Veel zeepaardjes op het strand

Steeds vaker worden er aan de kust kortsnuitzeepaardjes gevonden. Deze maand op Texel zelfs meer dan dertig. De diertjes zijn onderkoeld en slechts een enkeling leeft nog. Wat is er aan de hand?

De winterse Noordzee blijkt te koud voor ze. Het kortsnuitzeepaardje is een mediterrane soort die langzaam naar het noorden oprukt, net als de eerder op Texel gevonden maanvis. Wanneer de watertemperatuur in de winter zakt kan het dier vaak niet op tijd een goed heenkomen vinden.

Meestal zitten ze met hun staart vastgeklampt aan wier of mosdierkolonies, maar die zijn tijdens de harde storm van drie weken geleden massaal losgeraakt en aangespoeld. Een zeepaardje is in die omstandigheden niet sterk genoeg om tegen de stroming in te zwemmen.

De meesten zijn nog geen jaar oud en slechts twee tot drie centimeter. Het kortsnuitzeepaardje is weliswaar een vis, maar heeft alleen kleine vinnen waarmee hij zich kan voortbewegen. Hij heeft ook geen schubben maar knobbels, zijn uitwendige skelet. Voor duikers is hij vaak moeilijk te vinden, omdat hij net als een kameleon  van kleur kan veranderen.

Een paar exemplaren die nog in leven waren zijn overgebracht naar het zeeaquarium van Ecomare.  Daar proberen ze de diertjes in leven te houden met piepkleine garnaaltjes. In april kunnen ze dan weer overgebracht worden naar de Noordzee.