Logo VARAgids
Alles over tv, series, films en podcasts

100 jaar VARA: An Smeels-van den Eijnden over haar VARA-verhaal

17-03-2025
  •  
leestijd 5 minuten
  •  
164 keer bekeken
  •  
An Smeels-van den Eijnden

© Frank Ruiter

Door de brede ramen van haar flat kijkt ze al jaren uit over een Eindhovens verkeersplein. Toch stond het rode nest van An Smeels-van den Eijnden (79) in Limburg – in Heerlen, om precies te zijn. Nog altijd blijft ze op de hoogte van wederwaardigheden uit haar geboorteprovincie: door ernaartoe te reizen bijvoorbeeld, of de televisie af te stemmen op de Limburgse omroep L1. ‘Die Frans Pollux en Lex Uiting geven volgend jaar een concert in de ZiggoDome in Amsterdam! Is dat niet bijzonder, voor twee Limburgse zangers?’ Ze schenkt koffie met een bourgondisch assortiment aan koekjes erbij.

Smeels werd in 1945 geboren in Meezenbroek. De Heerlense wijk was twintig jaar eerder gebouwd als een zogenoemde mijnwerkers-kolonie: speciaal voor arbeiders in de Zuid-Limburgse steenkoolindustrie en hun gezinnen. Eerder woonden er protestanten uit Friesland en Drenthe, later nam het aandeel katholieken toe en op zeker moment volgden ook gastarbeiders uit bijvoorbeeld Italië. Naar dit multiculturele en tegelijk ‘rooie’ karakter verwijst Frans Timmermans zo nu en dan, de fractievoorzitter van GroenLinks-PvdA in de Tweede Kamer, wiens grootouders er woonden. Smeels zag diens oma (‘een grote, statige vrouw’) regelmatig langs haar ouderlijk huis lopen. Meezenbroek gold als een socialistisch bolwerk, met binnen de muren kantoren van Humanitas (de door sociaaldemocraten opgerichte organisatie voor maatschappelijke hulpverlening aan mensen die niet bij een geloofsgemeenschap hoorden) en de NVSH (de Nederlandse Vereniging voor Seksuele Hervorming, die zich inzette voor het verspreiden van voorbehoedsmiddelen onder de arbeidersklasse). Op 1 mei, de Dag van de Arbeid, werd op een pleintje in de wijk gedanst rond een lantaarnpaal die als meiboom diende. Veel inwoners ervoeren het als een provocatie toen begin jaren 60 een katholieke kerk werd gebouwd voor een nieuw gedeelte van Meezenbroek. ‘Opeens liepen er processies dwars door onze wijk. Pesterij? Ja, zo voelde dat.’

Smeels groeide op met een oudere broer en een jongere zus. Na zestien jaar zou er nog een zusje volgen. Haar vader werkte als houwer in de mijnen, de klassieke ondergrondse arbeider die met zijn gereedschap liggend op de buik de steenkool losmaakte. ‘Ik heb hem nooit lachend zien gaan of terugkomen. Hij werkte alleen voor het brood op de plank.’ Ze zegt er niet veel meer van te weten dan dat haar vader op honderden meters diepte ploeterde, waar het ontzettend warm was. Elke werkdag fietste hij naar zijn dienst in de Oranje-Nassau II, in het nabijgelegen Schaesberg. Hij moest wel, want het was een particuliere mijn – alleen het personeel van de staatsmijnen werd met een bus opgehaald. Overal hing mijnstof, ook thuis. ‘Als ik de vensterbank schoonmaakte en mijn poetsdoek omdraaide, dan was die helemaal zwart.’ Haar moeder hing de gewassen mijnkleding van vader te drogen in de keuken, want buiten werd het maar vies. Het stof nestelde zich in de longen van mijnwerkers. ‘Bij sommige huizen zag ik grote, ijzeren zuurstofflessen aan de deur staan, die werden opgehaald om opnieuw te worden gevuld.’ Ze was blij dat ze als meisje niet in haar vaders voetsporen hoefde te treden. ‘Hij heeft eens gezworen dat zijn zoons niet ook de mijnen in moesten. Maar ze gingen toch.’ Ondanks het stabiele inkomen was het thuis geen vetpot. Anekdotes over het goede leven in de Limburgse Mijnstreek, zoals die recent de ronde deden bij de vijftigste verjaardag van de mijnsluiting, herkent Smeels niet. ‘Kou hebben we nooit geleden, maar we hebben ook geen rijkdom gekend. Kort na de oorlog was er niks.’

