Songfestival Rotterdam ontsnapt aan extreemrechtse terreuraanslag

Vijf jaar geleden hebben Luxemburgse veiligheidsdiensten stilletjes een grootschalige extreemrechtse terroristische aanslag op het Eurovisie Songfestival in Rotterdam voorkomen. Dat meldt het Parool. De 23-jarige Zweedse scheikundestudent en neonazi Alexander H. had uitgebreide plannen ontwikkeld om bezoekers te vergiftigen met cyanide en ricine, explosieven te maken en chaos te zaaien in de Ahoy. De aanslag werd ontdekt toen H. in februari 2020 werd gearresteerd in zijn huis in Luxemburg, waar politie chemicaliën en voorbereidingen voor explosieven aantrof.

Alexander H. was lid van de neonazistische terreurorganisatie The Base en had een gedetailleerd document opgesteld waarin hij beschreef hoe hij beveiligingsfirma's wilde infiltreren en nooduitgangen wilde blokkeren. Het festival ging uiteindelijk niet door vanwege corona, maar werd een jaar later alsnog gehouden met veel minder publiek. Noch de Nederlandse autoriteiten, noch de hoofdproducent van het songfestival waren op de hoogte van de dreiging, zo schrijft het Parool.

Begin deze maand eiste het Luxemburgse Openbaar Ministerie 12 jaar cel tegen H. wegens het voorbereiden van terroristische activiteiten. De extremist, die zichzelf omschreef als een "goede Ariër" en 'haat tegen vrouwen, mensen van kleur, homoseksuelen, buitenlanders en mensen met een andere religie dan hijzelf’ koesterde, wacht de uitspraak in vrijheid af.