Bij een avondje Politieke Psychiaters zou ik op het puntje van mijn stoel zitten
Op uitnodiging van de Joop redactie bezoek ik een ‘Politieke Junkies’ avond. De aankondiging lonkt: “politiek ontleden, ontmaskeren, de details aan elkaar knopen, beelden analyseren, spellen wat politici zeggen en uittekenen wat ze bedoelen”. De zaal zit redelijk vol. De opening van Pieter Hilhorst en Martijn de Greve is prima en de sfeer zit er al snel in. Maar toch. Terwijl de vier heren en één dame zich vol passie storten op de ‘spin in de politiek’ zit ik me anderhalf uur lang af te vragen waarom het me maar niet wil boeien. De vonk van hun enthousiasme, die toch prettig is om naar te kijken, slaat niet over.
Mijn verbazing slaat om in irritatie wanneer de komst van Lodewijk Asscher naar Den Haag aan de orde komt: “vreemd dat Samsom zijn grootste concurrent zo’n belangrijke post geeft.. Straks overvleugelt ie hem nog! Misschien hoopt Samsom stiekem dat Asscher mislukt?” Ik hoop met heel mijn hart dat Diederik Samsom en de politiek nog niet zó ver zijn afgezakt dat ze het landsbelang gebruiken om een persoonlijke strijd te beslechten. Wanneer iemand een dergelijke land- en menselijkheid ondermijnende gang van zaken zelfs maar vermoed, verwacht ik een vlammend betoog vol woedende uitroeptekens, geen cynische en afstandelijke beschouwing.
Bij thuiskomst zie ik dat het ook in Pauw en Witteman over de meest genoemde poppetjes op het bordes gaat. Politieke commentatoren bespreken gretig de uitspraken van spin doctors en de getallen die peilers daaraan hangen. Inhoud krijgt een bijzin toegemeten. Zijn er buiten het kleine kringetje dat onder de Haagse kaasstolp aan elkaars inhoudsloze oprispingen snuffelt mensen die wakker liggen van de gedachte dat Ronald Plasterk misschien tóch niet Financiën gaat doen maar Binnenlandse Zaken?
Mij laat het koud, in ieder geval. En de Politieke Junkies en hun vrienden in essentie ook, vermoed ik. Dat brengt me tot een onthutsende gedachte: ik vermoed dat niet alleen de rondzingende secundaire meningencarrousel irrelevante tijdvulling oplevert. Het gaat dieper. De grote brede middengroep van Nederland haalt eenvoudigweg zijn schouders op over de inhoud van beleid. We bespreken alleen nog de vorm omdat de politiek zelf grotendeels irrelevant is geworden.
Als ik naar de Politieke Junkies kijk, dan zie ik vooral mensen voor wie elke politieke wending in principe irrelevant is. Niemand van hen gaat failliet aan de inperking van de hypotheekrenteaftrek. Sterker nog, de meesten verdienen hun boterham met het herkauwen van alle discussie. Alleen mensen aan de onderkant en de bovenkant van de maatschappij wachten nog zenuwachtig nieuwe beleidsmaatregelen af. Als bijstandsmoeder of ploeterende ZZP-er kun je de primaire angst hebben onder het bestaansminimum te zakken. De steenrijken bijten wellicht soms nagel omdat – wanneer vrindjes de macht verliezen – hun schimmige financiële dealtjes ineens een plaats op de politieke agenda krijgen. De rest leeft gewoon door.
Politieke Junkies voelen zich zodanig vrij van politieke inhoud en de gevolgen ervan dat ze Den Haag bekijken als reality soap. Men beschouwt de verwikkelingen tussen de hoofdrolspelers alsof het acteurs zijn die zich stamelend door een campy script heen werken. Den Haag teruggebracht tot The Voice of Holland: de ‘sterretjes’ op het podium zijn saai. Leuker is het om de grapjes en het gebekvecht van de jury te analyseren. Als de aflevering afgelopen is schenk je nog wat in en proost je op alle stakkers die weggestemd zijn. Is dat een luxe of een gotspe, dat we voor de inhoud van de politiek onze stoel niet meer omdraaien?
Ik vind het gewoon zonde, die Politieke Junkies. Een junkie zoekt naar de roes die hem ergens moet brengen, maar hem steeds verder laat verdwalen. Wat we nodig hebben zijn Politieke Psychiaters. Die door het pantser van afstandelijkheid en inhoudsloze taalspinsels heen weten te breken. Die een politicus bestoken met een even eindeloze als geduldige reeks ‘waarom’ vragen. Die geen uitspraakjes de media in knallen om ze direct als kleiduiven weer af te schieten, maar stukjes standpunt opgraven, uitbenen, afstoffen en aan elkaar schroeven. Net zo lang tot een grote politieke visie bloot voor ons ligt. En iedereen weer weet waar het werkelijk om gaat. Bij een avondje Politieke Psychiaters zou ik op het puntje van mijn stoel zitten.