Leerachterstand op basisschool: ‘Te makkelijk gedacht dat ze het wel inhalen’
03-06-2021
•
leestijd 5 minuten
•
4403 keer bekeken
•
Dat basisscholen tijdens de coronapandemie vier maanden dicht zijn geweest, heeft zijn sporen achtergelaten. Kinderen kregen nog wel les van de juf of meester. Maar thuis onderwijs volgen via een schermpje op een computer is verre van ideeal. Welke leervertraging liepen de leerlingen op? En is die schadelijk, of valt dat wel mee?
Geen les in de klas, maar op een computer of tablet. Van maart tot mei 2020 was dat voor veel kinderen dagelijkse kost. Via een internetverbinding probeerden de meesters en juffen hun leerlingen toch nog zoveel mogelijk kennis bij te brengen. Het leek bij die twee maanden digitaal lesgeven te blijven. Maar in december gingen de basisscholen wéér dicht, tot februari van dit jaar.
Het gevolg: toegenomen leerachterstanden. Want waar iedereen al een tijdje rekening mee hield, werd duidelijk toen de scores van de Centrale Eindtoets bekend werden. De gemiddelde score van leerlingen uit groep 8 was de laagste in vijf jaar tijd. “Een kleine, maar aantoonbare leervertraging”, stelt het College voor Toetsen en Examens vast, te wijten aan corona.
Amper iets geleerd
Hoogleraar onderwijs economie Lex Borghans vergeleek de eindtoetsscores van 2020 met resultaten uit andere jaren. Zijn conclusie: tijdens de eerste schoolsluiting van het vorig jaar is er amper iets geleerd door de leerlingen.
Tekst loopt door onder video
Cijfers van Nationaal Cohortonderzoek Onderwijs (NCO) bevestigen dat beeld, In het voorjaar van 2020 presteerden leerlingen van het basisonderwijs slechter dan voorheen op het gebied van spelling, rekenen en met name begrijpend lezen. Bij dat laatste vak presteerden kinderen tijdens de eerste schoolsluiting ver onder het beoogde niveau.
Na de zomer lieten veel van die kinderen ook veerkracht zien. Op het gebied van spelling en rekenen werd een deel van de achterstand ingelopen. Alleen bij begrijpend lezen niet, maar daar groeide de achterstand minder hard dan voor de zomer.
"De kloof met kinderen die in een gunstiger positie zitten, is alleen maar groter geworden.”
Dr. Lotte Henrichs
Kansarme kinderen raken achterop
De achterstanden zijn zorgwekkend, zegt Lotte Henrichs. Zij is als universitair docent Onderwijswetenschappen en Educatie verbonden aan de Universiteit Utrecht. Tijdens de pandemie deed ze onderzoek naar de effecten van het aangepast lesgeven. “Corona heeft de problemen vergroot”, stelt ze. “Vooral kinderen uit kansarme gezinnen betalen daarvoor de rekening. Dat zijn de kinderen die sowieso al harder moeten knokken om daar te komen waar ze willen zijn. De kloof met kinderen die in een gunstiger positie zitten, is alleen maar groter geworden.”
De gegevens van het NCO laten ook zien dat er een relatie is tussen het inkomen van ouders en de vertraging die hun kinderen tijdens de pandemie hebben opgelopen. Op het gebied van rekenen, spelling en begrijpend lezen liepen kinderen met een lage sociaal-economische status grotere achterstanden op dan leeftijdsgenoten uit een welvarend nest. Opnieuw vormt begrijpend lezen een uitschieter. Het inkomen is trouwens niet de enige factor die een rol speelt. Het NCO zag ook beduidend meer vertraging bij kinderen met een migratieachtergrond.
"Kinderen uit groep 3, 4 en 5 maken nu een slechte start"
Dr. Thomas van Huizen
Opstapelend probleem
“Onderwijs op afstand is dus geen goede vervanger gebleken”, zegt Thomas van Huizen, universitair docent arbeids- en onderwijseconomie aan de Universiteit Utrecht. “Er zijn wel kinderen waarbij het goed werkt. Voor kinderen die zichzelf moeilijk aan een taak kunnen houden, geen hulp van ouders kunnen krijgen of geen goede internetverbinding hebben is het moeilijk iets te leren. Dat zie je terug in de prestaties. Dit probleem werkt vooral verstorend voor kinderen die in groep 3, 4 en 5 zitten en net leren lezen. Zij maken nu een slechte start.”
