Strengere norm voor ultrafijnstof kan levens redden
• 13-09-2019
• leestijd 2 minuten
© bron: pixabay
De Gezondheidsraad moet onderzoek doen naar een mogelijke norm voor ultrafijnstof. Dat kondigt staatssecretaris Stientje van Veldhoven (Milieu) aan in debat met de Tweede Kamer.
Een deel van de Kamer maakt zich zorgen over de gevolgen van ultrafijnstof voor de gezondheid. Een eerste onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) wijst uit dat de extreem kleine deeltjes in de lucht klachten als kortademigheid kunnen veroorzaken. Over mogelijke gevolgen op de lange termijn is nog weinig bekend.
Vliegtuigen stoten meeste ultrafijnstof uit
Er is internationaal nog geen norm voor ultrafijnstof. De staatssecretaris wil daar wel meer duidelijkheid over en laat zich daarom adviseren door de Gezondheidsraad. Ultrafijnstof wordt vooral uitgestoten door vliegtuigen, auto's en houtkachels. Onderzoek van het RIVM wees eerder uit dat omwonenden van Schiphol regelmatig hoge concentraties inademen.
Kinderen met luchtwegenproblemen kunnen problemen ondervinden na het inademen van ultrafijnstof, concludeerde het RIVM. Ook gezonde kinderen en volwassenen kunnen "kortdurende verminderingen in de longfunctie" ervaren als ze blootstaan aan hoge concentraties.
Luchtvervuiling is een sluipmoordenaar
Volgens patiëntenorganisatie Longfonds kunnen de extreem kleine deeltjes extra schadelijk zijn, omdat ze dieper in de longen doordringen, en ze niet makkelijk worden uitgekucht. Ieder jaar komen duizenden mensen om het leven door blootstelling aan fijnstof, stikstof en ozon. Het Longfonds eist dat het kabinet 'meer ambitie' toont en 'effectievere maatregelen' treft om de luchtkwaliteit substantieel te verbeteren.
Het kabinet kondigde recent aan dat er, onder bepaalde voorwaarden, ruimte is voor groei van Schiphol. Daarnaast hoopt het ook nog het vernieuwde Lelystad Airport te openen. "Dat traject loopt gewoon parallel" aan het onderzoek dat naar een mogelijke norm voor ultrafijnstof wordt gedaan, aldus de staatssecretaris.
Bron: ANP