Logo Zembla
Onafhankelijke onderzoeksjournalistiek

Forse kritiek op rapport gemeente na discriminatiezaak Giethoorn

29-09-2022
  •  
leestijd 6 minuten
  •  
1439 keer bekeken
  •  
giethoorn1

Het onderzoek dat de gemeente naar aanleiding van de discriminatiezaak in Giethoorn heeft laten uitvoeren, is volgens deskundigen gebrekkig. Cyriel Triesscheijn, expert op het gebied van discriminatiebestrijding, noemt het rapport “nietszeggend”. Het gaat niet in op waar de verantwoordelijkheid van de gemeente ligt bij discriminatiezaken.  De gemeente Steenwijkerland, waar Giethoorn onder valt, ontwijkt in een reactie specifieke vragen over de kritiek van deskundigen.

De gemeente Steenwijkerland liet in het voorjaar de werkwijze van de gemeente bij signalen van de discriminatie onderzoeken. Aanleiding voor het onderzoek was de uitzending van Zembla uit januari 2022.

Daarin is te zien hoe Hatice Yilmaz, een alleenstaande moeder van Turkse afkomst en haar toen 15-jarige zoon Yusuf, ruim een jaar lang slachtoffer zijn van racistische treiterijen door een groep jongeren uit hun woonplaats. De politie Oost-Nederland, het Openbaar Ministerie Oost-Nederland en de gemeente Steenwijkerland schoten ernstig tekort bij het behandelen van die discriminatiezaak, zo concluderen experts in de uitzending. Uiteindelijk is Yilmaz met haar zoon verhuisd naar een andere gemeente in Nederland.

Kijk de uitzending 'Oprotten uit Giethoorn':

De uitzending zorgde voor ophef en Kamervragen. De gemeente gaf na de uitzending onderzoeksbureau Ecorys de opdracht om naar de werkwijze van de gemeente te kijken bij signalen van discriminatie. Het bureau heeft daarvoor interviews gehouden met medewerkers van de gemeente.

Conclusie van het onderzoek

De conclusie van het onderzoek is dat de werkwijze van de gemeente bij discriminatiesignalen “aansluit bij het beleid om een inclusieve samenleving te zijn”. Volgens de onderzoekers worden problemen van inwoners “snel opgepakt”. Maar er zijn ook verbeterpunten, schrijven ze. Zo is er binnen de gemeente geen heldere werkwijze over hoe medewerkers om moeten gaan met discriminatiesignalen en “ontbreekt het bij medewerkers aan voldoende bewustwording over discriminatie”.

Deskundigen, aan wie Zembla het rapport heeft voorgelegd, vinden het goed dat er een onderzoek is uitgevoerd, maar constateren een hoop tekortkomingen.  

Niets over discriminatiezaak Giethoorn 

Hanneke Felten van kennisinstituut Movisie en expert discriminatiebestrijding, Cyriel Triesscheijn, zijn vooral zeer kritisch op het feit dat de gemeente niet heeft laten analyseren wat is misgegaan in de discriminatiezaak rond mevrouw Yilmaz en haar zoon. Daarover staat in het rapport dat die zaak de aanleiding is voor het onderzoek, maar: “hij wordt niet in dit onderzoek geëvalueerd. Daarom doen we geen uitspraken met betrekking tot de casus.”

Triesscheijn vindt dat onbegrijpelijk: “In het onderzoek wordt zorgvuldig om de vraag naar verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en schuld van de misère in de zaak van mevrouw Yilmaz heen gelopen. Het onderzoek kiest voor een uitermate brede en algemene insteek. Op een algemene vraag kun je niet meer dan een algemeen antwoord verwachten.”

Een gemiste kans dat de casus Yilmaz niet is geanalyseerd, vindt Hanneke Felten van Movisie: “Daardoor weten we niet goed of het een incident is geweest of dat het een structureel probleem is. We komen er niet goed achter hoe de processen in de organisatie zijn ingericht en hoe ze beter zouden kunnen. Het gaat nu vooral over de algemene lijnen van aanpak van de gemeente.” 

Verantwoordelijkheid

Bovendien constateren de experts dat de motivatie om niet op de casus Yilmaz in te gaan, in het rapport ontbreekt. De deskundigen missen daarnaast een analyse en beschrijven van wat de verantwoordelijkheid van de gemeente zelf is. Peter Rodrigues, hoogleraar immigratierecht en expert op het gebied van discriminatie: “In het rapport staat dat de gemeente Steenwijkerland een faciliterende en informerende rol heeft. En wat ik mis, is de eigen rol van de gemeente.” 

Hanneke Felten van Movisie: “Het lijkt meer te gaan over individuele medewerkers en niet diepgaand over de processen.” En Triesscheijn: “Verbeterpunten betreffen alleen het ambtelijk apparaat en een deel van de ketenpartners (zoals antidiscriminatiebureau Vizier-Oost en de Sociale Ombudsvrouw, red.). Een evaluatie van bestuurlijk handelen en daarop gebaseerde verbeterpunten is pijnlijk afwezig.”

