We hebben veel armoede in ons land, de wachtlijsten in de zorg rijzen de pan uit, huizen zijn er amper te krijgen, jongeren zitten niet lekker in hun vel en vallen massaal uit van school, het klimaat en de natuur verslechteren in rap tempo en ondertussen gaan de politieke debatten vooral over omvolkingstheorieën, hoofddoeken, tweets die vanuit het kabinet gestuurd worden, over de vraag of bewindspersonen wel of niet racistisch zijn en waarom een minister een debat over mest op het laatste moment afzegt en daarmee duizenden boeren in het onzekerheid laat. Het is treurig en het land ligt er lam van.
Helaas zijn zulke debatten nodig. Tot voor kort was het vanzelfsprekend dat ministers en staatssecretarissen niet racistisch waren en dat ze geen complottheorieën aanhingen, maar tegenwoordig moet dat duidelijk gezegd worden. En dit komt niet doordat de oppositiepartijen lastig zijn en proberen de bewindspersonen onderuit te halen, maar het komt doordat de bewindspersonen zelf vreemde dingen hebben gezegd of gedaan. Minister Klever zat vorig jaar nog met Zwarte Piet bij Ongehoord Nieuws om de boel op te kloten en sprak herhaaldelijk over omvolking en de ondergang van onze beschaving, minister Faber sprak over omvolking, noemde Arnhem ‘Arnhemistan’ toen Ahmed Marcouch daar burgemeester werd en gaf van ongeveer alles dat misgaat in dit land asielzoekers en migranten de schuld. Faber riep ooit dat ze de grenzen dicht wilde en nog nul migranten wilde opnemen en nu is ze minister van migratie. Als ze haar eigen ambitie volgt hoeft ze dus niets te doen op haar ministerie. Niets anders dan de grenzen dichthouden. Dat is toch wonderlijk. En dan heb ik het nog niet over de voorzitter van de Tweede Kamer die regelmatig over omvolking sprak en een boek schreef waarin hij zich zo positief uitliet over de apartheid in Zuid-Afrika dat hij nu een held is bij witte Afrikaanse boeren die terugverlangen naar de tijd van apartheid met alle discriminatie die daarbij komt kijken.
Zo kan ik nog wel even doorgaan over PVV-ers die nu in Tweede Kamer of het kabinet zitten. Over hoe ze riepen om minder Marokkanen, hoe ze de islam een achterlijke cultuur vinden, een hoofddoek per definitie als symbool van onderdrukking zien en een ‘kopvoddentax’ wilden invoeren, hoe ze de slavernijherdenking afdoen als gezeur, over hoe ze lachten om Keti Koti, vluchtelingen ‘mensen uit achterlijke zandbaklanden’ noemen, de Nakba ontkennen en zeggen dat het Palestijnse volk niet bestaat. In vrijwel al die uitspraken worden moslims over één kam geschoren en belachelijk gemaakt. Het is dus logisch dat er nu vragen komen over of dit kabinet er wel echt voor alle Nederlanders is. Als je een moslim of asielzoeker bent wordt je duidelijk niet voor vol aangezien en collectief in de hoek getrapt van achterlijke en criminele mensen die onze beschaving bedreigen. Als je verslaafd bent heb je trouwens ook niets aan de PVV. Je krijgt dan nog een kans en anders kun je naar een heropvoedingskamp, zonder medicatie en zonder begeleiding. De menselijke maat en empathie ontbreekt helemaal bij de mensen die namens de PVV opereren. Of je moet er erg naar zoeken.
PVV-leider Wilders probeerde de opmerkingen over het racisme weg te wuiven door te zeggen dat de PVV de grootste vriend van Israël is. Heel overtuigend was dat niet. Israël wordt er immers van verdacht zich te gedragen als een klassieke kolonialist die een apartheidsstaat heeft gesticht waarin iedereen die niet joods is een tweederangsburger is, waar leger en politie het toestaan dat mensen uit hun huis en van hun land worden gejaagd en waar de premier onwelgevallige media verbiedt. Wilders en Bosma vinden dit misschien prachtig, maar een goed voorbeeld van een vrije en open samenleving is het niet. En dan heb ik het nog niet eens gehad over de verdenkingen van oorlogsmisdaden en genocide en de talloze keren dat Israël op de vingers is getikt voor het schenden van mensenrechten. Niet alleen vanwege de vergelding van 7 oktober, maar ook eerder al vanwege het bouwen van de muur rond Gaza en de illegale nederzettingen. Het is bijzonder dat Wilders de opvattingen van hemzelf en de mensen die namens hem in de regering zitten, goed denkt te praten door onvoorwaardelijke steun uit te spreken voor dit land.
