Liefste Zoë,
We zijn alweer bijna een jaar op weg na jouw overlijden. Een weg met enorme hobbels, dierbare herinneringen maar ook veel tranen. Nog iedere dag gaan er constant allerlei gedachten door mijn hoofd. Veel van die gedachten gaan over onze mooie herinneringen met elkaar maar ook heel veel over de moeilijke perioden gedurende de afgelopen 5 jaar. Jij en ik waren constant bij elkaar en toch ervoeren wij sommige gebeurtenissen heel anders.
Jouw chemotherapie behandelingen in 2019 bijvoorbeeld, die waren zo zwaar, dat je uit voorzorg steeds opgenomen moest worden. Soms wel 5 dagen achtereen, omdat goed in de gaten moest worden gehouden of jouw organen het wel trokken. De chemokuren waren een aanslag op jouw nieren en je hart. Je was er zo ziek van dat je soms ijlde en niet goed meer bij kennis was. En vaak dacht ik dan; ‘hoe ga jij hier later in hemelsnaam op terug kijken? Deze hele periode moet een enorm trauma voor jou zijn.’ De misselijkheid, pijn en je zo lang achterheen beroerd voelen en dan de wetenschap dat er daarna weer een nieuwe chemokuur op jou wachtte. Daar hadden we het later, toen de chemotherapie al lang achter de rug was, wel eens over. En iedere keer was ik verbaasd over jouw herinneringen aan die periode. Dan zei je dat je het een hele fijne en gezellige tijd vond! ‘Maar je was zo ziek, herinner je je dat niet meer?’
Maar jij herinnerde je vooral dat je nergens zelf beslissingen over hoefde te nemen (de roadmap van de oncoloog was leidend), dat er altijd hele rustige lounge muziek of liedjes van Sade uit onze tablet kwam en dat het altijd lekker naar rituals rook in onze kamer. Dat ik er altijd was zodra je je ogen opendeed, ook ‘s nachts. Dat we ons eigen meegenomen sfeerlamp aan hadden zodat we de kille TL verlichting van het ZH uit konden laten. Meerdere verpleegkundigen op de afdeling waren van jouw eigen leeftijd en met sommige had jij een fijne band gekregen. Zodra hun dienst afgelopen was kwamen ze vaak nog even gedag zeggen ’s avonds laat. Sowieso zijn de verpleegkundigen in zo’n moeilijke en zware periode bijna net zo belangrijk als je familie en je vrienden. Aan hen hield je je vast en zij toverden onvermoeibaar steeds weer iets uit hun hoge hoed tegen de misselijkheid en pijntjes. De oncologische verpleegkundigen van F6 Zuid waren echt fantastisch, heel geduldig en lief. Lang na deze opnamen had je het daar nog vaak over.
Zodra het afdelingshoofd zag dat jij weer opgenomen ging worden voor een nieuwe kuur, deed zij steeds opnieuw haar best zodat ik bij jou mocht blijven slapen, uiteindelijk heb ik alle nachten (58) die jij moest doorbrengen in het ZH bij jou geslapen. Vrijwel altijd hadden wij samen een kamer. Dat was steeds een enorme opluchting voor ons alle drie. Pappa vond dat ook een hele fijne gedachte dat jij niet alleen was tijdens die vreselijke kuren maar daardoor wisten jij en ik vaak niet hoe het eigenlijk echt met Pappa ging, die iedere dag langskwam maar ook steeds weer alleen naar huis moest rijden. Gelukkig was daar thuis altijd Sammy waar ook voor gezorgd moest worden. Voor mij was het zo belangrijk dat ik zelf voor jou mocht zorgen, alleen de medicatie (via infuuspomp) moesten de verpleegkundigen bedienen.
Zodra jij je weer een beetje mens begon te voelen kon je echt trek hebben in zoetigheid en dan hingen we de infuus incl. infuuspomp aan de haak van een rolstoel en dan zwierven we ‘s avonds laat door de donkere gangen en hallen van het enorme AMC op zoek naar een twix of een mueslireep uit zo’n automaat. Zulke uitjes noemde jij dan onze ‘stap-avondjes’. We konden ook enorm lachen om dingen die we zagen en meemaakten in het ziekenhuis maar je had ook een onbegrensde zelfspot. Voor jou was humor een manier om deze periode door te komen. Nu, achteraf, zijn deze momenten mij zo dierbaar.
Waar ik ook aan kon merken dat het na een chemokuur wat beter met je ging, was dat je dan weer je mobieltje oppakte en keek of je nog berichtjes had gekregen via whatsapp of insta. Die waren er gelukkig altijd. Mensen leefden ontzettend met jou mee en er werden allerlei dingen voor jou georganiseerd om je op te vrolijken. Van het sturen van een levensgrote teddybeer tot het maken van een heuse videoclip. Jouw collega’s trokken dan echt alles uit de kast. Dat heeft jou enorm geholpen door deze zware periode heen.
Bezoek wilde je liever niet ontvangen als we in het ZH waren voor de chemo kuren, behalve Pappa. ‘Nee, even geen kanker-toerisme Mam’, zei je dan. Pappa nam van alles van- en naar het AMC mee, wasgoed, eten van de toko en knutsel spullen om kadootjes te maken voor de verpleegkundigen in het AMC. In de avond gingen we steevast videobellen, ook met Sammy. Maar die begreep er helemaal niets van. Die wilde gewoon dat je snel weer naar huis kwam zodat hij weer lekker tegen je aan kon liggen.
In december 2019 had jij je laatste chemokuur. We waren zo blij dat het voorbij was en maakten er op de afdeling een klein feestje van. We waren ervan overtuigd dat het allemaal goed zo komen en het is maar goed dat je van tevoren niet weet wat je nog te wachten staat. De periode dat jij gefilmd werd door ‘Over mijn lijk’ bestrijkt de laatste 8 maanden van jouw leven. Maar je was toen al ruim drie jaar onafgebroken aan het vechten tegen deze ziekte en de bijwerkingen die de chemokuren hebben veroorzaakt. Pappa en ik hebben grenzeloze bewondering voor hoe je dat hebt gedaan.
Wat zijn wij ongelooflijk trots dat jij onze dochter bent.
Fly high, beautifull butterfly …
Liefs Mamma