaalt een parafrase kan zijn van een eeuwenoud geschrift van de islamitische dichter Abû al-Hasan al-Shustarî (1212-1269). In zijn beroemdste gedicht neukt god niet met een ezel maar met een man die hij zo aankleedt:
"Hij dwong mij tot lopen. Het tuig deed mij pijn,
het schuurde mijn huid; ik bleef staan en hij roste mij af.
Hij trof mij tussen mijn vlees en mijn bloed
Hij nam weg het bewustzijn van wie ik was en hij.
Hij randde mij aan, tot mijn verzegelde slot.
Toen zei hij, en trok mij aan mijn oren:
‘Kom, open nu dat slot eens!’
Gods wil geschiedde; ik gaf me en liet me gaan.
Daarop bezat hij mij, en zo bezat ik hem."
Op weblog Sargasso valt te lezen dat Reve zich vrijwel zeker door dit gedicht heeft laten inspireren.
Dit weekend al bekritiseerden verschillende cabaretiers de fantoombeweringen van Zijlstra die stelde dat kunstenaars en media aan zelfcensuur doen:
"Het probleem is dat mensen geen openlijke kritiek meer durven te leveren op extremistische islamitische organisaties. Ik zie een grote groep journalisten, cabaretiers en schrijvers aan zelfcensuur doen en ze geven dat ook toe. Dat is de sluipende ondergraving van onze democratie."
De cabaretiers riepen via Twitter Zijlstra op zijn beschuldiging te onderbouwen.