Door Pieter Smit en Anne-Ruth Wertheim
Nadat secretaris-generaal Rutte in zijn slotwoord op de NAVO-top in Den Haag op 24 en 25 juni had gezegd dat de NAVO dodelijker moet worden, zijn er in de Nederlandse pers maar weinig verontruste reacties verschenen. Wij zullen laten zien dat er juist alle reden is om buitengewoon verontrust te zijn, omdat er in deze woorden grimmige aanwijzingen zitten voor een naderend neofascisme.
NAVO secretaris-generaal Rutte heeft in zijn slotwoord van de NAVO-top in Den Haag op 24 en 25 juni 2025 gezegd: Together the Allies have laid the foundations for a stronger, fairer and more lethal NATO. In het Nieuwsuur-bulletin van de slotavond is van min. 3.20 tot 3.25 te zien hoe Ruttes woorden werden vertaald met: Samen hebben de bondgenoten de fundamenten gelegd voor een sterkere, eerlijkere en dodelijkere NAVO.
Eerder werd deze zelfde uitspraak van Rutte op NU.nl (zie vanaf het begin) vertaald met … een sterkere, eerlijkere en krachtigere NAVO. Dat NU.nl hier het more lethal heeft vertaald met krachtigere in plaats van met dodelijkere, is op z’n minst opmerkelijk. Het Engelse ‘’lethal’’ betekent immers gewoon ‘’dodelijk’’ en door dat te vertalen met ‘’krachtiger’’ krijg je een bizarre verdubbeling met het eerstgenoemde bijvoeglijk naamwoord: ‘’sterker’’. Deze merkwaardige vertaling roept de vraag op of men bij NU.nl soms niet kon geloven dat Rutte met de woorden more lethal werkelijk dodelijker bedoeld had?
Hoe dan ook, nu het Rutte en zijn medestanders gelukt is de NAVO-bondgenoten zo ver te krijgen dat zij in de loop van de komende jaren 5% van hun nationale inkomen zullen besteden aan bewapening, laat hij de mensheid weten dat het bondgenootschap daardoor dodelijker is geworden. Een term die bij ons onheilspellende gedachten oproept. Wij moeten terugdenken aan de boeken van J.B. Charles, waarin hij beschrijft wat Thanatische Zinnelijkheid inhoudt, het genieten van het doden, de lust van het doden, vergelijkbaar met erotische lust.
Thanatische Zinnelijkheid, de lust om te doden
J.B. Charles is de schrijversnaam van de hoogleraar in de Rechtsgeleerdheid en Criminologie Willem Nagel (1910-1983), die tijdens de Tweede Wereldoorlog verzet pleegde waarbij hijzelf herhaaldelijk aan de dood ontsnapte. Daarna is hij de gebeurtenissen waarvan hij getuige was geweest voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog, gaan analyseren in belangrijke boeken waarin hij greep probeerde te krijgen op de aard van het fascisme. Dat deed hij om te beginnen in “Volg het spoor terug’’ (1953) en vervolgens in ‘’Van het kleine koude front‘’ (1962), waarin hij vanaf pagina 189 een heel hoofdstuk wijdt aan de thanatische zinnelijkheid. Daarin vergelijkt hij de manieren waarop er in openbare geschriften geschreven mag worden over Eros, de liefde, en over Thanatos, de dood. Als jurist moest hij immers de grens bepalen tussen wat zedelijk, betamelijk en toelaatbaar was, en wat niet.
Om duidelijk te maken wat hij bedoelt met thanatische zinnelijkheid, citeert hij uit het Weekblad voor Katholieke Strijdkrachten ‘’Salvo’’ hoe er wordt geschreven over het doden:
[…] Het hele salvo petst in zijn gezicht. Niet één schot gaat ernaast. De loop maait als een zeis. […] Het zijn er nu al meer dan twintig. Weer gooit hij een eierhandgranaat. Terwijl hij zich op de grond laat vallen, heeft hij reeds de lont van het volgende ei tussen duim en wijsvinger. De soldaten, die uit de tent komen, stapelen zich als het ware van zelf op tot gewonden, stervenden en doden […].
