CNV: Thuiswerken staat steeds meer onder druk

Drie op de tien werknemers mogen minder thuiswerken dan twee jaar geleden. Dat blijkt uit een onderzoek van vakbond CNV onder 1200 werknemers. Ruim een op de drie werkgevers staat kritisch tegenover deze ontwikkeling.

CNV-voorzitter Piet Fortuin vindt de afname in thuiswerken “doodzonde”, omdat zes op de tien werkenden zeggen thuis productiever te zijn en vier op de tien creatiever. “In een tijd waarin werkgevers zich zorgen maken om de productiviteit zou thuiswerken juist gestimuleerd moeten worden.”

De meeste ondervraagden zien thuiswerken als een belangrijke arbeidsvoorwaarde. Verder geeft driekwart aan dat het zelf kunnen bepalen van de werkplek voor minder werkstress zorgt.

Een even groot aandeel geeft aan thuis te werken als ze ziek zijn. Zes op de tien werknemers melden zich minder vaak ziek als ze deze mogelijkheid hebben. “Thuiswerken is dus een uitstekende oplossing om het ziekteverzuim binnen de perken te houden. Mensen werken vaak op een lager pitje thuis door”, concludeert Fortuin.

CNV meldt dat een op de vijf werkenden de thuiswerkkosten volledig vergoed krijgt. Zes op de tien werknemers kunnen de volledige kosten niet dekken met de belastingvrije thuiswerkvergoeding van maximaal 2,40 euro.

Volgens Fortuin mag dit bedrag omhoog. “2,40 euro per dag is peanuts vergeleken met de gemiddelde reiskostenvergoeding, die gemiddeld vier tot vijf keer hoger ligt”, betoogt de voorzitter.

Ondernemend Nederland-voorzitter Erik Ziengs deelt met De Telegraaf niet verrast te zijn over de uitkomsten. “In coronatijd moest iedereen verplicht thuiswerken, nu normaliseert het beleid steeds meer. Dat houdt in dat organisaties op hun eigen manier kunnen beoordelen of thuiswerken kan.”

Ziengs merkt daarnaast op dat ondernemers vaker kritischer kijken naar thuiswerken dan werknemers dat doen. “Ondernemers kijken of het werk goed gedaan kan worden, of de productie op peil blijft en of er genoeg ruimte is voor kruisbestuiving en sociaal contact op de werkvloer. Dat is soms een ander plaatje dan een individuele werknemer heeft.”

ANP, De Telegraaf