Fruitbomen met een hoge stam

Wanneer je in de bloesemperiode over de Diefdijk fietst, heb je prachtig zicht op de kleurrijke fruitbomen in de omgeving. De bomen staan midden in het kleinschalige landschap van oude boerderijen, wilgengrienden en hooilandjes. 

Aan de westzijde van de Diefdijk ligt het Schoorewoerdse Wiel, ook wel het Wiel van Bassa genoemd. Hier, naast de monumentale boerderij, ligt ook een boomgaard met hoogstamfruitbomen. De eerste fruitbomen zijn hier ooit geplant na de dijkdoorbraak van 1573. Op de grond die vrijkwam door de overspoeling, zijn de fruitbomen gezet. Het was dan ook erg vruchtbare grond.

Deze appel- en perenbomen waren hoogstamfruitbomen. Zoals de naam het zegt, zijn dat bomen met een hoge stam waarbij de vruchten hoog van de grond groeien. Vlakbij de boomgaard stonden rijen knotwilgen, als een soort windsingel, zodat de fruitbomen in de luwte bleven. Het vee liep tussen de fruitbomen in de boomgaard, onder de takken door en zorgde voor de mest.

In de boomgaarden die we deze uitzending bezoeken, zijn onder andere oude appelrassen als de Dubbele Bellefleur, de Goirle van Holland en de sterappel te vinden. Ook perensoorten als Gieser Wildeman en de Zoete Brederode groeien hier.  

Aan de Diefdijk zijn nog steeds hoogstamfruitbomen, al komen die in Nederland niet vaak meer voor. Er kwam namelijk een periode dat de hoogstamfruitbomen verdwenen en plaatsmaakten voor halfstamfruitbomen. Na de Tweede Wereldoorlog werd de fruitproductie steeds belangrijker en die hoogstammen waren te veel gedoe. Om het fruit te plukken moesten telers namelijk lange ladders gebruiken. En dat terwijl het vee niet meer in de boomgaarden graasden, maar in weilanden. Dat het fruit hogerop hing, had daardoor geen meerwaarde meer.

Later hebben telers de halfstammen ingeruild voor laagstammen. Dat maakt het plukken nog gemakkelijker en levert ook veel meer fruit op dan die hoogstammen.