Een vuilnis-categorie, dat is de column.
Bij een stevige bak koffie onthul ik aan vriend S. dat ik bezig ben om de column opnieuw uit te vinden. “Interessant”, plukt hij aan zijn baard, om daarna een zeer relevante vraag te stellen: “Hoe is de column eigenlijk ontstaan?”. “Als een soort opvullertje voor lege stukken in de krant”, meen ik eens ergens te hebben gelezen. Zeker weten doe ik het niet, ik kan hem alleen uitleggen hoe ik zelf columnist werd.
“Twintig jaar geleden werkte ik bij een radiozender waar de programmaleider vond dat ik te veel praatte tussen de muziek, hij stelde voor dat ik mijn verhalen voortaan in columns op de website zou verwerken, om mij on-air te beperken tot zakelijke aan- en afkondigingen”, vertel ik tegen S., die daarop concludeert dat de column voor kranten een opvullertje is en voor radiostations een manier om overtollige tekst te lozen. “Tja, een vuilnis-categorie, dat is de column”, mijmer ik turend in mijn koffie.
Nadat we dit hebben vastgesteld, krijg ik even het gevoel dat mijn doelstelling binnen handbereik ligt, een vuilnisbak opnieuw uitvinden klinkt immers niet ingewikkeld, maar al snel realiseer ik mij dat de gehele column-productie vanaf pakweg 1950 abstraheren tot ‘pedaalemmer der letteren’ geen vruchtbaar vertrekpunt is, bovendien gaat Simon Carmiggelt dan demonstratief liggen woelen op zijn laatste rustplaats en krijgt ondergetekende eenvoudige schoenenlapper daarvan de schuld.
Aan de andere kant: de dagen van Carmiggelt zijn voorbij – paradoxaal genoeg ook weer niet, wellicht spuugt ChatGPT met het grootste gemak actuele kronkels van de aartsvader van de Nederlandse column uit, in ieder geval wordt het stukjesschrijversgilde bedreigd door kunstmatige intelligentie, zodra de computer doorkrijgt dat elke column van Sander Schimmelpenninck stoelt op de formule ‘ik ben slim en mensen die op populistische partijen stemmen zijn dom’, is het klaar.
Voor nu tel ik mijn zegeningen, net als vorige keer produceerde ik een stuk tekst dat lang genoeg is om voor column door te gaan, zonder te vervallen in het cultuurpessimistische schema dat normaal gesproken aan mijn bijdragen ten grondslag ligt. Volgende week het derde en voorlopig laatste deel van deze zoektocht naar toekomstig bestaansrecht van een genre waar we niet meer zonder lijken te kunnen, hoewel dromen van een wereld zonder meningen natuurlijk mag.
Meld je hieronder aan voor de nieuwsbrief van de Joop redactie die binnenkort van start gaat. Wekelijks ontvang je de beste artikelen, opinies en aanraders in je inbox.