Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Waarom we oorlog moeten voorkomen in plaats van stimuleren zoals we nu doen

  •  
02-06-2025
  •  
leestijd 7 minuten
  •  
6982 keer bekeken
  •  
markrutte

Deze week kwamen mijn vrouw en ik vanuit een soort van omzwerving uiteindelijk terecht in Zaltbommel bij een leuk Thais restaurant. De zon brak door en we zaten aan een tafeltje buiten met uitzicht op de winkelstraat, die plots volliep met een hele stoet van afwisselend dure, chique auto’s en oldtimers. Bleek er verderop een gala plaats te vinden van afgestudeerde middelbare scholieren, die er allemaal prachtig uitzagen in pak en jurk, omringd door hun trotse ouders.

Toevallig of niet ging ons gesprek over de oorlogsretoriek in Nederland en Europa de laatste jaren en de aanstaande uitbreiding van militaire plekken en activiteiten in Nederland die daar nu op volgt. Wij krijgen daar namelijk zelf nadrukkelijk mee te maken. De militaire vliegbasis in Gilze Rijen gaan de oefeningen uitbreiden tot bijvoorbeeld 1500 helikopterlandingen per jaar op de Regte Heide, een natuurgebied waar wij naast wonen. In heel Nederland komen er meer dan 50 nieuwe militaire locaties bij. En dit alles om ons voor te bereiden op een oorlog, wat diverse militaire- en politieke leiders, zoals Mark Rutte, al een aantal jaren verkondigen. We moeten volgens hen snel kunnen overschakelen naar een oorlogseconomie. Ook worden Nederlanders opgeroepen een noodpakket in huis te halen. De Telegraaf kopt tevreden dat de sneuvelbereidheid (sta een moment stil bij dit woord!) onder Nederlanders groeit tot bijna de helft die ons vaderland wil verdedigen in een oorlog. Gisteren sprak ik nog iemand die bevriend is met een Kamerlid van een politieke partij waarbij een intern gespreksonderwerp ging over hoe we inderdaad deze sneuvelbereidheid onder jongeren kunnen vergroten. 

Het gaat dan om dezelfde jongeren die in Zaltbommel voor ons tafeltje voorbijkwamen, ze zagen er prachtig uit, talentvol, met hun dromen en toekomst voor zich. Het idee dat we deze jongeren zouden moeten offeren, raakt me. Als je dit tot je gevoel laat doordringen, dan zou je als politiek er toch alles aan moeten doen om een oorlog te voorkomen, in plaats van dit te stimuleren, zoals dat nu het geval is. De steun en deelname aan de oorlog in Oekraïne wordt namelijk door de meeste politieke partijen met verve uitgedragen. Als je dan het woord vrede in de mond durft te nemen, word je al snel voor gek verklaard of voor wappie versleten, het sinds de coronacrisis algemeen aanvaarde scheldwoord voor mensen die kritisch zijn op het gangbare narratief. Of je bent een vriend van Poetin. Ik vind het vooral schokkend dat we zo makkelijk onze jonge mensen willen opofferen en daarbij niet stil staan bij de grote negatieve gevolgen daarvan.

Even wat feiten en cijfers op een rijtje, die ik aan de hand van vragen aan Chat GPT over dit onderwerp heb verzameld. Over moord. In Nederland is moord een van de zwaarste misdrijven en wordt dan ook streng bestraft. Volgens artikel 289 van het Wetboek van Strafrecht geldt: hij die opzettelijk en met voorbedachten rade een ander van het leven berooft, wordt als schuldig aan moord gestraft met levenslange gevangenisstraf of een tijdelijke gevangenisstraf van ten hoogste dertig jaren of een geldboete van de vijfde categorie (max 90.000 euro). Het is voor mij niet te bevatten dat we een oorlogsmentaliteit aan het kweken zijn, die datzelfde moorden met voorbedachten rade stimuleert en dus als normaal beschouwt. Behoorlijk schizofreen eigenlijk en in een mens met een moreel besef niet te verenigen. Wat blijkt uit het volgende.

Over trauma. In de VS ontwikkelen gemiddeld 25 procent van de oorlogsveteranen een stresstrauma (PTSS), maar daarnaast nog andersoortige klachten zoals depressie, angststoornissen en traumatisch hersenletsel. Jaarlijks ervaart 1 op de 4 tot 5 militairen symptomen van een psychische stoornis, waarvan PTSS dus een van de meest voorkomende is na gevechtsdeelname. In de VS worden jaarlijks een half miljoen veteranen met PTSS geholpen. Ongeveer 20 veteranen per dag overlijden in de VS door zelfmoord, trauma speelt daarbij vaak een grote rol. Niet alleen gevechten, maar ook zaken als seksueel misbruik binnen het leger veroorzaken veel psychisch trauma. In andere landen zoals Canada, Duitsland, Frankrijk, Australië, maar ook Nederland kan de geschatte PTSS bij veteranen oplopen tot maximaal 15 procent. 

Naast PTSS is morele verwonding een relatief nieuw begrip dat steeds meer aandacht krijgt binnen trauma-onderzoek, met name bij militairen, veteranen, zorgpersoneel en anderen die met ingrijpende morele dilemma’s te maken krijgen. Morele verwonding is geen psychiatrische stoornis zoals PTSS, maar een diep innerlijk conflict dat ontstaat wanneer iemand iets doet wat tegen zijn of haar diepste waarden ingaat. Iets nalaat wat volgens het geweten had gemoeten. Getuige is van ernstig onrecht, geweld of verraad door een autoriteit.

