De gulden sleutelbloem komt voor in een grasland zoals je dat bijvoorbeeld kunt vinden in het Rijnstrangengebied in het oosten van Nederland. De plant is te herkennen aan de gele bloembladeren waar aan de binnenkant een duidelijke oranje stip zit. Het is net als een pinksterbloem een duidelijk teken dat het voorjaar is begonnen. En dat niet alleen: "Een gulden sleutelbloem laat ook zien hoe goed een grasland eigenlijk is qua biodiversiteit in brede zin", legt Baudewijn Odé van Floron uit. "Wat dat betreft is het ook een sleutelsoort in Zuid-Limburg en het rivierengebied voor mooie begraasde graslanden."
Een sleutelbloem kent twee types, iets waar Charles Darwin al over schreef. Het ene type (S-type) heeft lange meeldraden (het mannelijk geslachtsorgaan) en een korte steel (vrouwelijk geslachtsorgaan), het andere type (L-type) heeft dat precies andersom: korte meeldraden en een lange steel. Aan de buitenkant van de bloem is dat te zien door in de bloem te kijken, maar ook aan de dikte van de kelk: een dunne kelk duidt op korte meeldraden, een dikke kelk op korte meeldraden.
Dat de gulden sleutelbloem twee types heeft, is om zelfbestuiving te voorkomen, vertelt Arjen Biere van het NIOO-KNAW. Oftewel: de gulden sleutelbloem is afhankelijk van bestuivers om zo het stuifmeel van het ene type, bij het andere type terecht te krijgen. Alleen als er kruisbestuiving plaatsvindt kan een gulden sleutelbloem vermeerderen.
S-type (links) met vijf meeldraden zichtbaar, L-type (rechts) met lange stijl.
© Baudewijn Odé
Het is dus voor de gulden sleutelbloem essentieel dat er genoeg bestuivers in een gebied aanwezig zijn. Daarnaast moet een populatie in balans zijn: er moeten evenveel exemplaren van het ene type zijn, als van het andere type. Uit de data die burgers in Europa hebben verzameld blijkt nu dat de populatie niet goed is verdeeld. Er komen meer gulden sleutelbloemen van het type met de korte meeldraden voor, dan die met lange meeldraden. Oftewel: daarin wordt kruisbestuiving dus bemoeilijkt.
Daarnaast weten we al langere tijd dat het met de populatie bestuivers slecht gaat. "We moeten heel hard trekken aan de insectenrijkdom om die terug te krijgen in ons landschap. En om ook de kleinere populaties, de meer kwetsbare populaties van deze soort er ook weer bovenop te helpen", zegt Baudewijn Odé.
Thema's:
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.