Oostvaardersplassen: minder dieren afgeschoten dan gepland

Staatsbosbeheer heeft afgelopen winter 157 edelherten afgeschoten in de Oostvaardersplassen. Daarmee ligt het aantal afgeschoten dieren ver onder de 1400 edelherten die het bosbeheer had aangekondigd af te schieten in het natuurgebied. Er lopen nog ruim 1700 edelherten in de Oostvaardersplassen, terwijl er ruimte is voor 500 herten.

Dat er minder herten zijn afgeschoten, komt volgens Staatsbosbeheer door het warme weer deze winter. Daardoor waren de herten zeer actief en alert, en dus lastig te benaderen door jagers. In koudere periodes worden normaal meer herten geschoten. "Om de uiteindelijke doelstand van 500 edelherten te kunnen bereiken is meer tijd nodig dan aanvankelijk werd ingeschat", aldus Staatsbosbeheer.

In de Oostvaardersplassen is in totaal plek voor 1100 grote grazers, waarvan 500 edelherten. De andere 600 dieren zijn konikpaarden en heckrunderen. Voor de winter werden 670 paarden en runderen geteld. Staatsbosbeheer laat weten het aantal paarden en runderen weer te hebben teruggebracht naar 600.

In 2018 ontstond veel ophef over de Oostvaardersplassen. Toen bleek dat er niet voldoende voedsel te vinden was voor de steeds maar groeiende groepen grote grazers, waarop toen nog niet werd gejaagd. Veel dieren kwamen om van de honger.

Dierenbescherming deed in 2018 een quickscan van het natuurgebied. De conclusie was dat het beheer niet op orde was. Het afschotprotocol moest verbeterd worden. Maar dat was niet het enige advies dat de Dierenbescherming gaf.

“Het natuurgebied heeft nooit de kans gekregen zich goed te ontwikkelen”, stelt Dierenbescherming. Zo is het, ondanks de adviezen van de organisatie, niet verbonden met andere natuurgebieden. Zo’n maatregel zou de dieren de kans geven om te migreren, en zo meer voedsel en beschutting te verkrijgen. Ook zou het de genetische uitwisseling tussen populaties bevorderen.

Verder pleit Dierenbescherming voor een andere vorm van beheer. Het huidige, proactieve beheer betekent dat er dieren worden afgeschoten wanneer geteld is dat er te veel van zijn. Daarbij wordt geen rekening gehouden met groepsverbanden en natuurlijke selectie, stelt Dierenbescherming.

Een betere vorm is vroeg-reactief beheer: alleen zwakke of zieke dieren worden afgeschoten. Hiervoor moet het gebied goed worden gemonitord.

Bron: ANP, Dierenbescherming