Logo VARAgids
Alles over tv, series, films en podcasts

The Thomas Crown affair: Hoe Faye Dunaway en Steve McQueen van schaak een verleidingsspel maakten

14-04-2025
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
545 keer bekeken
  •  
The Thomas Crown affair

© Getty Images

Ook al volgt The Thomas Crown affair een klassiek-romantisch verhaal, toch is de film uit 1968 het kijken waard.

Vier mannen plegen een bankoverval, dumpen het geld en gaan ieder hun eigen weg. Thomas Crown (Steve McQueen), een succesvolle en rijke zakenman, komt in zijn Rolls Royce aanrijden en verzamelt het geld om het vervolgens in delen naar Zwitserland te brengen. Vicki Anderson (Faye Dunaway), een verzekeringsagent, wordt ingehuurd om te onderzoeken wie er achter de roof zou kunnen zitten. Al snel stuit ze op Crown. Maar ze mag dan scherp als een mes zijn, ze is ook niet ongevoelig voor zijn charmes. Dat, in een notendop, is het verhaal van The Thomas Crown affair van regisseur Norman Jewison uit 1968.

Het script, het eerste van voormalig advocaat Alan Trustman, zat vernuftig in elkaar. Maar wat de film beroemd maakte, was natuurlijk zijn twee hoofdrolspelers: McQueen en Dunaway. Wat overigens van beide kanten meer geluk dan typecasting was. Zowel met Dunaway als met McQueen nam de regisseur een gok. Met de eerste omdat Bonnie and Clyde, die van het ene moment op het andere een beroemdheid van haar maakte, nog net niet uit was gebracht. De actrice was hem opgevallen in een off-Broadway toneelstuk en hij had vervolgens gevraagd of hij alvast wat opnamen van haar mocht zien uit Bonnie and Clyde om te beoordelen of ze wel filmgeniek was. Hoe hij daar nog over had kunnen twijfelen, bij een actrice met zulke jukbeenderen is een raadsel. En dat bleek ook wel, want ze is fantastisch in de rol van Anderson. En echt alles staat haar goed, of het nu een minirok is of een broek met coltrui erboven, om nog te zwijgen van de grote hoeden en de maxi-zonnebrillen. Ze draagt in de film zesentwintig verschillende outfits in totaal.

McQueen was een ander verhaal. Eigenlijk hadden Jewinson en zijn producent Walter Mirisch hun zinnen gezet op Richard Burton, en anders Sean Connery (omdat hij er zo sophisticated uitzag in een maatpak) en toen hij niet kon (hij was druk met James Bond) vonden ze Jack Lemmon nog een optie: kortom iedereen behalve McQueen. Want hoewel de regisseur hem goed kende – ze hadden samen The Cincinnati kid (1965) gemaakt, waarin McQueen perfect paste als de jonge, ambitieuze outsider die een plek aan de pokertafel bemachtigt, was deze rol in de ogen van de regisseur toch echt van een ander kaliber. Hij ging zelfs zover dat hij in een telefoongesprek met McQueen (die op zijn beurt de rol per se wilde hebben) de tekortkomingen van de acteur benoemde wat erop neer kwam dat hij dan een mooie man mocht zijn, maar van acteren geen kaas had gegeten, want dat was toch meer dan ‘strak naar de grond en dromerig naar de lucht kijken’, er moesten ‘mensen recht in de ogen gekeken worden.’ McQueen wist de regisseur uiteindelijk te overtuigen, want die Thomas Crown mocht dan een gentleman zijn, die baadde in het geld en de etiquette kende: hij was ook een rebel, net als hij zelf. ‘A high society rebel, my kinda cat.’ Uiteindelijk bleek dat niemand anders die verveelde miljonair had kunnen spelen dan McQueen.

Lees verder in VARAgids 16. Vanaf dinsdag 15 april 2025 op de mat, in de winkel en in de app. Nog geen abonnee?

Delen:

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief

BNNVARA LogoWij zijn voor