Voedselverspilling in supermarkten in kaart gebracht

Van al het voedsel dat supermarkten in Nederland aanbieden, wordt gemiddeld 1,6 procent niet verkocht. Dat blijkt uit onderzoek van Wageningen Universiteit (WUR), in samenwerking met vijf grote supermarktketens.

Het onderzoek werd uitgevoerd bij de Albert Heijn, Aldi, Jumbo, Lidl en PLUS. Op vrijwillige basis en volledig zelfstandig rapporteerden ze hun voedselresten aan WUR. Daaruit bleek dat er bijna 2 procent van de producten wordt weggegooid. Ongeveer één derde daarvan is groente en fruit. Nog één derde is brood en banket. De rest bestaat uit 13,6 procent zuivel en gekoelde producten, 12,1 procent verse en houdbare producten, en 7,2 procent vers vlees en verse vis.

Om de impact van de verspilling goed te begrijpen, is het belangrijk om te kijken naar het aandeel verspild voedsel ten opzichte van de inkoopvolumes, aldus de onderzoekers. Vergeleken met de inkoop is het aandeel voedselverspilling van bijvoorbeeld het brood en banket 7,8 procent, en van groente en fruit slechts 2,4 procent.

In dit onderzoek staat ‘voedselverspilling’ voor alle producten die niet bij de consument terechtkomen. Deze reststromen worden gemaakt tot veevoer, vergist of verbrand. Met name vers brood en banket wordt hoogwaardig verwerkt tot veevoer. Dat gebeurt met twee derde van de niet-verkochte producten.

Het onderzoek werd uitgevoerd vanuit de stichting Samen Tegen Voedselverspilling, waar ook het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) en het ministerie van Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit bij aangesloten zijn. Nederland is het eerste land ter wereld dat zo’n gedetailleerd inzicht heeft over de voedselverspilling in supermarkten.

“Om gericht actie te kunnen ondernemen op het terugdringen van voedselverspilling is het bezitten van betrouwbare data cruciaal”, stelt Jennifer Muller van het CBL. “De uitkomsten van deze Zelfmonitor Voedselverspilling zijn dan ook zeer waardevol.” Met de zeer specifieke data kan worden vastgesteld op welke productcategorieën het beste actie kan worden ondernomen.

Supermarkten hebben de branche-brede doelstelling om de voedselverspilling met 50 procent verminderd te hebben in 2030. Hierin speelt consumentengedrag een grote rol. “Consumenten zijn selectief. We zoeken naar verse producten achterin het schap, die het langst houdbaar zijn, ook als we het binnen een paar dagen opeten,” vertelt onderzoeker Martijntje Vollebregt van WUR aan RTL Nieuws. En zo blijven de producten met de kortst houdbare datum liggen.

Met slimme acties proberen supermarkten de consument te verleiden om die producten toch te kopen. Bijvoorbeeld door korting te geven op producten waarvan de houdbaarheidsdatum bijna afloopt, maar ook met bestelalgoritmes die een betere inschatting kunnen maken van de verwachte verkoop. “Misschien moeten we als maatschappij keuzes maken,” zegt Vollebregt, “Hoe divers moet het aanbod zijn tegen sluitingstijd? Zijn twee soorten brood dan ook goed in plaats van tien?”

Bron: CBL, RTL Nieuws