Bij het horen van de alarmerende boodschap dat wij als NAVO dodelijker zijn geworden, moeten wij ook terugdenken aan de film ‘’Novecento’’ (1976) van Bernardo Bertolucci - die gaat over de opkomst van het fascisme in Italië. Daarin typeert hij het personage Alfredo, dat staat voor ‘de fascist’ (gespeeld door Donald Sutherland), met een scene waarin die met kennelijk genoegen een kat vermoordt.
Willem Nagel heeft grondig onderzocht hoe deze gevoelens van voldoening bij het doden onlosmakelijk deel uitmaken van het fascisme. In Maatstaf, jaargang 11, uit 1963-64, schrijft hij op p. 579: Wij zien hier in het voorbijgaan de wortel bloot liggen waarop èn het militarisme èn het fascisme stoelen […] Ik noem die sadisme. Sadisme is lustvol gepleegde wreedheid, met het motief, dat de tegenstander vijand wordt op het ogenblik dat hij als slachtoffer is uitgekozen, vernederd wordt omdat hij verliest en schuld draagt als hij zich verzet terwijl hij de zwakste is. Het […] is een vast kenmerk van de fascistische woede: deze kiest zich een slachtoffer en promoveert dat slachtoffer op het ogenblik dat deze zich begint te verweren tot vijand. Hoe de fascistische haat gevoed wordt door het verweer van de voor vernedering uitgekozenen was al direkt gebleken toen Hitler in Duitsland aan de macht gekomen was.
In zijn boeken en artikelen schrijft Willem Nagel ook gewetensvol over de onmenselijke keuzen die hijzelf heeft moeten maken als verzetsstrijder. En hoe hij na de oorlog vanuit zowel juridisch als menselijk oogpunt nadacht over het bestraffen van de fascisten en of, en wanneer, er verzoening mogelijk was. In Maatstaf, jaargang 1. uit 1953-54 schrijft hij op p. 799 in ‘’Het laatste woord’’ over zijn boek ‘’Volg het spoor terug’’ (1953):
Nu is de mens gelukkig niet gepredestineerd goed, fout, gevaarlijk of onschuldig. God zij dank, wij zijn voor inzicht en voor afschuw vatbaar. In een aanzienlijk aantal gevallen kon o.a. door zuivering en berechting verzoening plaatsvinden. Er zijn echter ook onverzoenlijken. Dat zijn zij, die vijand willen blijven. Ik ben verzoenlijk. Alleen niet ten opzichte van de krachten van de vijand en zijn actuele vertegenwoordigers.
Hij moet daarmee bedoeld hebben dat hij zich niet wilde verzoenen met wat er na de Tweede Wereldoorlog van het fascisme was overgebleven, en nog steeds een gevaar vormde. Wij vatten zijn woorden op als een waarschuwing die maakt dat wij ons nu moeten afvragen of er enig gevaar schuilt in de uitspraak van de secretaris-generaal van de NAVO op die 25ste juni aan het eind van de NAVO-top in Den Haag, dat het bondgenootschap dodelijker is geworden. Daartoe gaan we kijken in de geschriften en uitspraken binnen Ruttes tegenwoordige vriendenkring.
Eind januari 2025 belde Mark Rutte voor het eerst met Pete Hegseth, de nieuwe Amerikaanse minister van Defensie. Volgens de Amerikanen kwam uit dat telefoongesprek vooral dat Rutte zich committeerde aan het voornemen om de NAVO sterker en dodelijker te maken. Maar binnen de NAVO gelederen zelf was men toen blijkbaar nog huiverig om de term te gebruiken, want vermeed men die zo veel mogelijk. Dat gold niet voor Trump’s minister van defensie Pete Hegseth zelf, die het te pas en te onpas bleef rondtwitteren. Rutte en Hegseth hadden achter gesloten deuren natuurlijk talloze gesprekken waarin de term waarschijnlijk gewoon gebruikt werd. Maar Rutte verklaarde het, zoals wij gehoord hebben, na een proefballonnetje in een Britse Denktank, voor het eerst publiekelijk tot NAVO-beleid op de top in Den Haag.
