Op social media zag ik een bericht langskomen van een ouder waarvan de zoon geslaagd was voor het vwo. Hij had een verhaal geschreven over hoe trots hij was, omdat zijn zoon heel veel moeite had moeten doen om dit resultaat te behalen. Begrijpelijk, het vwo uitspelen is niet niks en is sowieso een knappe prestatie. Het waren lastige jaren geweest en mede door het doorzettingsvermogen van de zoon had hij dit diploma kunnen halen. Het was met name lastig geweest omdat het huidige schoolsysteem niet bij hem paste. Het ‘systeem’ zou dan ook niet meer van deze tijd zijn, daar kwam zijn bericht globaal samenvattend op neer.
Wanneer we puur naar de vorm van het voortgezet onderwijs kijken, is er de laatste decennia weinig veranderd. Nog altijd stromen de nieuwe leerlingen in de brugklas in. Het leerlingvolgsysteem van alle voorgaande jaren op de basisschool zorgt samen met de uitslag van de doorstroomtoets voor een advies dat door de leerkracht van groep 8 wordt gegeven. Vervolgens volgt een route langs een niveau dat veelal na de brugklas wordt bepaald. Op deze manier wordt er per schooljaar langzaam toegewerkt naar het centraal schriftelijk eindexamen. En ondanks de huidige digitale middelen, worden deze nog altijd, net als in 1987, 2001 of 1974 op papier gemaakt en per post verstuurd voor de afhandeling van de tweede correctie.
Tot zover moet ik de trotse pa dus gelijk geven. Het door hem, enigszins denigrerend omschreven ‘systeem’, is op dat gebied dan ook vrijwel intact gebleven. Daar waar de rest van de wereld is doorgedraaid en de invulling van ieders leven zich verder heeft ontwikkeld. Echter, in de loop der jaren zijn er wel degelijk verschillen in de aanpak van het onderwijs gekomen. Alle wel steevast met als heilige einddoel: het eindexamen.
Zo mag iedereen met een bepaalde denkwijze, visie of geloofsovertuiging dankzij artikel 23 uit de Grondwet een eigen school opstarten. Hier horen wel bepaalde voorwaarden bij waaraan voldaan moet worden, zoals bijvoorbeeld het onderwijsproces, de doelen en het financieel beheer. De Onderwijsinspectie houdt in de gaten of hieraan wordt voldaan. De laatste jaren zijn er veel meer diverse schooltypen hierdoor ontstaan. Bijvoorbeeld het Agora-onderwijs, waarbij er geen sprake is van traditioneel lesgeven, maar de focus met name ligt op het gepersonaliseerd leren, de persoonlijke ontwikkeling en de autonomie van de leerlingen. Uiteindelijk staat ook voor deze leerlingen een centraal eindexamen voor de deur.
Naast het ontstaan van de diverse scholen, is ook inhoudelijk het een en ander veranderd. De zorg is meer en meer nodig én aanwezig op scholen. Ambulant begeleiders en ondersteuningsteams zorgen ervoor dat leerlingen met problemen kunnen worden gehoord en mogelijk worden doorverwezen naar andere hulpinstanties. Er is binnen de huidige onderwijssoorten aandacht voor leerlingen met onder andere dyslexie, dyscalculie, faalangst, ADHD, ADD, autisme, enzovoorts. Tevens is er meer maatwerk mogelijk, waarbij in eerste instantie naar de wensen en (leer)behoeften van de leerling wordt gekeken, qua niveau, persoonlijke ontwikkeling en zorg en wordt formatief beoordelen steeds meer toegepast.
Daarnaast is er de keuze uit schoolboeken en lesmethodes die digitaal worden aangeboden. Het is aan de school om te kiezen hoe hiermee wordt omgegaan. Ouderwetse tv-karren, diaprojectors en overheadsprojectors zijn al enige tijd vervangen door beamers en digiborden in de lokalen. Leerlingen hebben veelal de mogelijkheid om gebruik te maken van laptops en iPads. En de laatste jaren zorgt AI voor een nieuwe uitdaging binnen het onderwijs. Kortom, ook de digitale wereld is in vrijwel alle scholen binnengedrongen.
Al met al zijn de diverse ontwikkelingen legio aanwezig. Daarbij moeten we ook niet vergeten dat de maatschappij verandert en mede dankzij social media de wereld van buiten ook de schoolgebouwen binnenkomt. Meer dan ooit is er behoefte aan onderwijs dat back to basic gaat en zich niet laat leiden door alles van buitenaf. Structuur, organisatie en duidelijkheid is wat leerlingen en docenten nodig hebben om goed onderwijs te kunnen blijven ervaren en verzorgen. En inmiddels is de keuze uit de diverse ‘systemen’ reuze, waardoor er genoeg mogelijkheden zijn ontstaan. Nu nog een gepaste oplossing zien te vinden voor dat centrale eindexamen.
Pascal Cuijpers is docent VO, publicist en auteur van o.a. ‘Alles van waarde is weergaloos!’
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.