De zonnebloem is een voedselbron die voornamelijk wordt gewaardeerd door vogels die zich te goed doen aan de pitten. Niet alleen vogels worden in de periode na de bloei aangetrokken door de zonnebloempitten, ook andere dieren trekken naar de bloem toe.
De zonnebloem behoort tot de composieten familie. Dit betekent dat de bloem bestaat uit allemaal kleine bloemen die dicht tegen elkaar aan staan waardoor het één grote bloem lijkt.
De buitenste ring bestaat uit lintbloemen en het hart van de bloem bestaat uit buisbloemen. Deze bij doet zich te goed aan de nectar een buisbloem.
Twee puttertjes kijken onderzoekend naar deze nog lang niet uitgebloeide zonnebloem. De bloem moet eerst helemaal uitgebloeid zijn voor de zaden gegeten kunnen worden. Als de zaden goed gedroogd zijn vormen ze een belangrijke voedselbron.
De graspieper eet voornamelijk insecten en spinnen. Buiten de broedtijd eet hij ook wel zaden van de grond. Deze graspieper gebruikt de zonnebloem als uitkijkpunt.
Voordat de zonnebloempitten gegeten kunnen worden moet de bloem verder uitdrogen of kaalgeplukt worden. Deze koolmees is alvast begonnen met pitten verzamelen.
Het enige dat nog over is van de zonnebloem is de stengel. Ditmaal wordt deze gebruik als uitkijkpunt door een torenvalk. De torenvalk jaagt vanuit hier op onder andere kleine zoogdieren en grotere insecten.
Tip: wanneer je zonnebloemen wilt in de achtertuin kan je deze het best volgend jaar april/mei zaaien. Belangrijk is dat de temperatuur ’s nachts niet onder de 10 graden komt.