De term dodelijker lijkt dus vooral afkomstig te zijn van Hegseth, maar betekent dit nu dat het dus alleen gaat om een onschuldige hobby van één van de machthebbers in de VS?
Eind 2024, kort na zijn aantreden als minister, kreeg Hegseth vragen van journalisten over zijn samenwerking met het Congres en met het Pentagon. Hij antwoordde dat hij van Trump de soldaten weer op één moest zetten, dat hij de ''oorlogsethiek van de soldaten’’ terug moest brengen naar het Pentagon: "Het gaat alleen nog maar over dodelijk, dodelijk, dodelijk. Al het andere dat hiervan afleidt, moet ophouden." stelde hij.
In het boek ‘’American Crusade’’, dat Hegseth vlak vóór zijn benoeming tot minister van defensie had geschreven, krijgen we inzicht in zijn morbide gedachtewereld. In oorlogszuchtige taal roept hij op tot een kruistocht tegen onder meer links en de islam, om de vrijheid in de Verenigde Staten te redden. Met de democratie heeft hij niet zoveel. Hegseth was militair in Irak en Afghanistan, en daarna commentator bij de zeer rechtse TV-zender Fox. Hij ziet zichzelf als een Christen-nationalist, wat een snel groeiende rechts-extremistische politieke beweging is (zie ook hier). Dat, gevoegd bij de agressieve tatoeages op zijn lijf die hij demonstratief aan de wereld toont, doet een griezelig beeld oprijzen. En het ziet ernaar uit dat we hiermee ook inzicht krijgen in wat Trump, en de machthebbers rondom hem, moet hebben aangetrokken in de persoon van Hegseth. In zijn boek beschrijft hij ook wat hij bedoelt met het terugbrengen van de oorlogsethiek onder de Amerikaanse soldaten. Diversiteit en mensenrechten zouden het leger slap gemaakt hebben en veel militairen sneuvelden daardoor onnodig, schrijft hij. Hij stelt voor daarom het internationale oorlogsrecht te negeren, en het als volgt aan te pakken: "Hey Al Qaeda, als je niet ophoudt, dan rukken we je armen er af, en voeren die aan de varkens." Het leger moet volgens hem meedogenloos en overweldigend dodelijk worden. Hij pleitte ook met succes voor amnestie voor diverse militairen, veroordeeld voor oorlogsmisdaden.
Minder beperkingen aan de oorlogvoering voor wat betreft het aantal burgerslachtoffers?
Toen Rutte door een Duitse journalist gevraagd werd waarom de NAVO dodelijker moest worden zei hij dat dat nodig was voor de afschrikking. Over wat er inhoudelijk zou veranderen, zei hij niets. Maar wij betwijfelen dat er met de intrede van minister Hegseth niets anders zou zijn gebeurd dan dat er alleen maar op een andere manier gepraat wordt over oorlogvoeren. We vinden dat er alle reden is te vrezen dat er ook gedoeld wordt op het internationale oorlogsrecht, waarop immers de gevechtsregels zijn gebaseerd over het beperken van het aantal burgerslachtoffers. Hegseth maakt in zijn eerste beleidsopdracht aan zijn generaals, ‘’All About Army’s New Comprehensive Transformation Strategy’’, slechts drie woorden vuil aan het afschaffen van die gevechtsregels: “overcome parochial interests” (het overwinnen van parochiale belangen), en die worden binnen het Amerikaanse leger sinds maart ook al niet meer gehandhaafd. Die hele afdeling is naar huis gestuurd, en ook alle mensenrechtenadviseurs.
