Banken gaan hun klanten voortaan minder snel vragen stellen over het gebruik van contant geld. Omdat banken geacht worden scherp te zijn op witwassen, spenderen zij extra aandacht aan klanten die veel gebruik maken van contant geld. Dat leidt niet zelden tot enige controverse, omdat mensen zich in hun privacy geschaad voelen.
Volgens de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) is dit afgesproken na overleg tussen banken, toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) en verschillende ondernemersorganisaties.
Een artikel uit 2022 over de Rabobank die bij een klant navraag deed over 'ongebruikelijke opnames van sommen contant geld' is nog altijd één van de best gelezen artikelen op de Kassa-website.
In het overleg zijn de partijen overeengekomen dat banken geen extra vragen stellen aan klanten zolang het niet om grote bedragen gaat en er geen sprake is van risico's op witwassen. De Telegraaf meldt dat "een transactie met een biljet van 200 euro niet meer meteen aanleiding is voor banken om vragen te stellen."
Verzoeken van banken om extra informatie en documentatie worden door veel klanten als vervelend ervaren, zo is gebleken. Maar banken ontkomen er niet aan, want bij contante transacties moeten ze extra alert zijn. In de sectoren waarin sprake is van een verhoogd risico op witwassen, verandert er daarom weinig.
Er zijn echter géén harde of concrete limieten afgesproken. Banken mogen zelf bepalen vanaf welke contante bedragen klanten worden onderworpen aan aanvullende controles. De NVB heeft wel geopperd om voor particuliere klanten een jaarlijkse limiet van 20.000 euro te hanteren. Voor bedrijven zou het gaan om 30.000 euro per jaar. Maar uiteindelijk is het de bank die beslist.
De Nederlandsche Bank heeft in juni nog een meting uitgevoerd over het gebruik van contant geld. Uit deze meting is gebleken dat 92 procent van de Nederlanders het belangrijk vindt om te kunnen betalen met contant geld.
Driekwart van de respondenten gaf aan dat er met contant geld moet kunnen worden afgerekend in winkels en andere openbare gelegenheden. Tóch geeft ook 61 procent van de respondenten aan zelden tot nooit contant geld te gebruiken als betaalmiddel, aldus DNB.
Wel heeft het merendeel van de Nederlanders contant geld op zak. 68 procent van de respondenten heeft wat bankbiljetten in de portemonnee en 73 procent van de respondenten heeft altijd wat muntgeld bij zich.
Onlangs adviseerde De Nederlandsche Bank mensen nog om wat contant geld in huis te hebben voor noodgevallen. Over welke bedragen spreken we dan? Dat heeft Kassa nagevraagd bij het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud). Hoe dat zit, lees je in onderstaande artikel.
Bron: DNB, De Telegraaf
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!