Morele verwonding komt regelmatig voor bij soldaten die; burgers zagen sterven door eigen toedoen of nalatigheid. Bevelen moesten opvolgen die moreel twijfelachtig waren. Zich verraden voelden door hun leiders of politieke opdrachtgevers. Symptomen kunnen zijn; diepe schuld en schaamtegevoelens, moeite met zelfvergeving, zinverlies of existentiële crisis, sociale terugtrekking, woede jegens gezag of systemen. Soms ook zelfdestructief gedrag of suïcidaliteit. Een soldaat die zich moest verdedigen maar per ongeluk een kind doodde, kan jaren later nog lijden aan een morele wond, zelfs als er formeel geen ‘fout’ is gemaakt. 

In een onderzoek bij Amerikaanse veteranen uit Irak en Afghanistan gaf meer dan 25 procent aan ervaringen te hebben die onder morele verwonding vallen. Ook bij Nederlandse soldaten wordt gesignaleerd dat er hulpvragen meespelen op dit gebied. Hier een voorbeeld van een Amerikaanse militair, sergeant David die in Afghanistan vocht. We kregen een melding over vijandelijke activiteit in een dorp. Mijn team en ik gingen erheen, klaar voor actie. Een man rende plots weg en ik gaf bevel om te schieten. Hij had geen wapen. Hij bleek een boer. Een vader van vier kinderen. Hij was gewoon bang. Het leger zei dat ik juist had gehandeld. Volgens de regels. Maar ’s nachts zie ik nog steeds zijn ogen. Ik voel me geen moordenaar, maar ook geen goed mens meer. Mijn kinderen vragen soms waarom ik huil zonder reden. Ik weet het niet eens altijd meer. Ze zeiden: je hebt PTSS. Maar dat is niet wat dit is. Het is niet angst. Het is schaamte. Het is schuld. Het is dat ik iets onherstelbaar verkeerd heb gedaan - en dat niemand dat echt begrijpt. Zo alleen!

Nog een vergelijkbaar Nederlands voorbeeld van Kapitein R. na uitzending naar Uruzgan. We hadden contact met een groep burgers in een afgelegen dorp. Ze vertrouwden ons. We gaven medische hulp, brachten water, luisterden naar hun zorgen. Op een dag kregen we een andere opdracht: luchtaanval op een Talibanpositie, net buiten dat dorp. De inlichtingen leken betrouwbaar. Een dag later kwamen we terug. Er was een huis verwoest. Twee kinderen lagen onder het puin. De vader stand erbij. Hij kende mij. Hij keek me aan en zei niets. Alleen maar die blik. En ik wist: ik had hier gisteren nog thee met hem gedronken. We hebben het nooit echt besproken in het team. Ik zei: we hadden onze orders, we wisten dit niet. Maar diep vanbinnen voelde ik: dit had ik moeten tegenhouden Dit was niet juist. En toch hield ik mijn mond. Jaren later droom ik nog steeds van die ogen. 

Een belangrijke Amerikaanse schrijfster over dit onderwerp is Judith Herman. Zij is bekend van haar baanbrekende werk op het gebied van trauma en herstel. Zij zegt dat soldaten vaak getraumatiseerd raken door wat ze zien, maar ook door wat ze zelf doen in een context waarin ze weinig zeggenschap hebben. Ze benadrukt dat trauma geen medisch probleem alleen is, maar ook een maatschappelijk en moreel probleem. Ze stelt dat trauma vaak wordt genegeerd of ontkend door systemen die belang hebben bij stilzwijgen (zoals staten, legers, religies) en dat echte heling pas mogelijk is als er erkenning en rechtvaardiging komt vanuit de buitenwereld, de maatschappij.

Tot slot veroorzaakt trauma aanzienlijke maatschappelijke kosten in Nederland, dat kan oplopen tot miljarden euro’s per jaar. Dan gaat dit met name over kindermishandeling en jeugdtrauma, maar dus ook oorlogstrauma. Naar schatting heeft anderhalf procent van de Nederlandse bevolking op enig moment PTSS, waarvan de jaarlijkse kosten (verlies aan welzijn, zorgkosten, verminderde arbeidsproductiviteit) worden geschat op honderden miljoenen tot 1 miljard euro.

Ik merk dat dit onderwerp mij raakt. Ik schreef hier al eerder over. Het raakt mij als mens, maakt me boos en verdrietig dat wij onze maatschappij aan het omvormen zijn tot een oorlogssamenleving, waarbij de mogelijkheid aanwezig is dat we onze jongeren dwingen tot moord (want dat is het) op hun medemensen en daaruit volgend opzadelen met een levenslang trauma. En dan heb ik het nog niet eens over dat jonge mensen zouden kunnen sneuvelen. Dat we dit met z’n allen normaal vinden, zonder rekening te houden met de menselijke, morele, maar ook financiële schade die dit met zich meebrengt. Dat is geen verantwoordelijkheid nemen. Werkelijk verantwoordelijkheid nemen betekent dat we alle aspecten van oorlog dienen mee te wegen in de besluitvorming. Dit gebeurt nu onvoldoende. Alles is gericht op vijanddenken, waarbij maar een mogelijkheid overblijft; oorlog. De menselijke (emotionele en morele) als ook de financiële schade aan onze samenleving afdoen als bijkomende schade, is in mijn ogen niet te verantwoorden. Dit vraagt minstens een grote terughoudendheid ten aanzien van oorlog en niet de oorlogspropaganda die nu gaande is. Maar in ieder geval alle (politieke) inspanningen om tot vrede te komen. Dat zijn we verplicht aan onze samenleving, aan onze jongeren en hun ouders!

Delen:

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.

BNNVARA LogoWij zijn voor