Hiermee is voor de andere NAVO landen een levensgroot probleem ontstaan: in haar Artikel 1 belooft de NAVO zich te houden aan de mensenrechten. Hoe dat te doen bij samenwerking, is uitgewerkt in de eigen gevechtsregels, de Rules of Engagement. De Amerikanen hebben veel betere satellietfoto’s. Dus bij een gezamenlijke oorlog gaat het vaak als volgt. De Amerikanen wijzen een doel aan dat door een Nederlandse piloot gebombardeerd moet worden. Dan horen de Amerikanen erbij te vermelden hoe groot het risico op burgerslachtoffers is. Maar het nieuwe beleid van Hegseth maakt ze dat erg moeilijk. Die gevechtsregels waren de laatste jaren juist wat strenger geworden na de vele incidenten met grote aantallen burgerslachtoffers, zoals bijvoorbeeld de 85 slachtoffers van "Hawija", waarbij een bombardement werd uitgevoerd zonder dat men zich behoorlijk op de hoogte had gesteld van de lokale omstandigheden.
Is Amerika nu werkelijk van koers veranderd? Twee weken geleden bombardeerde het Amerikaanse leger een speedbootje met naar ze aannamen drugs en waarschijnlijk ook een paar migranten er in, en gooiden de beelden trots op internet. Dat is volkomen in strijd met het oorlogsrecht. Een angstaanjagende aanwijzing in die richting hadden we al gekregen nu Amerika er in toestemt dat de Israëliërs in de Gazastrook extreem veel burgerslachtoffers maken “om Hamas uit te schakelen”. Het is dus duidelijk dat Hegseth zich niet alleen maar schaamtelozer uit. We willen nu graag antwoord hebben op de vraag of Hegseth en de zijnen Mark Rutte hebben meegekregen. En of dat betekent dat de NAVO haar streven naar minder burgerslachtoffers zal laten varen. Zou het kunnen betekenen dat de Amerikanen ook in NAVO-verband willen overgaan tot wreedheden zoals door Hegseth gesuggereerd ("Hey Al Qaeda, als je niet ophoudt, dan rukken we je armen er af, en voeren die aan de varkens.") en dat de NAVO als geheel daarbij dan een oogje gaat toeknijpen? Of er zelfs aan mee gaat doen?
Om meer te begrijpen van het soort dilemma’s waarvoor de NAVO zich gesteld ziet, moeten we ons óók afvragen of er soms verband is met de laatste ontwikkelingen in de Lange Afstand Oorlogvoering.
De eerste mensen die gewapenderhand andere mensen doodden, zagen precies wat ze deden want de afstand tot hun slachtoffers kon nooit zo groot zijn dat dat lijden en die doodstrijd voor hen verborgen kon blijven. Dat bleef millennia lang zo, maar veranderde wezenlijk toen men lange afstandswapens ging ontwerpen en bouwen, zoals vliegtuigen waarmee bommen over grote afstanden konden worden vervoerd en neergelaten op mensen ver weg. Dat had het macabere voordeel dat de militairen die aan de knoppen zaten niet meer lastig werden gevallen door de aanblik van wat zij aanrichtten. Dat was al het geval geweest met de ‘’gewone’’ bommen die uit vliegtuigen op mensen werden gegooid, om te beginnen in 1911 toen de Italianen bommen gooiden op opstandelingen in Libië. Treffende voorbeelden van zulke bombardementen zijn natuurlijk ook die van de Duitsers op Rotterdam op 10 mei 1940, en vervolgens die van de Engelsen op Duitse steden (met name Dresden) in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog. En niet te vergeten de atoombommen van de V.S. op de inwoners van de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki, op respectievelijk 6 en 9 augustus 1945, en een vergelijkbaar aantal burgerdoden bij het bombarderen van Vietnam. In al deze gevallen konden de daders de mensen die ze raakten niet meer gedetailleerd onderscheiden. Maar vanuit de verte konden ze nog wel iets waarnemen of daar althans enig vermoeden van hebben. Zo kon het gebeuren dat één van de bij ‘’Hiroshima’’ betrokken piloten later psychisch in de war raakte van berouw.
