Stel je voor dat Kamala had gewonnen, dan hadden we dit allemaal moeten missen.
“Het is nog niet eens begonnen, en het is nu alweer leuk”, sloeg ik mezelf op de knieën van de pret. We keken naar het NOS Jeugdjournaal, ruim een week voordat Donald Trump opnieuw president van de Verenigde Staten zou worden. “Leiders van andere landen zijn geschrokken van wat Trump gisteravond zei in een toespraak”, leidde de presentator beelden van een persconferentie in.
“Canada en de Verenigde Staten samen, dat zou echt wat zijn”, droomde The Donald hardop tegen journalisten over de mogelijkheid van Canada als eenenvijftigste staat. “En Groenland natuurlijk, dat hebben we nodig voor onze nationale veiligheid, Denemarken moet Groenland aan ons geven.” De Jeugdjournaal-regie schakelde naar een kaart waarop het Amerikaanse grondgebied binnen enkele seconden drie keer zo groot werd.
‘Stel je voor dat Kamala had gewonnen, dan hadden we dit allemaal moeten missen’, dacht ik even later tijdens het afwassen. Toen iedereen naar bed was, bekeek ik in mijn eentje de volledige persconferentie op YouTube. Luisterend naar hoe Trump zijn grootse daden voor Amerika en de wereld opsomde – ‘hier creëerde ik miljoenen banen’, ‘daar redde ik duizenden levens’ – realiseerde ik me dat de man kort geleden een kat in het nauw was.
Ik googlede ‘trump mugshot’ om de boevenfoto die in augustus 2023 werd gemaakt te bekijken. ‘Mugshot met priemende blik van Trump zal zijn beroemdste foto worden’, herinnert de zoekmachine zich een nieuwskop. Een jaar later bliezen beelden van Trump met een bloedend oor en een in de lucht geheven vuist na de aanslag in Pennsylvania het mugshot alweer uit het collectieve geheugen.
Als een boeienkoning bevrijdde Donald Trump zichzelf de afgelopen anderhalf jaar uit een benarde positie, een ervaring waardoor hij straks op het wereldtoneel misschien een geopolitieke Harry Houdini blijkt. Zo’n tovenaar kunnen we gebruiken, daar hoeven we niet kinderachtig over te doen.