© Mark de Blok / EO
De vuurwerkramp die een kwart eeuw geleden in Enschede plaatsvond – 23 doden, 200 woningen verwoest – leek te schreeuwen om een televisieserie. Maar de makers lijken moeite te hebben om te focussen, in dit complexe, gelaagde en nog steeds niet helemaal opgehelderde dossier.
De beste beelden van de serie zitten eigenlijk in de eerste twee afleveringen. Het moment van de ramp, waarin burgers vluchten voor de vuurzee van de vuurwerkexplosie, en de beelden van de ravage naderhand: een hele woonwijk werd weggevaagd.
Vrij snel na de explosie op 13 mei 2000 begon de schuldvraag. De rechtbank veroordeelde twee jaar later een brandstichter die op het terrein van de fabriek de ontploffing zou hebben veroorzaakt. Hij bleef tot zijn dood, elf jaar later, zijn onschuld volhouden. Over de schuldvraag rond de directeuren van de fabriek begon een traject van jarenlang juridisch getouwtrek.
© EO / Mark de Blok
Het helpt niet dat de makers van EO-serie De vuurwerkramp een eigen interpretatie geven aan deze nauwelijks te ontwarren kluwen over de schuldvraag. Wat was feit, wat was fictie? Het blijft een vraag waar de kijker alle vier de afleveringen mee blijft worstelen. Werden er moedwillig rapporten en bevindingen onder het tapijt geschoven? En zo ja, door wie dan, en wanneer? De proloog – waarin een link wordt gelegd met een explosie in een vuurwerkopslag in Culemborg, een half jaar vóór Enschede – suggereert dat de grote Twentse explosie voorkomen had kunnen worden als er snel lering was getrokken uit de aanbevelingen na Culemborg.
© EO / Mark de Blok
Niemand twijfelt aan de goede bedoelingen van de makers van de overvolle serie om recht te doen aan deze zwarte bladzijde uit de recente Nederlandse geschiedenis. Vrij schematisch wordt door de tijd gesprongen om te tonen wat er in grote lijnen misging: frustraties rond ondeugdelijk onderzoek, persoonlijk leed en toevallige ontdekkingen wisselen elkaar af. Middels titelkaarten begrijpt de kijker exact waar in de tijdlijn we ons bevinden.
© EO / Mark de Blok
Eerdere ‘rampenseries’ als Rampvlucht – over de vliegtuigramp in de Bijlmer – en De toeslagenaffaire wisten met aansprekende personages een gezicht te geven aan de enorme clusterfuck die zoveel mensen jarenlang opzadelde met problemen en trauma’s. Hierin slaagt De vuurwerkramp helaas minder goed. Geen van de personages krijgt genoeg reliëf om de kijker echt mee te laten voelen. Het soms erg matige spel van een aantal (bijrol)acteurs helpt ook niet mee, al doen zwaargewichten als Thomas Acda (als nobele rechercheur die wordt tegengewerkt), Joes Brauers (als getraumatiseerde agent) en Peter Blok (als burgemeester die zijn eigen straatje wil schoonvegen) wat ze kunnen.
De vuurwerkramp, vanaf vrijdag 2 mei 2025 wekelijks op NPO 1 en NPO Start
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief