En zijn politieke overleving veilig te stellen.
De wereld is overspoeld door een "Trump tornado" en de "hoop" op een terugkeer naar "normaliteit en vrede" is hersteld. "Dit is de grootste comeback van de westerse wereld - ‘één grote mooie comeback’." verklaarde de premier van Hongarije, Viktor Orbán, in een ongewoon botte en radicale openingstoespraak op de Conservative Political Action Conference (CPAC) van dit jaar in Boedapest.
De CPAC was oorspronkelijk een platform voor politici en theoretici van de Republikeinse Partij in de VS, maar is de afgelopen jaren uitgegroeid tot een wereldwijd forum voor radicaal rechts. De komst van de CPAC naar Europa werd vergemakkelijkt door de Foundation for Fundamental Rights - een Hongaarse NGO die door de regering van Orbán wordt gefinancierd en gesteund.
Terwijl Orbán vol lof was over Donald Trump, had de CPAC dit jaar een duidelijk Europese focus. Na vijftien jaar aan de macht te zijn geweest, krijgt Orbán in zijn eigen land steeds meer te maken met oppositie. Publieke frustratie over de welig tierende corruptie bij de overheid, een worstelende economie en de steeds verder escalerende confrontatie met Hongaarse bondgenoten hebben Orbáns populariteit aangetast. Een nieuwe oppositiebeweging, geleid door ex-Fidesz insider Péter Magyar, staat nu 6-8 procentpunten voor op Orbán's regerende Fidesz-KDNP coalitie, wat een serieuze uitdaging vormt in de aanloop naar de algemene verkiezingen van 2026.
In reactie hierop heeft de regering van Orbán haar aanvallen op critici geïntensiveerd in een poging het tij te keren. Zijn partij introduceerde onlangs een reeks draconische wetsvoorstellen die politici van de oppositie, onafhankelijke media, NGO's en zelfs particuliere bedrijven bedreigen met onderdrukking in Russische stijl. De LGBTQI+ Pride mars van juni in Boedapest was een van de eerste slachtoffers en is nu verboden om redenen van “kinderbescherming”. Naast deze maatregelen is de regering ook begonnen met het herschrijven van verkiezingsregels en het inzetten van staatsmiddelen voor potentiële Fidesz-stemmers.
Gealarmeerd door Orbáns toenemende radicalisering hebben 20 EU-lidstaten een gezamenlijke verklaring uitgegeven waarin ze er bij hem op aandringen om de nieuwe maatregelen terug te draaien en de Europese Commissie oproepen om een volledig arsenaal aan rechtsstatelijke instrumenten in te zetten als de wetten niet worden herzien. Orbáns gedrag is meer geworden dan een binnenlandse aangelegenheid. Zijn confronterende, transactionele aanpak heeft het vermogen van de EU om eensgezinde beslissingen te nemen in toenemende mate belemmerd - een luxe die Europa zich niet langer kan veroorloven gezien de uitdagingen van Rusland, China en de nieuwe regering-Trump. Europese eenheid is niet alleen een motor van welvaart, maar ook een pijler van continentale veiligheid.
Het artikel 7-proces - dat ertoe kan leiden dat Hongarije zijn stemrecht in de Europese Raad verliest - werd in 2018 door het Europees Parlement in gang gezet als reactie op zorgen over de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de vrijheid van de media. Hoewel de Raad de zaak al acht keer heeft besproken, moet hij nog overgaan tot de volgende stap: lidstaten oproepen om te stemmen over sancties. Dit kan binnenkort veranderen, nu de spanningen tussen de regering van Orbán en de EU beginnen op te lopen.
CPAC 2025 diende daarom als strategisch platform voor Orbán om een coalitie van Centraal-Europese radicaal-rechtse politici te verzamelen en op te bouwen, vooral die met een realistische kans om aan de macht te komen. Door opnieuw een regionale alliantie op te richten hoopt hij een blok te creëren dat in staat is om elke EU-maatregel te dwarsbomen die zijn regering sancties oplegt - of dat nu gebeurt door het opschorten van stemrechten of het snijden in financiële transfers. De EU houdt nu al meer dan 20 miljard euro aan structuurfondsen in voor Hongarije - een bedrag dat nog aanzienlijk kan oplopen en een moeilijk politiek probleem kan vormen voor Orbán in de aanloop naar de parlementsverkiezingen van volgend jaar.
Orbáns ambitie is om steun te verwerven onder Centraal-Europese bondgenoten - en het is veelzeggend dat de regeringen van Bulgarije, Kroatië, Italië, Polen, Roemenië en Slowakije zich nog niet hebben aangesloten bij de groep landen die Hongarije's laatste autoritaire koers veroordelen. Via CPAC, het Visegrad-netwerk en de Patriotten-groep in het Europees Parlement probeert de Hongaarse premier een blok te vormen dat het voor de EU moeilijker maakt om tegenmaatregelen te nemen en sancties op te leggen.
Dit maakt de aanwezigheid van Robert Fico, premier van Slowakije, en Mateusz Morawiecki van de Poolse PiS-partij op het evenement in Boedapest zo belangrijk. Geen van hun partijen maakt deel uit van Orbáns Patriottenfractie in het Europees Parlement, maar het zijn wel kameraden die in toenemende mate van elkaar afhankelijk zijn.
Orbán heeft een cultaanhang ontwikkeld onder extreemrechts in Europa: hij wint consequent verkiezingen, levert ideologische verhalen en investeert veel in de opbouw van een pan-Europese coalitie. Zijn grootste uitdaging is echter de beperkte omvang van Hongarije en zijn toenemende radicalisering en isolatie van de Europese hoofdstroom. Als extreemrechtse partijen elders in Europa in de regering komen, kunnen ze zich van Orbán distantiëren - zoals Giorgia Meloni al heeft gedaan.
CPAC belicht de aanhoudende en kostbare inspanningen die Orbán levert om de invloed te behouden die hij zo hard heeft opgebouwd. Hij kan de EU niet alleen bestrijden. Hij zal bondgenoten nodig hebben als hij zijn droom wil verwezenlijken om “Brussel te bezetten” en zijn eigen ‘tornado’ van “burgerzin” in Europa te bewerkstelligen. De Patriots groepering, Hongarije's Visegrad buren en een voorvechter in Washington zullen niet alleen dienen als vehikel voor deze grote ambities, maar ook voor zijn eigen politieke overleving.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.