Monic Hendrickx maakte naam als één van de meest veelzijdige actrices van Nederland. Hoe kijkt ze terug op haar carrière, en wat betekent ouder worden in een vak dat altijd in beweging is?
Met vier Gouden Kalveren – onder meer voor haar rol als Carmen van Walraven in de misdaadserie Penoza – heeft Monic Hendrickx haar stempel gedrukt op de Nederlandse film- en televisiewereld. Dertig jaar na haar debuut is ze nog steeds volop actief: ze is momenteel te zien in de serie Suga: Ride or Die en in de film Mr. & Ms. Aslan, en later dit jaar verschijnt Augurk aan zee. Aan stoppen denkt ze voorlopig niet; eerder zei ze al dat ze wil ‘doorspelen tot ik tachtig ben’.
‘Ja, het zijn wel kortere rollen, dus minder draaidagen. Bijrollen zijn eigenlijk moeilijker om te spelen dan hoofdrollen, omdat je minder onderdeel bent van de productie. Het is moeilijker om je te kunnen ontspannen. Als je vanaf het begin af aan er veel bij bent, dan wordt het sowieso makkelijker. Maar als je later instapt, is dat gewoon lastiger.’
‘Ik vind het gewoon moeilijker. Ik dacht eigenlijk dat het makkelijker zou worden naarmate ik ouder zou worden. En dat is eigenlijk niet aan de hand, snap je? Dus ja, ik kan soms onzekerder zijn of het moeilijker vinden.’
‘Ja, ik kan wel onzeker zijn, voor sommigen misschien moeilijk te geloven. Maar dat is wel zo. Het leuke van spelen is dat je het met z’n allen maakt. En dat gevoel is bij kleinere rollen minder. Dus ik voel me dan minder makkelijk verbonden. Ik weet niet precies hoe ik het moet uitleggen. Ik vind het fijn om een rol te hebben waar ik mijn tanden in kan zetten. Waar ik maanden aan kan werken.'
‘Ja, dat wel. Maar ik weet ook wel, en dat vertrouwen heb ik ook, dat het altijd al zo gaat. En dat ik, mocht het echt aflopen – mocht ik echt niet meer mee mogen doen – hopelijk wel weer iets anders vind waar ik mijn ei in kwijt kan. Maar daar ben ik nog een beetje in aan het zoeken: wat zou ik dan nog willen doen?’
'Ja, ik acht mezelf heel vaak gelukkig genoeg.’
‘Gelukkig genoeg, ja. Ik ben heel vaak heel blij met mijn leven en met wat ik doe. Met waar ik mijn geld mee verdien, met mijn lijf en leden, dat ik gezond ben. En dat ik een fijne liefde heb, en een goed gelukte dochter, of goed gelukt... Dat die band fijn is. Dus ja, ik ben heel vaak heel gelukkig.’
‘Ja, dat hoop ik ook.’
Thema's:
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!