Wel bloeide het sociale leven. Zoals de meeste mijnwerkers was haar vader betrokken bij meerdere verenigingen, zoals de wijkspeeltuin, de tuindersvereniging en de aan de tuindersvereniging gelieerde reisvereniging. Als socialist zat hij daarnaast bij de Algemene Nederlandse Mijnwerkersbond en de VARA. ‘Hij was ’s avonds na het werk altijd bezig.’ Voor de VARA wierf hij leden, en zijn dochter ging vaak mee. Wanneer aan de groeiende wijk weer eens een paar straten werden toegevoegd, rook hij zijn kans. ‘Hij nam de VARAgids (toen nog De radiogids geheten, red. ) mee, belde aan en maakte een praatje met de nieuwe bewoners. Of ze niet lid wilden worden?’ Soms mocht Smeels het proberen. ‘Als ik een nieuw lid binnenhaalde, mocht ik het VARA-theelepeltje dat mijn vader zou krijgen zelf houden. Ook heb ik eens een bonbonschaaltje gekregen.’ Thuis vonden regelmatig vergaderingen plaats van de besturen waarin haar vader zitting had. Om haar huiswerk te kunnen maken, week zijn dochter uit naar de keuken. ‘Als vijftien- of zestienjarige kreeg ik vaak de taak om het gezelschap van koffie en thee te voorzien. Daar ontving ik twee gulden voor. Best veel geld, voor een scholier.’ In de woonkamer hing een foto van het VARA-omroepgebouw, met ernaast een troffeltje dat haar vader had gekregen voor zijn bijdrage aan de verbouwing. ‘Dat was zijn trots.’

Bijzonder in het katholieke Limburg, maar passend bij het karakter van Meezenbroek was de lagere school die Smeels bezocht: de Neutrale Volksschool. Zoals de naam al verraadt, associeerde de instelling zich niet met een bepaalde godsdienstige richting, maar ze viel ook niet onder het openbare onderwijs (al zou ze dat later wel doen). Godsdienstlessen werden niet gegeven, dus voor de kinderen van socialisten was het een logische keus. De Neutrale Volksschool trok leerlingen van ver buiten Meezenbroek.

Na de zesde klas koos Smeels voor de huishoudschool. Ze deed er een vriendin op, en die had een broer die haar wel aanstond. Met deze Charles kreeg ze verkering. Voor hem verliet ze Meezenbroek, maar niet de socialistische zuil: ook Charles stamde uit een rood nest. Ze trouwden in 1966 en werden een jaar later lid van de VARA. Ze kregen een dochter. Het mijnwerkersbestaan trok Charles niet, maar hij had twee rechterhanden en zou een groot deel van zijn leven wijden aan vakbondswerk. Hij overleed zes jaar geleden. Met hem verhuisde Smeels naar Eindhoven – gewoon, omdat ze eens iets anders wilden. De Brabantse stad was gunstig gelegen. Vrolijk wijst ze naar de drie grote ramen in haar flat. ‘Kijk eens wat een uitzicht!’

De VARA is in november 2025 een eeuw oud. Om dat te vieren, vertellen trouwe abonnees van de VARAgids over het rooie nest waarin ze zijn opgegroeid – twaalf maanden lang, steeds uit een andere provincie. Alle verhalen uit deze reeks op varagids.nl/100jaar

Dit artikel komt uit VARAgids 12, 2025.

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief

BNNVARA LogoWij zijn voor