Ilja Leonard Pfeijffer waarschuwt voor fascistische normalisering na val kabinet-Schoof

Schrijver en columnist Ilja Leonard Pfeijffer schrijft in De Morgen dat de val van het Nederlandse kabinet-Schoof niet moet worden afgedaan als politiek amateurisme, maar dat er sprake is van een doelbewuste aanval op de democratische rechtsstaat door PVV-leider Geert Wilders.

In zijn analyse van de gebeurtenissen die leidden tot de val van de extreemrechtse regering na amper elf maanden, waarschuwt Pfeijffer voor de gevaren van normalisering van extremistische politiek. Hij stelt dat de chaos geen ongeluk is, maar het primaire doel van Wilders' strategie.

"Ten gevolge van de banaliteit van haar verschijningsvorm dreigt de ontmanteling van de rechtsstaat en de democratie schouderophalend te worden gebagatelliseerd," schrijft Pfeijffer. Hij benadrukt dat de schijnbare incompetentie van de regering eigenlijk moedwillige ondermijning van democratische instituties verbergt.

Pfeijffer wijst erop dat Wilders zijn eigen regering ten val bracht toen geopolitieke ontwikkelingen zijn favoriete thema's - immigratie en islam - naar de achtergrond drongen. "Zijn populariteit begon af te kalven in de peilingen" door internationale crises die zijn politieke agenda overstemden.

Volgens Pfeijffer heeft de PVV-leider bewust de democratische procedures genegeerd bij het vallen van het kabinet. "Hij passeerde de regering volledig en gaf de premier van Nederland pas een telefoontje nadat hij op sociale media bekend had gemaakt dat zijn regering was gevallen."

Het meest verontrustende, aldus de schrijver, is de normalisering van extremistische standpunten binnen de coalitie met de VVD, NSC en BBB. "Wilders' opvattingen zijn zozeer genormaliseerd dat de coalitiegenoten bereid waren het tienpuntenplan te interpreteren als een bevestiging van staand beleid."

Pfeijffer concludeert met een dringende waarschuwing: "De normalisering van het fascistische gedachtegoed is gaande en vergevorderd. De democratie kan uitsluitend worden beschermd door een verbond van alle democratisch gezinde partijen tegen de antidemocratische krachten."

Het kabinet-Schoof viel na een periode van "totale stilstand" waarin volgens Pfeijffer "het enige goede nieuws was dat de eerste extreemrechtse regering van Nederland ieder talent ontbeerde om haar ambities waar te maken."