Reactie gemeente Steenwijkerland

Vanwege de forse kritiek van de experts, vragen we de gemeente Steenwijkerland om een reactie.

Bekijk hier de uitgebreide vragenlijst die we de gemeente stuurden:

Een week na het versturen van de lijst, krijgen we de beantwoording. De gemeente kiest ervoor om de gestuurde vragen niet puntsgewijs te beantwoorden, maar om “een gebundelde reactie” te sturen. Als uitleg geeft de gemeente dat daarvoor gekozen is omdat “een aantal vragen elkaar overlappen. Daarbij zijn en blijven we zorgvuldig als het gaat om de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van alle betrokkenen. U zult begrijpen dat we vanwege deze wettelijke privacyregels niet op alle vragen een antwoord kunnen geven.”

Lees de reactie van de gemeente: 

De gemeente gaat niet in op de kritiek van de experts. Daarom sturen we dezelfde dag een mail terug met de vraag of de woordvoerder kan ophelderen waar de overlap in de vragen zit en en op wat voor manier onze vragen over privacygevoelige informatie gaan. We doen daarbij meteen het verzoek om telefonisch te overleggen. We krijgen de woordvoerder zelf telefonisch niet te pakken. Via de receptie van de gemeente laten we nog het verzoek achter om ons terug te bellen. 

Een week later krijgen we een nieuwe mail binnen, maar nog steeds geen duidelijke antwoorden op de vragen die we hebben gesteld. 

Wat staat verder in het rapport? 

In het rapport komt bureau Ecorys tot de conclusie dat de medewerkers die de onderzoekers hebben gesproken weinig signalen ontvangen van inwoners die discriminatie hebben ervaren. Felten merkt op dat de onderzoekers alleen werknemers van de gemeente heeft geïnterviewd en geen ‘ervaringsdeskundigen’, wat volgens haar “logisch” was geweest. Daarmee doelt ze op mensen die zelf te maken hebben gehad met discriminatie.

De werknemers geven volgens de onderzoekers van Ecorys aan dat ze moeite hebben met het herkennen van signalen van discriminatie. “Er is geen specifieke werkwijze geformuleerd over hoe intern met discriminatie- signalen moet worden omgegaan”, schrijven de onderzoekers. In een toelichting op het rapport schrijft de gemeente dat ​​ze wel een “manier van werken” en “handelswijze” heeft en deze werkwijze ook toe past, maar wat die werkwijze precies is, is volgens de gemeente niet “voorgeschreven”. 

In het onderzoeksrapport wordt die werkwijze volgens hoogleraar Rodrigues ook niet goed duidelijk. Er staat alleen dat een onderdeel van de werkwijze is om bij een geval van discriminatie in gesprek te gaan met betrokkenen. Maar wie dat dan vervolgens zijn, vindt Rodrigues onduidelijk: “Politie, ambtenaren, slachtoffers, Antidiscriminatiebureau Vizier-Oost, scholen? Wie wordt ermee bedoeld?” vraagt de hoogleraar zich af. “Bij dit soort zaken is een verduidelijking van rollen en de verwachtingen van iedere rol, maar zeker ook de verplichtingen van belang.”

Advies

Onderzoeksbureau Ecorys adviseert de gemeente in het rapport om informatie over het melden van discriminatie beter vindbaar te maken voor bewoners. Dat juichen de deskundigen allemaal toe. Felten merkt daarbij wel op dat de gemeente over het onderzoeksrapport zelf ook beter had kunnen communiceren. Het onderzoek is in de zomerperiode, op 26 juli, onder het kopje ’LTA - Informatienota's’ op de website van de gemeente gepubliceerd. Die plek vindt Felten niet goed. “Zorg dat zoiets openbaar is en goed vindbaar is voor burgers. Dat is wel zo transparant”, aldus Felten.

Verder adviseert Ecorys om trainingen te geven aan medewerkers van de gemeente die erop zijn gericht dat ze signalen van discriminatie beter herkennen. Rodrigues juicht een training van ambtenaren toe, maar geeft als zorg mee dat dit vaak eenmalig is en vaak niet aangeboden wordt aan leidinggevenden. “Die moeten eerst op cursus want die bepalen de cultuur”, is zijn advies. Daarnaast vraagt hij zich af hoe de gemeente ervoor gaat zorgen dat een training beklijft, ook na lange tijd. “Bied je iets aan voor alle nieuwe mensen, komt er een opfriscursus voor medewerkers? Hoe maak je het duurzaam?” 

Tot slot adviseert Ecorys de gemeente om een aandachtsfunctionaris aan te stellen die het beleid en een daarbij passende interne werkwijze opstelt.

De gemeente neemt alle adviezen van onderzoeksbureau Ecorys “onverkort” over. 

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.

BNNVARA LogoWij zijn voor