Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) is veel te lichtzinnig geweest bij de goedkeuring van pesticiden. Daardoor werd het risico op kanker tijdenlang onderschat. Dat erkent de autoriteit in een brief aan minister Femke Wiersma (Landbouw, BBB).
De lakse werkwijze van het Ctgb kwam aan het licht na onderzoek van Zembla. Daaruit bleek dat het Ctgb bij de beoordeling van kankerrisico’s al jarenlang een verkeerde statistische test gebruikt, in het voordeel van de pesticideproducenten.
Het Ctgb bleek bij de beoordeling van proefdierstudies naar kanker een zogeheten tweezijdige test toe te passen. Dat is verkeerd, concludeerden toonaangevende wetenschappers, onder wie KNAW-directeur Geert de Snoo en hoogleraar toxicologie Ad Ragas. De manier waarop het college het risico berekent “versluiert” het risico op kanker, omdat je twee keer zoveel tumoren nodig hebt om een statistisch significant verband te zien tussen ziek worden en de blootstelling aan gif.
De toezichthouder erkent nu dat een strengere analysemethode “meestal de voorkeur” heeft. Toch is het niet van plan om bestrijdingsmiddelen die nu op de markt zijn, zoals glyfosaat, opnieuw te beoordelen. KNAW-directeur De Snoo daarentegen vindt dat alle stoffen opnieuw moeten worden beoordeeld, “want economische belangen mogen nooit gaan boven de volksgezondheid”.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.