Op sociale media, en vooral op X, maakt dit allemaal niets uit. Daar lijkt de racistische drek en haat, tegen met name moslims, alleen maar toe te nemen. Ik heb amper nog zin om erop te reageren. Het lijkt ook geen zin te hebben. Argumenten doen er niet meer toe. Sinds de partij van Wilders de grootste is, lijkt de onderbuik vrij te mogen spreken en is haten en haatzaaien geen enkel probleem meer. Wie nuance probeert aan te brengen is een ‘deugmens’, wie zorgen uit is ‘zuur links’ en wie argumenten aandraagt moet ‘niet zo geleerd over willen komen’ en de waarde van ‘de universiteit van het leven’ leren inzien. Er is geen beginnen meer aan. Inhoudelijk wordt er amper iets uitgewisseld en in plaats daarvan wordt er alleen maar op de man gespeeld. Wie gestudeerd heeft is verdacht, wie een boek gelezen heeft snapt niets van het leven en wat niet fijn is kan niet waar zijn. Eigenlijk gaat het in de samenleving net als in de politiek. Of andersom.
Toch heb ik een nog klein beetje hoop. De debatten van afgelopen week leken op een kleuterklas, maar premier Schoof deed het niet verkeerd. Hij liet zich misschien openlijk beledigen, maar hij leek dit te doen om duidelijk te maken hoe de verhoudingen liggen. Schoof gaf Wilders alle ruimte om te schreeuwen en te proberen hem te sturen en hij gaf steeds rustig terug zijn eigen woorden te kiezen en voor het kabinet te gaan staan. Dat leek misschien ‘slappe hap’, zoals Wilders het noemde, maar ik denk dat het een strategie was van premier Schoof. Hij wees Wilders steeds zijn plek. Wilders moet alleen nog even wennen aan die plek. Wilders is slechts fractievoorzitter en verantwoordelijk voor zijn fractie in de kamer en zijn eigen woorden en verder heeft hij weinig invloed. Hoe hard hij ook schreeuwt en tiert. Schoof is minister-president en verantwoordelijk voor het kabinet en hoeft verder helemaal niets met de aanwijzingen en ongevraagde adviezen van Wilders te doen. Schoof geeft Wilders alle ruimte om te schreeuwen en kan die woorden steeds naast zich neerleggen. Daar zal Wilders aan moeten wennen. Zijn partij is de grootste, maar hijzelf heeft slechts een plek in de marge. Ergens tussen de coalitie en de oppositie en zonder directe macht.
Zo wordt Wilders dus een beetje een triest figuur. En dat was hij al. Het wordt mij steeds meer duidelijk dat hij losgezongen is van de werkelijkheid. Wilders lijkt te zijn blijven hangen in de wereld van 11 september 2001 en de opkomst van Pim Fortuyn. Door alle bedreigingen komt hij zelden buiten en ervaart hij amper hoe het nu gaat met dit land. Hij leeft dus deels in een fantasiewereld en veel mensen geloven zijn spookverhalen. Dat laatste is en blijft geen beste zaak. Hij heeft inmiddels een heel leger om met hem te vechten tegen zijn windmolens en zijn soldaten smullen van woede en rancune. Na de verkiezingsuitslag in november zeiden mensen dat ik een slecht verliezer was. Dat kan zo zijn, maar helaas kan ik nog altijd niet zien waarom de democratie toen gewonnen heeft. Degene die toen op Wilders stemden hebben ons nergens gebracht. We zijn en blijven een land in verval. Die vrije val is ruim tien jaar ingezet en de kiezer doet niets om de val te breken. Integendeel. Ze volgen politici die problemen ontkennen of zondebokken aanwijzen en die helemaal niets doen om het land weer aangenaam te maken. De zon van Wilders mag misschien zijn gaan schijnen, maar over het land trekt een zeer donkere schaduw. Er is genoeg te doen, maar zo komen we nergens.