'Meer onderzoek nodig naar slapeloosheid'
25-11-2010
• leestijd 2 minuten
Slaaponderzoeker Eus van Someren wil de verschillende vormen van slapeloosheid beter in kaart brengen. Dat is nodig omdat het huidige systeem van diagnose tekortschiet, stelt de wetenschapper donderdag in zijn inaugurele rede als bijzonder hoogleraar aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.
Slapeloosheid kan volgens Van Someren zeer uiteenlopende oorzaken hebben. Aan elke vorm liggen vermoedelijk andere hersenmechanismen ten grondslag. Daarom vergt ook elke vorm een andere aanpak, stelt hij.
Een op de tien Nederlanders heeft chronisch of bij herhaling last van slapeloosheid. Dat wil zeggen dat zij minstens drie keer per week slecht slapen, terwijl de omstandigheden om te slapen op zich goed zijn. Zij zijn vaak overdag minder productief en lopen meer risico op depressie, obesitas en hart- en vaatzieken.
Onderzoek naar behandelmethodes tegen slapeloosheid heeft volgens Van Someren vooral een redelijke symptoombestrijding opgeleverd. Dat gebeurt vooral door middel van medicijnen. Het probleem daarbij is dat de onderliggende oorzaak van het probleem niet wordt aangepakt.
Psychotherapie werkt beter op de langere termijn, maar slechts een handvol therapeuten beheerst deze methode goed. Bovendien verschilt het succes van de behandeling sterk per individu. Dat komt volgens van Someren doordat onvoldoende onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende vormen van slapeloosheid.
Volgens de hoogleraar is het gezien de vergrijzing van belang dat het probleem serieus wordt genomen. Chronische slapeloosheid treft namelijk vooral mensen die al wat ouder zijn. Hij pleit voor een grootschalige aanpak waarbij onderzoekers uit verschillende vakgebieden samenwerken.
Om beter inzicht te krijgen in de mogelijke oorzaken van slapeloosheid wil Van Someren informatie verzamelen van duizenden vrijwilligers. Slechte slapers, maar ook goede slapers, want die dragen zonder het te beseffen het geheim van een gezonde nachtrust met zich mee, aldus de wetenschapper.
ANP