Een verband tussen de blootstelling aan bestrijdingsmiddelen en het ontstaan van de ziekte van Parkinson is "plausibel". Epidemiologische studies tonen dat aan. Maar in de Europese toelatingseisen voor bestrijdingsmiddelen, wordt daar niet goed op getest. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
Het onderzoek is in opdracht van minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit uitgevoerd. Al jaren is er discussie over de vraag of pesticiden bijdragen aan de ontwikkeling van zogenoemde neurodegeneratieve ziektes, zoals de ziekte van Parkinson. Zembla heeft daar meerdere uitzendingen over gemaakt. Steeds weer blijkt dat er onvoldoende bekend is over de gezondheidsrisico’s van bestrijdingsmiddelen en dat de toelatingseisen tekort schieten.
Het verband tussen parkinson en blootstelling aan landbouwgif wordt door de wetenschap al jaren gelegd. Maar in de Zembla- uitzending ‘Parkinson op het platteland’ blijkt dat Nederlandse boeren daar weinig vanaf weten. Terwijl parkinson in Frankrijk onder agrariërs al sinds 2012 erkend als beroepsziekte is.
Kijk Zembla Kort: Krijgen boeren parkinson van pesticiden?
Het RIVM bevestigt nu dat "epidemiologische studies tonen dat er een plausibel verband is tussen de blootstelling aan chemische stoffen, zoals gewasbeschermingsmiddelen, metalen en oplosmiddelen, en neurodegeneratieve ziekten zoals de ziekten van Parkinson, de ziekte van Alzheimer en ALS." Het is alleen lastig om een causaal verband aan te tonen, omdat er slechts kleine groepen kunnen worden onderzocht en het gaat om een blootstelling over langere tijd aan verschillende stoffen, aldus het RIVM.
Het RIVM heeft in het rapport dat vandaag verschijnt onderzocht of de huidige testrichtlijnen eigenlijk wel kunnen aantonen of een bestrijdingsmiddel bijdraagt aan het ontstaan van neurodegeneratieve ziektes, zoals parkinson. “De conclusie is dat dat nu nog niet kan” zegt Anton Rietveld, hoofd afdeling voedselveiligheid bij het RIVM.
Dat betekent dat de huidige testmethodes tekort schieten. Ze tonen niet aan of een bestrijdingsmiddel bijdraagt aan het ontstaan van parkinson. De risico’s daarop worden onvoldoende onderzocht.
Het RIVM adviseert in het onderzoek om in de toelatingseisen en testrichtlijnen duidelijker te beschrijven welke effecten moeten worden onderzocht en welke methoden daarvoor nodig zijn. Ook zou er een werkgroep moeten worden opgericht waarin alle kennis over de mogelijke effecten die bijdragen aan de ontwikkeling van parkinson samenkomt. Daarnaast adviseert het RIVM zogenoemde ‘in vitro-testen’ te ontwikkelen, testen in een laboratorium zonder proefdieren, om meer informatie te krijgen over de stoffen in bestrijdingsmiddelen die bijdragen aan het ontstaan van parkinson.
Minister Schouten van LNV laat Zembla in een reactie weten dat het aanpassen van de toelatingsprocedure alleen in Europees verband gedaan kan worden. De inzet van Nederland zal daarom zijn om als EU gezamenlijk de testrichtlijnen aan te passen. Alleen zal dat wel tijd kosten. De minister wil in de tussentijd weten van het RIVM hoe dit proces versneld kan worden, en welke stappen ze nu al moet zetten. Een internationale werkgroep oprichten, zoals het RIVM adviseert, zal ook gebeuren, laat Schouten weten.
Over het verband tussen parkinson en pesticiden zegt de minister: “Het RIVM heeft ook geconstateerd dat eerder buitenlands onderzoek wijst op een plausibel verband tussen chemische stoffen in gewasbeschermingsmiddelen en mensen die ziektes als parkinson hebben gekregen. Dat onderzoek is te beperkt om een oorzakelijk verband te kunnen aantonen. Ook andere factoren kunnen meespelen, zoals leefstijl en chemische stoffen die inmiddels wel verboden zijn.”
Emeritus hoogleraar Martin van den Berg laat Zembla weten dat hij verheugd is over de uitkomsten van het RIVM-onderzoek: “Het is heel goed om te horen dat in navolging van de Gezondheidsraad nu ook het RIVM het verband tussen de blootstelling aan bestrijdingsmiddelen en neurodegeneratie inmiddels plausibel vindt. En dat ze tot de conclusie komen dat de huidige testmethoden niet voldoen.”
Toch is Van de Berg kritisch over de aanbevelingen van het RIVM voor de lange termijn om de testmethoden te verbeteren. Het RIVM wil namelijk een nieuwe labtest zonder proefdieren ontwikkelen om vast te stellen of bestrijdingsmiddelen stoffen bevatten die bijdragen aan de ontwikkeling van parkinson. Maar volgens Van de Berg zijn zulke testmethoden er al. “Ik ben blij met de uitkomsten van het RIVM. Maar door het nogal bureaucratisch aan te pakken wat betreft de validatie, zou ik zeggen: daar hoeven we niet op te wachten.”
Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.