Zwarte wiek op Groningse windmolens helpt niet tegen vogelsterfte

Het zwart verven van één wiek van een windturbine zorgt in Groningen niet voor minder vogelaanvaringen, blijkt uit een proef in de Eemshaven. De gedachte was dat de zwarte wiek vogels zou helpen tussen windturbines door te vliegen, omdat de bewegingen beter zichtbaar zouden zijn.

Onderzoek op een Noors eiland wees eerder juist uit dat een turbine met een zwartgeverfde wiek leidde tot 70 procent minder vogelslachtoffers. Uit de driejarige pilot in Nederland, een initiatief van de provincie Groningen en energiebedrijf RWE, kwam echter geen opvallend verschil naar voren.

Een verklaring zou kunnen zijn dat in het industriegebied Eemshaven veel kleuren en objecten te zien zijn, waardoor een turbine met een zwarte wiek onvoldoende afsteekt tegen die achtergrond. Dit is een groot verschil met het open landschap op het Noorse eiland Smøla, waar de zwarte wiek mogelijk veel beter opvalt.

In de Eemshaven werden zeven windturbines met een zwartgeverfde wiek vergeleken met zeven naastgelegen turbines zonder zwarte wiek. Zowel bij vogels die het hele jaar langs de kust voorkomen (zoals meeuwen en steltlopers) als trekvogels (spreeuwen en lijsters) was er geen opvallende vermindering van het aantal aanvaringen.

In Noorwegen vliegen ook andere vogelsoorten. In Zuid-Afrika, waar op enkele turbines rode blokken op de wieken zijn aangebracht, is gebleken dat dat daar zorgt voor minder botsingen.

Vervolgonderzoek in Nederland moet uitwijzen hoe turbines zichtbaarder kunnen worden voor vogels, bijvoorbeeld door het gebruik van specifieke patronen en kleuren. Het onderzoek in de Eemshaven is een samenwerkingsverband van negen provincies, Rijkswaterstaat, ministeries, de natuursector, windenergiebedrijven en TNO.

Bron: ANP