“Het is te makkelijk gedacht dat kinderen deze achterstand vanzelf wel goedmaken”, vult docent Onderwijswetenschappen Henrichs aan. “Het probleem werkt cumulatief, het stapelt op. Kinderen moeten die vertraging inhalen op momenten dat ze alweer nieuwe dingen zouden moeten leren.”
Sociaal-emotionele ontwikkeling
“Het is nog veel breder dan alleen deze cijfers, zoveel meer dan alleen taal en rekenen”, vervolgt Lotte Henrichs. "Bijvoorbeeld kinderen die tijdens de lockdown weinig of niet naar buiten mochten, omdat ouders angstig waren."
Omdat er ook al een tekort aan leraren is, ligt een snelle oplossing niet voor de hand. Bovendien hebben de leraren die er wel zijn er veel administratieve taken bijgekregen. “Ik hoor nu nog te vaak dat leraren amper toekomen aan de dingen waar ze echt goed in zijn”, zegt Henrichs.
"Als je iets niet wilt, is het kinderen wars laten worden van school"
Dr. Lotte Henrichs
Extra geld en keuzemenu
Het goede nieuws is dat er meer geld komt om de achterstanden weg te werken. Het ministerie van Onderwijs geeft scholen minimaal 700 euro per leerling. Ze kunnen dat geld uitgeven aan opties die op een zogenoemde menukaart staan: een langere schooldag voor iedereen, extra lestijd na schooltijd voor bepaalde leerlingen, of tijd voor een-op-een-begeleiding.
“Goed dat het geld er komt”, zegt econoom Van Huizen. “Het zijn prima opties waar scholen uit kunnen kiezen. Wat ik er vooral goed aan vind, is dat ze gebaseerd zijn op bestaande literatuur. Het is bewezen dat deze extra aandacht werkt.”
Meer geld zorgt niet gelijk voor meer leraren, maar Van Huizen heeft daar wel een oplossing voor. Lesgeven aan hele kleine groepen, wat in vaktermen ook wel High Dosage Tutoring genoemd wordt. “Het lesgeven aan kleine groepjes kinderen kun je vaak overlaten aan getrainde mensen die nog geen lesbevoegdheid hebben, ze hoeven namelijk niet een hele klas te managen.”
Beter in filmpjes maken
Volgens onderwijsdeskundige Henrichs kunnen docenten ook positieve lessen trekken uit het thuisonderwijs: “Veel leraren hebben het maken van een filmpje ter ondersteuning van een les onder de knie gekregen. Die video’s kunnen ze ook in de lessen in klas gebruiken. Dat heeft meerdere voordelen: je hebt (anders dan bij YouTube-video’s) controle over de inhoud en je kunt de vrijgespeelde tijd gebruiken om kinderen individueel te helpen.”
Zomerschool
Beide wetenschappers denken dat het onvermijdelijk is dat kinderen meer naar school moeten om de achterstanden weg te werken. Het ministerie van Onderwijs heeft al een paar opties klaarstaan, zoals een langere lesdagen of een zomerschool. In april 2020 was in Kassa te zien dat niet alle ouders daarop zitten te wachten.
Tekst loopt door onder video
“Het is ook maar de vraag of er voldoende leerkrachten in de zomer willen werken”, tekent Lotte Henrichs aan. “Zij lopen op hun tandvlees. En daarnaast: als je iets niet wilt, is het kinderen wars laten worden van school.” Toch ziet de onderwijssepecialist kansen: “Ik denk wel dat je een leuk afwisselend lesaanbod kunt geven in de zomer.”
“Maar we moeten ook een beetje vertrouwen hebben in de docenten”, benadrukt zij. “Er is echt geen leerkracht die zijn leerlingen zes uur lang zal laten doorwerken. Met anderhalf tot twee uur per dag kun je prima aan je begrijpend lezen werken. De rest van de tijd kun je besteden aan lekker voetballen, theater of andere creatieve dingen.”
Bronnen: NCO, Universiteit Utrecht, Didactief Online, Onderwijsinspectie, College voor Toetsen en Examens