Een van de fraaiste wijnen ter wereld begint als een zeer onappetijtelijk, zurig druifje ergens op een stuk grond waar men ooit aardappels verbouwde. Nu is die heerlijke, voedzame knol uiteraard niets te verwijten maar denk omgekeerd even aan een stooksel als Wodka of ‘Aardappelwijn’ (zo dat al bestaat). Grove grond, edel product dus. Prachtige bloem die op de mestvaalt bloeit.
Staat Koning Alcohol voor al het minderwaardige aangaande drankgebruik dan hebben we het hier over tegenhanger; Keizerin Alcohol: Champagne. De sprankelende Godendrank uit het Koninkrijk Champagne dat nog altijd in omvang toeneemt. Hoe dat kan? Logisch, dat aangrenzende aardappelveldje rendeert nauwelijks maar plant er wat stokken op en verbouw het lucratief druivenras dat zo in trek is en uw kostje is gekocht.
Alle terminologie en mystificatie ten spijt hebben we het hier over een relatief simpel te produceren, ambachtelijk product. Rommel wat aan met zogenaamde ‘stille wijn’ (een plat vocht waar de honden geen droog brood van lusten), voeg gist, suiker en wat oude wijn, de ‘liqueur de dosage’ toe, en voilá, de metamorfose van rups naar vlinder is compleet. Dat superieure eindproduct dat zich, als enige, Champagne mag noemen. Alleen een product van dat kleine stukje aarde mag zich zo noemen. Herhaal je dit trucje elders op de wereld dan mag het van alles heten, maar géén Champagne.
En daar beginnen ook meteen de moeilijkheden. Noem uw regionale product vooral naar eigen regio want nogmaals; het ‘merk’ Champagne is dubbel en overdwars beschermd. Op het gekke af, en dat maakt het ook weer zo heerlijk charmant. Die wat kinderachtige trots neemt de Fransen bijzonder voor mij in. Fijn het geboorterecht van je bijzondere, lokale product claimen en je dan teweer stellen tegen iedere (culinaire-) snoodaard die het waagt die fraaie vlag op zijn eigen product te planten. Zijn ze nou helemaal gek, handen af van onze Koningin! ‘Vive la Reine!’.
Lekker bloedserieus achter je product gaan staan en het liefst nationalistisch ‘Vive la France’ roepend ten onder gaan, de vlag (of de flute) in je stervende hand. Wat een volk, en dat alles voor een bubbelwijntje.
Derhalve beschermen de wijnboeren, trots en onverzettelijk hun gebiedsnaam dat zijn gewicht inmiddels in Platina waard is. Misbruik het begrip Champagne en het ‘Comité interprofessionel du Vin de Champagne (CVIC)’ weet u te vinden. En dat blijkt geen loze dreiging. Zo ontstond zelfs een klein internationaal schandaal bij de inauguratielunch van oud-president Barack Obama toen men het waagde ‘Special inaugeral Cuvée Champagne California’ te schenken. Een en ander werd in der minne geschikt omdat men eigenlijk ‘Champagne of California’ bedoelde. Nog steeds ‘foute boel’ natuurlijk maar het was slechts een omissie, een foutje, sorry, het speet men bijzonder.
Goed zo! Laat het gepeupel zich onledig houden met Prosecco, Cava en andere bubbelende ongein maar handen af van ons edele vocht. Helemaal als de toevoeging ‘Champagne’ uitsluitend word gebruikt om minderwaardige koopwaar van wat glans te voorzien, dan zijn de Champagne-producenten er als de kippen bij hun productnaam te vuur en te zwaard te verdedigen. Hierbij beroept men zich juridisch steevast op de beschermde oorsprongsbenaming (BOB).
Meest opmerkelijke zaak tot op heden blijft die van het Zwitserse dorp Champagne. Zij produceren al jaren hun eigen, niet bubbelende, platte wijn en willen dat product graag de naam van hun dorp meegeven: Champagne dus. De Fransen maakten bezwaar en kregen tot nog toe gelijk.
Een stel dappere Belgen durfden het een aantal jaar geleden aan ‘Champagne-bier’ op de markt te brengen. Voor de tweede keer op fles gegist óf zelfs met toevoeging van ‘échte Champagne-gist’. De furie van Reims was groot, maar verdomd, ze kwamen er mee weg. Een unicum.
Die mazzel hebben de meeste lieden, die overduidelijk uitsluitend luxe-titel ‘Champagne’ voor hun karretje-met-paard spannen dat helemaal níets met de edele wijn te maken heeft, niet.
Multinational Unilever dacht in 2009 de 70e verjaardag van het shampoomerk Andrélon op te leuken door een speciale editie van het product te tooien met het weelderige ‘Champagne-shampoo’. Dom, arrogant en buiten de waard gerekend. Champagne-producenten donderden over Unilever heen met de eis tot het terugtrekken van het product, het onmiddellijk staken van reclame-uitingen en kregen uiteraard hun grandioze gelijk. Unilever werd gesommeerd “..het gebruik van de oorsprongsbenaming te staken”.
Erg onslim ook van de marketeers om in reclame-uitingen een fles shampoo in een ijsemmer af te beelden. De kat op het spek binden noemt men zoiets. Zouden er koppen zijn gerold ten burele van het reclamebureau? Brutale Unilever ging nog in beroep ook, en paste het gewraakte ‘beeld’ van de campagne aan door het uit de emmer te halen en alleen nog maar met slingers en confetti af te beelden.
Daarop kregen de slechte verliezers wederom een tik op de vingers en enigszins vaderlijk vermaan van de rechtbank die daar natuurlijk niet intrapte; “..stimuleert Unilever immers de door haar gecreëerde handel in de Champagne-shampoo, hoewel Unilever weet en erkent dat die handel onrechtmatig is”.
De multinational werd nog net niet zonder eten, en met de blote benen naar bed gestuurd. Campagne en de ontwikkeling van het product hadden uiteraard al een vermogen gekost en dat begreep de rechter ook wel. Heel sportief hoefde Unilever alleen de kosten van het geding, zijnde 25.000, af te tikken en schluss. Niet meer doen hoor jongens, foei!
Een grappig Moët&Chandon-kaarsje van Xenos kostte de moedermaatschappij overduidelijk een bom boete-duiten maar de Spaanse tapasbar-keten Champanillo dacht wel onschuldig en vrolijk ‘Champanillo’ te kunnen promoten. Kort door de Spaanse bocht ‘een kleintje Champie’. Geen sprake van! Toen zij de productie van dat drankje stopten maar tóch de naam bleven voeren voor de ‘activiteiten’, zijnde ‘een tapasbar’ greep de rechter eveneens in. Een zeer vergaande vorm van bescherming van de naam ‘Champagne’.
Onlangs werd mij in ‘de betere horeca’ overigens bijna de strot afgebeten bij het bestellen van een glas Champagne: “Mijnheer, wij schenken hier uitsluitend Natuurwijnen”. En ik in mijn grenzeloze naïviteit maar denken dat het in de horeca vooral om lekker eten en drinken ging.
Gelijk een geweldig pleidooi om met die Natuurwijn-onzin te kappen dus. Vive l’Empératrice, Vive le Champagne!
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.