"De politiechef heeft zich de gewoonte aangemeten verwijten terug te kaatsen met de zin 'U begrijpt het niet helemaal'. Nu zijn wij weliswaar in de rouw, maar verdriet maakt je niet direct achterlijk, dus die communicatiemethode werkt niet lekker.
Mijn column is de aanleiding dat mijn vader en ik aan tafel zitten met haar en een officier van justitie. Het wringt en wrijft. Op de vraag waarom mijn vader niet bij mij mocht zijn toen mijn moeders schedel werd opengeboord, zegt de chef: "Zo gaat het als iemand verdachte is." Die zet je vast zo lang het onderzoek duurt. En het Openbaar Ministerie had nu eenmaal opdracht gegeven tot huisdoorzoeking.
Een agent had wel even gedacht: wat rottig dat die man een cel in moet, maar iedereen dient hetzelfde te worden behandeld: van tasjesdief tot echtgenoot die zijn vrouw in een bloedbad vond.
"Mijn vader heeft uren en uren vastgezeten. Alle begrip voor het onderzoek, maar moest dat? Kon hij niet bij mij zijn, desnoods bewaakt?"
"U begrijpt het niet hele..."
"Zou dit echt niet anders kunnen?"
Het blijft stil. Ik vertel over brieven van mensen die ook hun partner vonden en onschuldig werden aangehouden. Iemand wiens vrouw diezelfde dag overleed. Geboeid en onder politiebegeleiding nam hij afscheid. De politiechef schokschoudert. Dit is simpelweg hoe het gaat, maar uiteraard zijn er 'leermomenten' uit ons verhaal te destilleren.
Zou het een leermomentje zijn als het OM comateuzen geen brieven stuurt waarin staat dat ze aangifte hebben gedaan van doodslag? De officier, overigens niet degene die de brieven ondertekende ("Die is helaas afwezig"), sluit even haar ogen. "Ik kan u geen bevredigend antwoord geven, vrees ik."
Dan probeert ze uit te leggen hoe het werkt. Als een zaak wordt geseponeerd, zet een medewerker dat in de computer. Vervolgens maakt het systeem een automatisch gegenereerde brief aan. "Die krijgt iedereen die aangifte heeft gedaan."
"En als er geen aangifte is?"
"Dan moet die brief niet worden verstuurd. Bij u ging dat mis."
Wacht. Dus er wordt een brief gemaakt waarin een onwaarheid staat? "Dat is valsheid in geschrifte," zegt mijn vader zacht. Nou, zo moeten wij dat niet zien. Want die brief behoort niet te worden verstuurd.
"Maar waar blijft ie dan?"
"In de computer."
Lees hier verder