Maar met de op satellieten navigerende raketten en drones die nadien werden ontwikkeld, werd het daderschap in zekere zin losgekoppeld van de te vermoorden mensen. Voor zover er in oorlogvoering ooit iets van medemenselijkheid heeft geschuild, was daarvan op deze manier bitter weinig meer over. Want degenen die de apparaten bedienden hoefden zich nauwelijks meer te bekommeren om wat ze aanrichtten. Een mooie bijvangst voor de wapenindustrie bestond eruit dat de gebruikers van de wapens, de consumenten dus om zo te zeggen, met iedere meter die de afstand tot hun doelwitten groter werd, zelf minder gevaar zouden lopen.
Maar alsof dit nog niet genoeg was, is er laatste jaren nog weer een nieuwere ontwikkeling gaande. Die hebben wij kunnen aanschouwen toen de VS en Israël begonnen zonder waarschuwing vooraf, laat staan enige officiële oorlogsverklaring, hun vijanden in andere landen uit de weg te ruimen. Die vernieuwing is pas mogelijk geworden nadat de wapenindustrie vlijtig had gewerkt aan het met camera’s uitrusten van hun langeafstandswapens, raketten en drones. Onveranderd is gebleven dat degenen die de computers bedienen zelf buiten levensgevaar blijven. Maar een wrang voortvloeisel uit deze technologische vernieuwing is dat wat juist zo’n voordeel was geweest van de bestaande langeafstandswapens, dat de daders niets meer hoefden te zien van wat ze te weeg brengen, nu weer helemaal ongedaan is gemaakt. Zij kunnen nu tot in detail gadeslaan waarop ze hun pijlen richten en hoe hun slachtoffers daarbij de dood vinden. Bijvoorbeeld met raketten waarmee zonder enige explosie te veroorzaken, mensen in verre landen uit de weg kunnen worden geruimd. Vlak voordat de kop van het projectiel de hals bereikt van de levende mens, schieten daar zes vliegensvlug ronddraaiende messen uit die het eigenlijke werk doen.
En dat brengt ons terug bij de Thanatische Zinnelijkheid van J.B Charles. Want waar het nu dus om gaat is dat er een ‘’oplossing’’ moest worden gevonden voor het opnieuw opgedoemde probleem dat de uitvoerende militairen worden geconfronteerd met het lijden en de doodsstrijd van hun slachtoffers en dat sommigen zich daartegen verzetten. Want ook nu weer zijn er gewetensvolle dronepiloten die depressief worden of aan de drugs raken, of heel boos worden op hun meerderen.
Eén van de oplossingen voor dit probleem die de militaire machthebbers in de schoot geworpen kregen, is dat zij het laatste deel van het doden kunnen laten overnemen door Artificial Intelligence. Dat schijnt één van de redenen te zijn waarom het Israëlische leger zowel het beslissen over de vraag waar de bommen in Gaza gegooid moeten worden, als de uitvoering daarvan, bijna geheel overlaat aan AI-computers. Dan kúnnen de afstandspiloten dus wel meekijken, maar ze hoeven niet rechtstreeks getuige te zijn van iemands doodstrijd, al kunnen ze zich die wel voor de geest halen. Maar omdat een nadeel van AI is dat de trefzekerheid soms geringer is, besluit men nogal eens om hele huizen van vermeende tegenstanders te vernietigen. Want de coördinaten daarvan zijn precies bekend via de telefoongegevens en dan hoeft niemand de raket of drone de laatste honderd meter nog te besturen en dus ook niet mee te kijken. Bijkomend ‘’voordeel’’ is dat je de hele familie mee de dood injaagt, en zo in één moeite door voorkomt dat jongere broertjes de plaats innemen van de gedode tegenstander. En wie weet bereik je er ook nog mee dat steeds meer families die hier getuige van zijn geweest, ertoe overgaan hun opstandige zonen ervan te weerhouden in opstand te komen.
