Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Effect bruinvissenpoep op algengroei is boven verwachting

  •  
18-10-2022
  •  
leestijd 2 minuten
  •  
333 keer bekeken
  •  
Frank en Selina in het lab

Selina van Burken (boven) en Frank Zanderink van Stichting Rugvin vergelijken de groei van fytoplankton in het laboratorium van de Zeeuwse Stichting Zeeschelp, waar vele setjes erlenmeyers (k

© Stichting Rugvin

Poep van bruinvissen heeft een groter effect op de groei van fytoplankton dan verwacht. Daarmee lijkt deze walvissoort, waarvan er zo’n 400.000 exemplaren in de Noordzee en Oosterschelde zwemmen, een belangrijke rol te spelen in de strijd tegen de klimaatverandering. Dit blijkt uit resultaten van het eerste onderzoek in internationaal verband naar het effect van kleine walvisachtigen op de groei van fytoplankton.

Fytoplankton

Fytoplankton is belangrijk in de strijd tegen klimaatverandering en het behoud van biodiversiteit. Deze algen en bacteriën absorberen namelijk 40 tot 50 procent van het door mensen geproduceerde CO2 en zijn daarnaast een belangrijke leverancier van zuurstof. Ze produceren zo’n 50 procent van de zuurstof die we op aarde nodig hebben. Daarmee hebben ze een grotere invloed op ons klimaat dan bossen en regenwoud.

Internationaal onderzoek

Dat poep van walvissen essentiële meststoffen bevat voor de groei van plantaardig plankton dat in zee groeit, is bekend. Maar die kennis is gebaseerd op grote walvissen zoals vinvissen en bultruggen. Zo is duidelijk geworden dat één walvis zorgt voor een CO2-opslagcapaciteit die gelijk staat aan dat van 1500 volwassen bomen. De zogeheten Whale Poo Seamulation brengt dat in beeld.

Nu is voor het eerst ook het effect van de bruinvis onder de loep genomen. Stichting Rugvin nam daarvoor het initiatief en werkte vervolgens samen met verschillende deskundigen, onder wie internationale wetenschappers.

Selina achter Microscoop aan het tellen -1

Selina kijkt door een microscoop naar fytoplankton.

© Stichting Rugvin

Experiment

In een laboratoriumopstelling is een experiment gedaan met vier verschillende planktonsoorten die in de Noordzee en elders voorkomen. In verschillende erlenmeyers (kegelvormige flessen die voor scheikundige proeven worden gebruikt) is telkens een grotere concentratie mest toegevoegd, om erachter te komen wat de uitwerking van de uitwerpselen zou zijn op de groei van de algen. Wat bleek? Bij één soort bleef de groei wat achter, bij twee andere soorten was deze volgens verwachting en bij één soort was deze boven verwachting.

Waardevolle informatie 

Stichting Rugvin is enthousiast over de eerste resultaten. Directeur Frank Zanderink wijst erop dat het effect gelet op de 700.000 bruinvissen die er in het Noordelijk Halfrond zwemmen, samen met andere soorten bruinvissen en dolfijnsoorten niet onderschat mag worden. “Hiermee wordt aangetoond dat ook de uitwerpselen van kleine walvisachtigen van belang zijn in de cyclus van meststoffen in de zee en dat meer onderzoek veel waardevolle informatie oplevert.” 

“De resultaten voor deze alg laten de potentie van bruinvissenpoep als bron van voedingsstoffen zien. Het is een goede eerste stap om beter te begrijpen welk rol de uitwerpselen van kleine walvisachtigen spelen in de nutriëntenhuishouding en algengroei in zeeën en oceanen”, reageert senior onderzoeker Peter Kraal.  

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.

BNNVARA LogoWij zijn voor