Logo Kassa
Het consumentenplatform van BNNVARA.

Vrijwilligersvergoedingen vaak niet goed geregeld

09-05-2022
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
7517 keer bekeken
  •  

Penningmeesters, bestuursleden, verzorgers voor de dieren op de kinderboerderij, scheidsrechters, coaches, trainers, vluchtelingen opvang, docenten Nederlandse taal; je kunt het zo gek niet bedenken of er wordt een vrijwilliger ingezet. Bijna de helft van de Nederlandse bevolking doet een of meerdere keren per jaar vrijwilligerswerk. 98% van de vrijwilligers ontvangt daar géen of een vergoeding in natura voor.

Vrijwilligers- en onkostenvergoeding.

Sommige organisatie geven als waardering aan hun vrijwilligers een extraatje voor hun inzet. Dat is de vrijwilligersvergoeding. Voor die vergoeding geldt een vrijstelling voor de Belastingdienst van maximaal 5 euro per uur, 180 euro per maand of 1800 euro per jaar. Daarover hoef je geen belasting te betalen. Heb je een uitkering, dan heeft het ook geen gevolgen voor je uitkering. Heb je een WW-uitkering, dan moet je wel altijd vooraf toestemming vragen bij UWV.

Mensen die vrijwilligerswerk doen maken daar vaak ook onkosten voor zoals reiskosten of aanschaf van bijvoorbeeld materiaal. Die mag je dan bij je organisatie declareren. Dat wordt de onkostenvergoeding genoemd.

Het probleem is dat de Belastingdienst én vrijwilligersorganisaties soms de bedragen van de vrijwilligersvergoeding en de onkostenvergoeding bij elkaar optellen. Hierdoor kom je al snel boven het maximum van 5 euro per uur, 180 euro per maand of 1800 euro per jaar. Kom je boven dat maximum uit, vervalt de vrijstelling (voor de rest van het jaar) en alles wat je nog krijgt, wordt gezien als inkomen. En dit kan dus wél gevolgen voor de uitkering hebben.

Altijd melden!

Het UWV laat weten dat het mogelijk is met een uitkering vrijwilligerswerk te gaan doen maar vrijwilligerswerk en de financiële bijdrage die je daarvoor krijgt, moeten wel altijd worden gemeld bij UWV.

Evy Elschot woordvoerder van het UWV: “Als iemand een WW-uitkering ontvangt, dan moet altijd vooraf toestemming worden gegeven door UWV voor het doen van dat vrijwilligerswerk.”

“Als iemand bijvoorbeeld een WIA-, Wajong-, WAO- of Ziektewetuitkering ontvangt, dan is dit niet verplicht, maar raden we aan dit met ons te overleggen”, legt Elschot uit. “UWV kijkt samen met de cliënt wat er mogelijk is aan vrijwilligerswerk en of dit eventueel consequenties heeft of kan hebben voor een uitkering.”

“Voor de organisaties die vrijwilligers vergoeden, is het belangrijk dat er een onderscheid wordt gemaakt in de vergoeding van het vrijwilligerswerk zelf en het vergoeden van onkosten, ofwel de daadwerkelijk gemaakte kosten”, zegt Elschot. “Onkosten worden niet als inkomen gezien, wat daarmee mogelijk van invloed is op een uitkering. Daarvoor is het belangrijk dat deze dus goed inzichtelijk zijn in de totale betaling aan de vrijwilliger”.

Vereenvoudigde regelgeving

De Landelijke Cliëntenraad (LCR) komt op voor de belangen van alle mensen die voor hun bestaanszekerheid afhankelijk zijn van de Nederlandse overheid. De LCR heeft de wettelijke taak om hun stem te laten horen. Een belangrijk streven is om wetten en regels eenvoudiger te maken zodat mensen niet in de knel komen.

“Het punt is dat de informatie niet duidelijk is waardoor mensen in de problemen kunnen komen”, vertelt Amma Asante van de LCR. “Je moet als overheid blij zijn dat degenen die aan de kant staan meedoen in de maatschappij, ook via vrijwilligerswerk. Dat moet je niet moeilijker maken. Het moet duidelijk zijn waarvoor die vrijstelling van 1800 euro per jaar geldt. Kijk ook naar mensen die op meerdere plekken vrijwilligerswerk doen. Zij moeten het allemaal zelf regelen en komen sneller in de problemen. Help die mensen dan!”.

De LCR vindt dat de regelgeving uit slechts één actie zou moeten bestaan: “Als je als overheid vindt dat iedereen zijn eigen broek moet ophouden dan moet diezelfde overheid niet mensen dwarsliggen als ze proberen aan het werk te komen. We zien dat er weinig ondersteuning wordt geboden maar er wordt op elke cent die binnenkomt een vergrootglas gelegd. Waardeer dat mensen vrijwilligerswerk doen en ga niet dwarsliggen.

Ministerie van Financiën

Het ministerie van Financiën zegt dat “In de praktijk de onkostenvergoeding en de vrijwilligersvergoeding niet altijd hetzelfde zijn maar in de fiscaliteit worden voor de toepassing van de vrijwilligersregeling deze twee bedragen tot één bedrag gerekend.

  • Wanneer een vrijwilliger een bedrag ontvangt dat minder dan het maximumbedrag van 180 euro per maand of 1.800 euro per kalenderjaar (cijfers 2022) is, kan voor diegene de vrijwilligersregeling worden toegepast. 
  • Wanneer je boven deze grens uit komt en de onkosten die een vrijwilliger heeft gemaakt zijn kostendekkend dan is het bedrag onbelast. Een vergoeding die niet hoger is dan de naar redelijkheid te bepalen kosten is namelijk onbelast, ongeacht de maximumbedragen van de vrijwilligersregeling. 
  • Zit je boven een van de maximumbedragen van de vrijwilligersregeling en is niet de gehele vergoeding kostendekkend, dan wordt het volledige bedrag wél belast. 

Gelukkig ziet ook het ministerie dat de tekst op de website van de belastingdienst niet helemaal duidelijk is dus ze gaan “intern na of de tekst op de site duidelijker kan, zonder de juridische juistheid aan te tasten”.

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!

BNNVARA LogoWij zijn voor