Kamer wil af van illegalenquotum

Een meerderheid in de Tweede Kamer wil niet dat de politie gaat jagen op mensen zonder verblijfsvergunning. Illegalen zonder crimineel verleden zullen daardoor minder gauw worden opgepakt, ook als illegaliteit straks strafbaar is.

De ChristenUnie, PvdA, D66, SP, GroenLinks, Partij voor de Dieren en 50PLUS steunden een motie van ChristenUnie-Kamerlid Joël Voordewind waarin het kabinet wordt opgeroepen 'de kwantitatieve richtlijnen voor het aanhouden van uitgeprocedeerde vreemdelingen zonder strafrechtelijke antecedenten los te laten'. Dit wordt ook wel omschreven als het 'illegalenquotum'.

Regeringspartij de PvdA hielp de oppositie aan een meerderheid voor de motie. Het congres van de PvdA had eerder al uitgesproken dat het quotum moest verdwijnen. De PvdA-fractie had dat standpunt overgenomen in de hele discussie over een humaner asielbeleid naar aanleiding van de strafbaarstelling van illegaliteit en de zelfmoord van de Russische asielzoeker Aleksandr Dolmatov.

Eerder spraken ook burgemeesters van grote steden als Amsterdam, Utrecht, Rotterdam, Groningen en Leeuwarden zich tegen het illegalenquotum uit. Ze hebben bezwaar tegen het oppakken van illegalen die niet in de criminaliteit zitten. Alleen criminelen tellen voortaan nog mee voor het illegalenquotum. De Kamer constateert in de motie ook dat de politie niet aan het quotum kan voldoen. De politie hield tussen juni 2012 en juni 2013 3220 vreemdelingen aan, waar 4000 de doelstelling was.