Turks parlementslid aangeklaagd wegens tweet over drone-aanval

Op 31 augustus jl. werden in provincie Hakkari vier personen beschoten door een drone van de Turkse strijdkrachten. Als gevolg daarvan kwam een van hen te overlijden. Het was niet zomaar een drone overigens, maar een die geproduceerd werd door een onderneming van Selcuk Bayraktar, de schoonzoon van president Erdogan.

Op 7 september stelde een volksvertegenwoordiger van de Republikeinse Volkspartij (CHP), Sezgin Tanrikulu, via Twitter dat de aanval gericht was op burgers, en dus niet op leden van de Koerdische PKK. Daarbij verwees Tanrikulu naar JITEM, een illegale afdeling van de gendarme die in de jaren negentig verantwoordelijk was voor talloze moordaanslagen op burgers. Tanrikulu:

Spreekbuis De tweet van Tanrikulu bracht Erdogan een dag later tot een felle reactie. ‘Waar zijn die burgers? De drone beschoot alleen terroristen’, zei hij. ‘Deze individuen zijn op het punt gekomen waarop ze dode terroristen verdedigen’, voegde de president daaraan toe.

Erdogan kreeg bijval van defensieminister Nurettin Canikli. Hij beschuldigde Tanrikulu ervan een ‘spreekbuis van terroristen’ te zijn. Een merkwaardige uitspraak, want de CHP kan dan op de bres springen voor mensenrechten, maar de seculiere nationalisten behouden tegelijkertijd mijlen afstand tot de Koerdische PKK.

Aanklacht Nog dezelfde dag diende een aanklager in Ankara een aanklacht in tegen Tanrikulu. Hij verklaarde dat:

Reactie Tanrikulu Tanrikulu reageerde als volgt op de aanklacht tegen hem:

Verder meent Tanrikulu dat Erdogan de aanklager in Ankara opdracht gaf tot de aanklacht.

‘Terroristen’ Volgens Erdogan was de aanval dus gerechtvaardigd omdat het volgens hem om ‘terroristen’ ging. Terrorisme is onder Erdogan echter een erg wijd begrip geworden in Turkije, want in feite rangschikt hij iedereen die niet aan zijn kant staat onder die noemer.

Bovendien zijn eerder burgers gedood in Zuidoost Turkije onder het voorwendsel dat het om terroristen ging. Tot een dramatische climax kwam het wat dat betreft in 2011 toen de Turkse luchtmacht in het eveneens Zuidoostelijk gelegen Uludere (Roboski) 34 Koerdische jongens aan flarden schoot. De slachtoffers bleken toen niets met de Koerdische PKK te maken te hebben, dus wie kan garanderen dat Tanrikulu ongelijk heeft?

Alles wat Ankara met die stupide actie in Uludere bereikte was dat de haat onder Koerden jegens Turkije fors werd opgestookt. En dan wordt er nog vreemd gekeken wanneer blijkt dat de PKK telkens weer nieuwe strijders weet te rekruteren…

Kilicdaroglu Maar achter dit alles gaat uiteraard nog een punt schuil: de overduidelijke ambitie van de AKP om korte metten te maken met de CHP. Eerder dit jaar werd Tanrikulu’s collega CHP-parlementariër tot 25 jaar gevangenisstraf veroordeeld, omdat hij informatie aan de krant Cumhuriyet doorgaf waarmee glashard werd bewezen dat de nationale inlichtingendienst MIT begin 2014 wapens en munitie naar Syrië transporteerde.

Toen Erdogan vorige maand dreigde om ook CHP-leider Kemal Kilicdaroglu in dit verband te vervolgen maakte hij duidelijk dat het wat hem betreft niet bij Berberoglu zal blijven. Voorlopig lijkt vervolging van Kilicdaroglu nog een stap te ver te gaan voor Erdogan, maar wat Tanrikulu nu gebeurt onderstreept hoe weinig er nodig is voor CHP-parlementariërs om tegen een aanklacht aan te laten lopen. Absurd uiteraard, want wat Tanrikulu via Twitter suggereerde dient in een democratie binnen de vrijheid van meningsuiting te vallen.