In februari schreef Duitsland Vandaag al dat de PVV ondanks haar populisme in Nederland salonfähig was geworden. Eerlijk gezegd dacht ik dat de werkelijkheid me wel zou corrigeren. Maar wat blijkt? Wilders heeft aangetoond dat het niet mogelijk is om samen met de PVV een land te regeren. De maatschappelijke problemen zijn vandaag de dag immens, en de populistische ‚oplossingen‘ verre van realistisch.
Het is tijd dat politici van alle partijen de koppen bij elkaar steken en alles op alles zetten om het land naar behoren te besturen. Dan is het ook mogelijk om onpopulaire maatregelen te nemen — en ik ben ervan overtuigd dat de kiezer uiteindelijk eerder akkoord gaat met ijzersterke argumenten dan met schijnoplossingen die tot niets leiden.
PVV versus AfD: structurele en ideologische verschillen
Als inwoner van Duitsland lees ik vrijwel dagelijks iets over de AfD in het nieuws. Je kunt deze partij niet één-op-één vergelijken met de PVV. Hoewel zowel de PVV als de AfD zich fel uitlaten over migratie, de islam en de Europese Unie, verschillen ze sterk qua organisatie en toon. De PVV is een eenmanspartij – Geert Wilders is het enige lid en bepaalt alles. Daardoor ontbreken interne machtsblokken of extremistische fracties die de koers kunnen verscherpen.
De AfD daarentegen kent een brede ledenbasis waarin radicale vleugels, zoals de zogeheten Flügel rond Björn Höcke, de overhand hebben gekregen. Höcke riep ooit op tot een “180-gradenwending in het Duitse herinneringsbeleid”, waarmee hij bedoelde dat Duitsland minder aandacht zou moeten besteden aan de misdaden van nazi-Duitsland – een uitspraak die veel Duitsers als schokkend ervoeren.
In Duitsland is de AfD daardoor uitgegroeid tot een partij die openlijk flirt met extreemrechts gedachtegoed. Enkele prominente leden onderhouden contacten met neonazistische groepen, en uitspraken met antisemitische of racistische ondertoon hebben de partij in diskrediet gebracht.
Wilders daarentegen vermijdt zulke symboliek. Zijn retoriek richt zich vooral op de islam en de EU, niet op het herschrijven van de geschiedenis. Bovendien benadrukt de PVV sociaal-economische thema’s zoals zorg, koopkracht en ouderenbeleid, wat haar voor veel Nederlanders een meer ‘gewone rechtse’ partij doet lijken.
AfD en extreemrechts: een groeiende zorg voor Duitsland
In Duitsland wordt de AfD steeds nadrukkelijker gezien als een bedreiging voor de democratie. Onthullingen over geheime bijeenkomsten, waar partijleden spraken over deportatieplannen voor migranten en “niet-geïntegreerde burgers”, veroorzaakten dit jaar massale protesten. Onder het motto „Nie wieder ist jetzt“ (“Nooit meer is nu”) gingen miljoenen Duitsers de straat op.
De Verfassungsschutz – de Duitse binnenlandse veiligheidsdienst – houdt de partij scherp in de gaten. In meerdere deelstaten geldt de AfD inmiddels als verdachtsgeval van extremisme, en sommige juristen pleiten zelfs voor een verbod.
Waarom Nederland en Duitsland anders omgaan met radicaal-rechts
Het verschil in perceptie is historisch diep verankerd. Duitsland draagt het trauma van het naziverleden, met een sterke herinneringscultuur en een breed maatschappelijk bewustzijn van de gevaren van extreemrechts.
Nederland heeft dat minder. Hier wordt Wilders vooral gezien als een rechtse populist die tegen het establishment ageert. Zijn scherpe taal over migratie en islam wordt door velen als “zeggen waar het op staat” beschouwd, niet als een bedreiging van de democratie.
Ook het politieke systeem speelt mee. De PVV kan niet zelfstandig regeren; ze is afhankelijk van coalitiepartners die haar temperen. In Duitsland daarentegen is de AfD in sommige deelstaten al bestuurlijk actief en daarmee een directe factor van invloed – precies wat veel Duitsers zorgen baart.
Conclusie
Hoewel de PVV en de AfD ideologisch veel gemeen hebben – nationalisme, anti-EU-gevoelens en vijandigheid tegenover migratie – verschilt hun maatschappelijke betekenis. De PVV wordt door veel Nederlanders gezien als een stem van protest, een “corrigerende kracht” in de politiek. De AfD daarentegen geldt in Duitsland als een echte bedreiging voor de democratie – een partij die flirt met het verleden waar Duitsland juist nooit meer naar terug wil.
De PVV heeft bewezen vooral een protestpartij te zijn. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik dit protest herken, maar niet omarm. In een ver verleden – ik was een jaar of vijftien – irriteerde ik me enorm aan het klaslokaal van mijn leraar maatschappijleer. Het hing vol met posters van de PSP, CPN en aankondigingen van demonstraties tegen kernwapens.
Ik hield me destijds absoluut niet met politiek bezig, maar ik vond die eenzijdigheid niet in orde. Dus ondernam ik actie: ik bestelde posters en stickers bij het Oud-Strijders Legioen. Daarop stonden leuzen als “Olieboycot, oliedom” en “Liever een raket in de tuin dan een Rus in de keuken.” Ik plakte de deur van het lokaal vol met stickers en moest ze een week later, op gezag van de conciërge, met water en zeep weer verwijderen. Dat heb ik graag gedaan, omdat ik wist dat die OSL-club ook niet de oplossing was.
Daarom voelde ik me een paar jaar later eerder verwant met de PvdA en PSP dan met het extreemrechtse gedachtengoed. Maar ik respecteerde wel rechts gedachtengoed dat met sterke argumenten was onderbouwd. De start van Paars I juichte ik dan ook toe: links en rechts zaten om tafel en zochten met argumenten naar oplossingen.
Misschien zit in dat jeugdig protest iets van wat veel Nederlanders vandaag voelen: de drang om eindelijk gehoord te worden, al weet men niet altijd waarvoor of tegen wat. Misschien willen ook nu weer velen de deur volplakken met stickers, omdat ze het eindeloze, eenzijdige gediscussieer zat zijn.
Dit artikel is ook verschenen op Duitsland Vandaag.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.