Een heel andere oplossing om de NAVO-piloten te behoeden voor gewetensnood houdt verband met de Rules of Engagement zoals die nu nog bestaan. Niet alleen de soldaat die schiet, maar ook de hele keten van officieren boven hem is verantwoordelijk en beslist mee. Dan heeft, zo wordt algemeen aangenomen, de soldaat die schiet minder gewetensnood. Maar die officieren boven hem misschien juist wel meer.
Gaat Europa nu ook het oorlogsrecht verwaarlozen?
In de stukken die wij vonden, komt het volgende beeld naar voren over de manieren waarop er in de hogere regionen van de NAVO wordt gedacht over het eerbiedigen van het oorlogsrecht, waarbij het beperken van het aantal burgerdoden vanzelfsprekend zo ongeveer het belangrijkst is. Een fors deel van de Europese generaals, en ook de Amerikaanse generaals die nog onder Biden of zelfs nog onder Obama zijn benoemd, lijken het respecteren van het oorlogsrecht en de mensenrechten te omarmen of minimaal als een noodzakelijk kwaad te zien, al was het alleen al om munitie te sparen, de publieke steun voor het oorlogvoeren te behouden, en dus te voorkomen dat er te veel militairen in psychische problemen raken.
Een ander deel van de generaals, nu dus onder de bezielende leiding van de nieuwe Amerikaanse minister van defensie Hegseth, lijkt om te beginnen net als de Israëli’s een deel van die verantwoordelijkheid eenvoudig te willen uitbesteden aan de AI-computers. Daarnaast willen ze veel soepelere rules of engagement, waarbij soldaten veel meer zelf beslissen. Maar, en daar komt het op aan, zij hebben tegelijkertijd voordeel bij het terugleggen van de verantwoordelijkheid voor het doden bij de individuele soldaten als een geëigende manier om zelf aan die zware verantwoordelijkheden te ontkomen.
In de hele krijgsmacht moet het doden weer in een positief daglicht komen te staan.
Dat betekent dat het oorlogvoeren in wat ze zien als de masculiene stijl en met name het doden van zoveel mogelijk van de - als het even kan van tevoren ontmenselijkte tegenstanders - weer in een positief daglicht moet komen te staan. En dat zal niet lukken zolang de soldaten zich steeds maar weer schuldig blijven voelen over wat ze aanrichten. Daarom is het hoogst noodzakelijk dat zij zó getraind worden dat zij stap voor stap leren het doden als een verdienste te gaan ervaren. Daarvoor zullen vast en zeker wel weer nieuwe uitgekiende psychologische methoden gevonden worden. Het verheerlijken van het doden, het bevorderen van de thanatische zinnelijkheid, zal dan, in een nieuwe vorm een vast bestanddeel moeten worden van de training van de militairen, zodat in hun breinen geleidelijk aan het besef postvat dat ze bezig zijn met iets uiterst waardevols en heldhaftigs.
Als dit inderdaad is wat er gaande is, dan vrezen we dat we Hegseths’ uitroep "More lethal!!!" en het herhalen daarvan door Rutte - onweersproken door de NAVO-partners - moeten duiden als een fundamentele koerswijziging voor de NAVO-legers, weg van het oorlogsrecht. En we houden ons hart vast dat het niet nòg erger is en dat we deze ontwikkeling - in het voetspoor van Willem Nagel - moeten zien als een voorbode van een naderend neofascisme.
Pieter Smit studeerde politicologie en journalistiek, en onderzocht mensenrechtenschendingen in gewapende conflicten in vooral Afrika, en internationale (ook Nederlandse) samenwerking met partijen die in Afrika de mensenrechten schenden. Zijn werk bracht hem naar landen als Mauritanië, Mali, Sudan, Zuid-Sudan, Ethiopië en Somalië, maar ook naar de krochten van het Europese en Nederlandse asielsysteem.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.