Ik zat vanochtend in de zon met mijn ice coffee latte. Bekertje van afbreekbaar maïsmeel, rietje van karton. Na drie slokken zat ik te kauwen op iets wat het meest leek op nat kattenkrabkarton. Het brak af in vlokken, plakte aan mijn lip, en gaf de koffie een fijne bijsmaak van muffe regenjas. Maar goed. We redden de wereld, toch?
Want ergens is besloten dat dit de oplossing is. Dat het plastic rietje de vijand is. Niet de tonnen vervuiling van de industrie, niet de luchtvaart die elke dag een extra route toevoegt, niet de bergen kleding die we produceren om na drie keer dragen weg te flikkeren. Nee. Het rietje. Dat is het front. Dáár begint de ommekeer.
Ik scheid mijn afval, neem mijn eigen tasjes mee, en koop bewust geen vlees voor elke dag. En ja, ik hou van een goed stuk vlees op z’n tijd. Ik eet het met smaak en zonder excuses. Respect voor wie het laat staan. Maar ik ben niet van plan mezelf te zuiveren tot moreel voorbeeld omdat ik af en toe hummus eet.
Terwijl ik dus zit te sabbelen op dat kartonnen drama, blijf ik me verbazen over de poppenkast die duurzaamheid heet. Grote bedrijven pakken hun producten in in nog meer karton, plakken er een groen blaadje op en krijgen applaus.
Ondertussen loopt de wereld letterlijk vol. Maar ik krijg een schuldgevoel omdat ik niet blij ben met een rietje dat verandert in behanglijm zodra het nat wordt.
Iedereen zegt dat het bij jezelf begint. Alsof het klimaat gered wordt door individuen die papieren rietjes gebruiken, terwijl de grote vervuilers gewoon doorgaan, jaar na jaar. Alsof mijn ice coffee de druppel is die de ijskappen doet smelten.
Soms denk ik: misschien moet ik iets activistischer zijn. Me vastlijmen aan een deur. Een spandoek vasthouden op een plein. Maar ik weet niet of dat mijn vorm is. Ik weet wél dat ik moe word van doen alsof kartonnen rietjes het antwoord zijn.
Vandaag klaag ik niet over het weer. Niet over de broeierige lucht, de zompige zomers of de verschuivende seizoenen. Vandaag klaag ik over iets tastbaars. Iets dat letterlijk uit elkaar valt in mijn handen (of mond). Iets dat zogenaamd het verschil maakt, maar vooral laat zien hoe goed we zijn in symboolpolitiek.Vandaag klaag ik gewoon over papieren rietjes. Omdat ik mijn ice coffee latte graag drink zonder dat ik eraan hoef te knagen.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.