Op 2 november 2004 werd Theo van Gogh in Amsterdam vermoord. Nu, een jaar later, kijken de hoofdrolspelers terug. Waar waren zij? Wat deden zij? Wie deed wat in de eerste uren en dagen na de moord? Hoe ging men om met irritaties, spanningen en conflicten? Met in Den Haag: premier Balkenende, minister Verdonk, de ministers Donner en Remkes. In Amsterdam: burgemeester Cohen, hoofdcommissaris Welten, hoofdofficier De Wit en wethouder Aboutaleb. En de fractievoorzitters Van Aartsen, Bos, Verhagen, Wilders en Halsema.