Patrick Jansen
"Elk seizoen heet zijn kwaliteiten, maar de lente en de zomer vind ik toch het mooist. Want dan bloeien de planten en gonzen de insecten", schrijft columnist Patrick Jansen. Maar hij ziet ook al jaren dat het niet goed met ze gaat en vindt het hoog tijd voor verandering. "Iedereen zou bezorgd moeten zijn over lege bloemen."
Lees hieronder de gehele column
Elk seizoen heeft zijn kwaliteiten, maar de lente en de zomer vind ik toch het mooist. Want dan bloeien de planten en gonzen de insecten.
Ik wordt vooral blij van zweefvliegen – de kleurige beestjes die zo prachtig stil kunnen hangen in de lucht. Weinig dingen vind ik leuker dan bij bloemen post vatten en speuren naar zweefvliegen. Dan vergeet ik alles om me heen.
Nederland heeft zo’n 300 soorten zweefvliegen. Sommige bootsen perfect wespen, bijen of andere stekende insecten na. Sommige kun je prima met het blote oog op naam brengen, maar een heleboel ook niet.
Vroeger ving ik die met een netje, om ze met drie poten tussen mijn vingers en een loep in de andere hand door de determinatiesleutel te loodsen. Tegenwoordig vang ik zweefvliegen meestal met mijn fotocamera.
Speuren naar zweefvliegen levert me plezier, maar ook pijn. Telkens opnieuw wordt ik ermee geconfronteerd dat zweefvliegen bizar schaars zijn geworden. Kon je 30-40 jaar geleden nog makkelijk 30 soorten vinden in een ochtend, nu haal je dat aantal met moeite in een week.
De helft van de Nederlandse zweefvliegsoorten staat inmiddels op de rode lijst - Vroege Vogels had er vorig jaar een uitzending over. Sommige zijn geheel verdwenen. Een handjevol soorten zie je nog steeds overal, maar niet meer in de aantallen van vroeger.
Uit armoede ben dan ook maar naar andere insectengroepen gaan kijken. Roofvliegen, blaaskopvliegen en dazen. Dagvlinders en motten. Snuitkevers en boktorren. En ook de planten waar ze op zitten. Alles vang ik met mijn toestel.
Vroeger had je voor zoiets een karrenvracht determinatietabellen nodig. Nu word je geholpen door beeldherkenning die in apps zoals PlantNet en Observation is ingebouwd. Langzamerhand leer ik steeds meer soorten kennen.
Maar zelfs dit biedt geen soelaas. Het is stil. Bloemen zijn vaak akelig leeg. Om iets van dat rijke gevoel van vroeger te vinden, moet je de grens over. Naar de Alpen of Oost-Europa bijvoorbeeld, waar het nog wel zoemt en de vlinders volop fladderen.
De zweefvliegen en andere bloembestuivers, ze sterven een dood door 1000 sneden. Hun habitats zijn teruggedrongen tot eilandjes die ver uiteen liggen. Hun larven lijden onder droogte door hittegolven, ontwatering en waterwinning, dan weer onder kletsnatte winters. Onder stikstofdepositie die alles ondermijnt. Hun voedselplanten en schuilplaatsen worden bruut weggemaaid door overijverige groenbeheerders.
En zweefvliegen worden geraakt door pesticiden. Pesticiden die eigenlijk verboden zouden moeten zijn maar nog steeds mogen worden gebruikt, want ach de suikerbieten en de mais, de bloembollen en de aardappelen. Die pesticiden zijn overal, ook diep in natuurreservaten.
En dan zijn er ook nog aanwijzingen dat vliegende insecten last hebben van de electromagnetische straling van het almaar uitdijende mobiele telefoonnetwerk.
Ging het slechts om mijn hobby, dan was er weinig aan de hand. Maar dit zijn de insecten die bloemen bestuiven, waaronder fruitbomen en andere voedselgewassen. Het is een ramp die zich stil voltrekt en uiteindelijk ook de mens kan treffen. Iedereen zou bezorgd moeten zijn over lege bloemen.
Straks zijn er weer verkiezingen. Wat zou het toch mooi zijn als die ook over insecten zouden gaan, al was het maar een heel klein beetje. Want stemmen voor zweefvliegen is eigenlijk stemmen voor jezelf.
Stipfopwesp
© Patrick Jansen
Thema's:
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.